De Europese lidstaten armworstelen over een nieuwe Europese asiel- en migratiewetgeving. Zolang de lidstaten aan de buitengrenzen hun verantwoordelijkheden niet opnemen, zal België zich niet al te solidair opstellen, aldus de regering-De Wever.
De EU-ministers verantwoordelijk voor Asiel en Migratie hebben vandaag in Luxemburg vergaderd over een nieuwe Europese asiel- en migratiepact. Onder meer de terugkeerrichtlijn en zogenaamde ‘return hubs’ liggen op tafel.
Het hoogtepunt van de Europese asiel- en migratiecrisis ligt al even achter ons. Het afgelopen jaar is zowel het aantal asielaanvragen in de EU als het aantal mensen dat op niet-conforme wijze de EU heeft bereikt fors gedaald. Dat heeft onder meer te maken met een stabieler Syrië sinds het vertrek van ex-president Bashar al-Assad. Ook sloten de EU en haar lidstaten de voorbije jaren enkele akkoorden met landen zoals Libië, Tunesië, Egypte en Mauritanië om migranten zo veel als mogelijk op Noord-Afrikaanse bodem te stoppen.
Eerlijke verdeling
Maar omdat de opmars van uiterst rechts in Europa voortgaat – in Frankrijk en Nederland bijvoorbeeld doen Marine Le Pen en Geert Wilders het erg goed in de peilingen – heerst er weinig optimisme. De grootste bezorgdheid is dat momenteel maar 20 procent van de afgewezen asielzoekers de EU verlaat. Een van de hoofdoorzaken is dat de landen van herkomst ze zelden willen terugnemen. Bovendien, aldus critici van het EU-beleid, zit het huidige systeem nog vol achterpoortjes die een terugkeer bemoeilijken.
Momenteel is de lidstaat die een asielzoeker als eerste registreert verantwoordelijk voor de verwerking van de asielaanvraag, ook als asielzoekers nadien doorreizen naar andere EU-landen. Lidstaten aan de buitengrenzen, waar het gros van de asielzoekers arriveren, vinden dat geen eerlijke verdeling. Daarom werken Griekenland en Italië amper mee als andere EU-landen asielzoekers naar hen willen terugsturen. Rome ging vorig jaar slechts 60 keer op ruim 40.000 aanvragen in, Athene 26 maal op ruim 17.000 stuks.
Dat werkt dan weer onder meer België, Frankrijk, Duitsland, Nederland of Oostenrijk op de zenuwen. Aan de Europese buitengrenzen mogen dan wel de meeste asielzoekers aankomen en geregistreerd worden, uiteindelijk belanden ze in Noordwest-Europa, waar de verplichte opvangcapaciteit voor asielzoekers vaak haar grenzen bereikt – weliswaar omdat enkele lidstaten, zoals België, die capaciteit afbouwen en bereid zijn uitspraken van rechters naast zich neer te leggen.
‘Als te weinig landen zich verantwoordelijk opstellen, dreigt het kaartenhuisje in elkaar te storten.’
Exuberante bedragen
Daarom legde de Europese Commissie begin dit jaar enkele voorstellen op tafel waar de lidstaten momenteel over onderhandelen. Zo wil Brussel de definitie van een ‘derde veilig land buiten de EU’ uitbreiden én de bestaande terugkeerrichtlijn aanpassen. Momenteel mogen lidstaten een afgewezen asielzoeker alleen maar terugsturen naar het land van herkomst of naar een van de landen waarlangs de asielzoeker onderweg is gepasseerd, weliswaar op voorwaarde dat die landen veilig zijn.
‘Door de lijst met veilige landen uit te breiden, willen voorstanders van het voorstel het aantal (succesvolle) asielaanvragen aan het begin van de keten terugdringen’, zegt Hanne Beirens van het Europacollege in Brugge. ‘Asielzoekers uit veilige landen zullen met het Europese asiel- en migratiepact, dat in juni 2026 in werking treedt, in speciale juridische zones aan de EU-buitengrenzen worden ondergebracht. Daar zullen ze meteen een verkorte procedure doorlopen waarbij de kans op internationale bescherming klein is.’
De aangepaste terugkeerrichtlijn moet het toelaten om afgewezen asielzoekers terug te sturen naar landen waarmee ze geen band hebben. Sommige lidstaten willen hen naar centra buiten de EU sturen – de zogenaamde return hubs. Alleen: geen land buiten de EU lijkt daartoe bereid, ook niet tegen exuberante bedragen en als het om een kleiner aantal migranten gaat. Het is bovendien maar de vraag of zulke return hubs wel stroken met het internationaal recht.
Europees bevel
Een andere uitdaging is dat asielzoekers vaak doorreizen nadat ze van een lidstaat het bevel hebben gekregen om het grondgebied te verlaten. Om dat aan te pakken wil de Commissie dat bevel Europees maken. ‘Het betekent dat een afgewezen asielzoeker die van pakweg Italië de EU moet verlaten, en nadien in België opduikt, door ons wordt verwijderd, met financiële steun van het Europese Grensagentschap Frontex. Volgens het huidige voorstel is dat eerst vrijwillig, na een tijd wordt dat verplicht’, aldus Beirens.
Maar de regering-De Wever is niet enthousiast over de verplichte uitvoering van zo’n Europees bevel. ‘Aangezien we momenteel al te maken hebben met veel secundaire migratie, staan we terughoudender tegenover het verplichte karakter ervan, net zoals Frankrijk. We moeten dus bekijken wat we kunnen doen om perverse effecten van de wederzijdse erkenning te vermijden’, aldus bevoegd staatssecretaris Anneleen Van Bossuyt (N-VA) dinsdagochtend op de Europese vergadering in Luxemburg.
De regering-De Wever, die deel uitmaakt van een Europese groep van migratiekritische landen, wil daarnaast ook maximaal gebruikmaken van een uitzonderingsclausule in het migratiepact. Bedoeling is dat andere landen verplicht bijspringen als landen in een asielcrisis verkeren – de Commissie bepaalt wanneer een land met een asielcrisis te maken heeft. In eerste instantie kan dat door migranten over te nemen, maar ook door die solidariteit af te kopen. België is dat laatste van plan. ‘Ons opvangsysteem zit al vol, wij kiezen voor financiële bijdragen’, aldus Van Bossuyt.
Beirens waarschuwt: ‘Eerst zullen vooral de landen aan de Europese buitengrenzen inspanningen moeten leveren om het migratiepact op het terrein mogelijk te maken, daarna moeten ook de andere lidstaten hun verantwoordelijkheid nemen als er een crisis zou ontstaan. De grens tussen solidariteit en verantwoordelijkheid is daarbij flinterdun. Stellen te weinig landen zich verantwoordelijk op, dan dreigt het kaartenhuisje in elkaar te storten. Tonen te weinig landen zich vervolgens solidair, dan ook.’
‘Het aantal asielaanvragen in Europa is met een kwart verminderd’