
In beeld: Chinees afrodisiacum bedreigd door klimaatverandering
In de hooglanden van westelijk China trotseren boeren een probleem: een lucratieve schimmel, die gebruikt wordt als medicijn en afrodisiacum, verdwijnt omdat het weer te warm wordt.
In de hooglanden van westelijk China trotseren boeren een probleem. De ophiocordyceps sinensis, een oscure schimmel die gebruikt wordt als medicijn en afrodisiacum, verdwijnt langzaam ten gevolge van klimaatverandering.
In de Qinghai-provincie van China slinkt de oogst van de cordyceps geleidelijk. De voorbije jaren is het inkomen van boeren die de schimmel oogsten gehalveerd.
Hogere temperaturen, minder wintersneeuw en smeltende gletsjers maken de omstandigheden minder bevorderlijk voor de cordyceps-schimmel.
Chinese Hui-moslims en Tibetaanse vrouwen zoeken werk in de verwerking van de cordyceps-schimmel. Gletsjers in westelijk China zijn de voorbije vijftig jaar 15 procent gesmolten, terwijl temperaturen er drie keer zoveel gestegen zijn als het gemiddelde in de wereld.
Tegelijk met de klimaatverandering is de vraag naar de schimmel geëxplodeerd: de groeiende Chinese middenklasse gebruikt het goedje als afrodisiacum en geneesmiddel voor allerlei aandoeningen, gaande van nierkwalen tot impotentie, ondanks gebrek aan wetenschappelijk bewijs.
De cordyceps-schimmel groeit in de Himalaya’s, Tibet en de hooglanden van de westelijke Qinghai-provincie in China. Voor vele gemeenschappen is het de belangrijkste inkomstenbron geworden.
Op een hoogtepunt in 2010 was de cordyceps maar liefst 100.000 dollar per kilogram waard.
Naast het oogsten van de cordyceps houden boeren in de hooglanden van westelijk China ook jaks.