Minister van Sociale Zaken en Werk Hind Kabawat is niet alleen de enige vrouw in de overgangsregering van Syrië, ze is er ook de enige christen. Critici zeggen dat haar benoeming de regering vooral moet helpen om het eigen imago in het Westen op te poetsen. Maar Kabawat ontkent met klem dat ze een schaamlapje is voor de islamisten. ‘Ik ben nooit een schaamlapje geweest en dat zal ik nu ook niet zijn. Wie mij kent, weet dat ik mij zo’n rol niet laat opdringen. Mensen verwachten iets anders van mij.’
Hoe wilt u uw rol binnen de regering vormgeven?
Hind Kabawat: Ik ben de enige vrouw in de regering en daar ben ik niet gelukkig mee. Ik probeer meer vrouwen te betrekken bij de besluitvorming. Maar ik vertegenwoordig de vrouwen van Syrië niet. Zij vertegenwoordigen míj. Ik geef hun stemmen en wensen door. Ik ben slechts een boodschapper.
Er zijn steeds meer berichten over ontvoeringen, die bij veel Syrische vrouwen angst aanwakkeren. Hoe veilig zijn vrouwen en hun rechten momenteel in Syrië?
Kabawat: Er zijn enkele ontvoeringen geweest, en dat baart ons zorgen. Maar het gaat om geïsoleerde gevallen. We staan in voortdurend contact met de veiligheidsdiensten en geven meldingen door, zodat elke verdenking onderzocht kan worden. Tegelijkertijd doen er veel geruchten de ronde. In een fase na een conflict is het risico groot dat er chaos uitbreekt. Veiligheid heeft binnen de regering de hoogste prioriteit.
Men zou die geruchten ook kunnen zien als uiting van onzekerheid en angst. Veel minderheden maken zich zorgen over hun toekomst. Begin maart zouden honderden alawitische burgers zijn gedood. Wat is er nodig om Syrië te verenigen?
Kabawat: Syrië is als een mozaïek. We hebben een ongeveer tweeduizend jaar oude geschiedenis met verschillende religies en etnische groepen. Dat moeten we zien als een kans. Deze diversiteit zou ons niet moeten verdelen, het is juist iets om trots op te zijn. We moeten ons erop richten om in een verenigd Syrië die verschillen te vieren.
‘Ik wil een eerlijk en openbaar proces voor Assad.’
Overgangspresident Ahmed al-Sharaa heeft een bewogen verleden. Hij richtte het Nusra-front op, dat gelieerd was aan terreurorganisatie al-Qaida. Hebt u geen bezwaren tegen hem?
Kabawat: Iedereen heeft een verleden, maar nu gaat het om de toekomst. De president gaat voortdurend in dialoog met ons allemaal, we kunnen met hem discussiëren en ruziemaken, hij luistert en vraagt ons om ideeën. We moeten nu denken aan wat komt en de krachten bundelen om Syrië beter te maken.
‘Syrië is als een mozaïek. Dat moeten we zien als een kans
Gelooft u dat president Sharaa en zijn aanhangers echt afstand hebben gedaan van hun radicale ideeën?
Kabawat: Ze hebben geen andere keus. Als ze niet inclusief zijn en niet veranderen, heeft Syrië geen toekomst.
Dictator Bashar al-Assad is naar Moskou gevlucht. Welke straf zou u voor hem willen?
Kabawat: Ik wil een eerlijk en openbaar proces, zodat mensen op televisie kunnen zien dat hij ter verantwoording wordt geroepen. Ik denk dat dat veel Syriërs troost zou geven.
U bracht de burgeroorlog in ballingschap door en bent pas na de val van Assad teruggekeerd. Hoe waren uw eerste indrukken?
Kabawat: Syrië is kapot, verwoest, vernietigd. En tegelijkertijd was er enorme vreugde dat de dictator weg was. Ondanks alle verwoesting en economische problemen voelde ik ook hoop. Maar er was ook de vraag: hoe moeten we in deze omstandigheden overleven? Na de aankondiging dat de VS en de EU de sancties willen opheffen, is de stemming veranderd. Veel mensen hebben het gevoel dat er echt iets kan verbeteren.
Miljoenen Syriërs hebben het land verlaten. Hoe wilt u die mensen terughalen?
Kabawat: Ik heb gemerkt dat veel Syriërs in het buitenland drie dingen willen: veiligheid, een baan en goede onderwijskansen voor hun kinderen. Daaraan werken we. We vragen hen terug te komen en te helpen bij de wederopbouw van het land.
Wat wilt u achterlaten wanneer u uw ambt overdraagt?
Kabawat: Een modern ministerie dat zich richt op de wensen en behoeften van de Syriërs. Ik wil geen tenten, geen kampen, geen hulppakketten. Ik wil dat mensen geld verdienen, hun toekomst zelf vormgeven, leren, zich ontwikkelen en ook zelf lesgeven. Zoals wij dat nu doen. Ik wil een nieuwe cultuur van debat. Dat we met elkaar praten in plaats van met elkaar vechten. We moeten niet alleen het land opnieuw opbouwen, maar ook de mensen. Want ook zij zijn kapotgemaakt.
Nieuwe Syrische president Ahmed al-Sharaa: ‘In onze regio zijn er verschillende definities van democratie’
