Henry Kissinger (100): ‘Met Oekraïne in de NAVO wordt Europa veiliger’

Henry Kissinger © Stephen Voss/Redux

Henry Kissinger werd zaterdag 100 jaar. Ondanks zijn hoge leeftijd volgt de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken de internationale politiek nog altijd op de voet. Wat denkt hij over de oorlog in Oekraïne?

Door Oekraïne binnen te vallen, heeft de Russische president Vladimir Poetin alle bruggen met Europa opgeblazen. Is die oorlog de fout van het Westen, zoals Poetin zegt? Of heeft hij zelf een catastrofale inschattingsfout gemaakt?

Henry Kissinger:Dat laatste, achteraf bekeken. Voor de oorlog uitbrak, vond ik het heel verkeerd en ook niet slim om Oekraïne een mogelijk NAVO-lidmaatschap voor te spiegelen. Bekijk het vanuit een Russisch standpunt: tot 1989 hadden de Russen de controle over Oost-Europa tot aan de Elbe. Na de val van de Muur lieten ze Oost-Europa los – noodgedwongen, maar toch. Elke vierkante centimeter van het gebied dat ze verloren, werd deel van de NAVO. Het enige land dat overbleef, was Oekraïne, een land dat Rusland altijd als zijn kleine broertje had gezien. En nu zou dat ook naar de NAVO gaan. Dat was een belangrijk keerpunt.

Had het Westen iets anders kunnen doen?

Kissinger:Van Poetin mocht Oekraïne lid worden van een economisch samenwerkingsverband in Europa, maar niet van een militair bondgenootschap als de NAVO. Poetin deed zelfs een voorstel over de toekomst van de NAVO. Het Westen heeft dat niet ernstig genomen. Het was geen acceptabel voorstel. Maar het had een startpunt kunnen zijn.

Waarom bent u dan van mening veranderd over Oekraïne en de NAVO?

Kissinger: Om twee redenen. De eerste is dat Rusland niet langer de conventionele bedreiging vormt zoals vroeger. Ten tweede is Oekraïne op weg om het best bewapende land in Europa te worden. Waarschijnlijk eindigt de oorlog als volgt: Rusland verliest veel van van de gebieden die het nu geannexeerd heeft, maar behoudt de havenstad Sebastopol op de Krim. Met die uitkomst zal zowel Rusland als Oekraïne ontevreden zijn. Voor de veiligheid van Europa is het dan beter om Oekraïne in de NAVO te hebben. Op die manier kan het geen nationale belissingen meer kan maken over territoriale claims.

‘Als Oekraïne in de NAVO zit, kan het geen nationale belissingen meer maken over territoriale claims.’

U maakt zich dus meer zorgen over de veiligheid van Europa dan over de bescherming van Oekraïne?

Kissinger:We hebben bewezen dat we Oekraïne kunnen beschermen. Maar het is gevaarlijk om te stellen dat een Oekraïens NAVO-lidmaatschap een te groot risico vormt. Oekraïne alleen maar heel zwaar bewapenen met de meest geavanceerde wapens kan niet het gewenste resultaat opleveren. We mogen niet in de toestand van voor de Russische invasie belanden. Dat zou van Oekraïne een geïsoleerd land maken dat louter op zichzelf gefocust is. En dat is niet in ons belang.

U vindt dat Oekraïne in de NAVO moet?

Kissinger: Zonder de NAVO zal Oekraïne niet veilig zijn, omdat de nationalistische gevoelens over Sebastopol niet opgelost zouden zijn. In de NAVO zou het land gegarandeerde bondgenoten hebben en moet het de goedkeuring krijgen als het militaire plannen heeft. Nu, als het Westen China aan zijn kant wil, moeten we Oekraïne waarschijnlijk buiten de NAVO houden.

Als China tegen is, hoe kan Oekraïens lidmaatschap dan toch nog veiliger zijn voor Europa?

Kissinger:Tijdens de Olympische Winterspelen in Peking in 2022 sprak de Chinese president Xi Jinping zijn bezwaar uit tegen de uitbreiding van de NAVO. Dat was de eerste keer dat een Chinese leider een standpunt uitte over de toekomst van Europa. Toch acht ik het mogelijk dat de Chinezen het Oekraïense lidmaatschap alsnog zullen toelaten. In 2014 schreef ik dat Oekraïne een brug moet zijn. Het moest een neutrale positie krijgen, zoals Finland. Nu Finland en Zweden tot de NAVO toetreden, is dat niet meer mogelijk. Ook geografisch is het lidmaatschap gerechtvaardigd, door de kwetsbare positie van Oekraïne. Voeg daar het gevaar van een geïsoleerd Oekraïne aan toe en je hebt een gegrond argument om van mening te veranderen.

© The Economist / vertaling en bewerking: Lara Thierens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content