Oekraïense burgers met 3D-printers bouwen gevechtsdrones voor het front
In Oekraïne bevoorraden gewone burgers en kleine wapenfabrikanten het front met huisgemaakte drones. De regering is hen dankbaar, maar maakt zich ook zorgen.
Sommige dagen zijn beter dan andere. 23 februari 2022, de dag voor de Russische invasie in Oekraïne, was er zo een voor Alexei en Kosty. De twee techondernemers uit Cherson, in het zuiden van het land. vonden een investeerder die hun start-up wilde financieren. Hun bedrijfje ontwikkelde een apparaat om oplaadpunten voor elektrische auto’s efficiënter te maken. Alexei was elektrotechnisch ingenieur aan de universiteit van Cherson, Kostya was de manager van de plaatselijke Apple Store.
Binnen enkele dagen viel Cherson in Russische handen en lagen de plannen van het tweetal aan diggelen. De Apple Store werd geplunderd en bleef dicht, aan de universiteit werden alle colleges opgeschort. De vrienden sloten zich aan bij het verzet. Alexei maakte explosieven in zijn appartement, Kostya reed in zijn rode Tesla door de stad en deed zich voor als taxichauffeur. In werkelijkheid leverde hij ammoniak aan bommenmakers. Toen Cherson in november werd bevrijd, richtte het duo een nieuw bedrijf op. Voortaan zouden ze drones maken voor het Oekraïense leger.
In juni ontmoet ik Alexei en Kostya in Cherson. Ze vertellen me dat de Russische inlichtingendienst FSB hen al snel op het spoor kwam. Alexei werd in de zomer van 2022 opgepakt. Hij laat me beelden van zijn arrestatie zien uit het Russische tv-journaal. Hij glimlacht verlegen wanneer de nieuwslezer het heeft over ‘een terrorist die van plan is een massamoord te plegen’.
Gekke professoren
Alexei zegt dat de FSB hem honderdduizenden euro’s bood om voor hen te werken. Dat was gebruikelijk, zeggen de twee. Als je het geld weigerde, riskeerde je ‘de kelder’, opsluiting en waarschijnlijk marteling. Alexei weigerde, werd toch vrijgelaten en hield zich gedeisd. Kostya werd door de Russen aangehouden toen hij met zijn vrouw en dochtertje in de auto zat. Ze namen zijn identiteitspapieren in beslag en probeerden in zijn telefoon binnen te raken. Kostya vermoedt dat ze hem alleen naar huis lieten gaan omdat zijn dochter huilde en de agent medelijden met hen had.
Het lijkt wel alsof de helft van de Oekraïense bevolking in zijn vrije tijd drones bouwt.
De FSB rekruteerde hem kort daarna — al benadrukt Kostya wel dat hij contact bleef houden met de Oekraïense inlichtingendienst. Van de Russen moest hij computers repareren, waarna ze controleerden of hij er geen afluisterapparatuur op had geïnstalleerd. Hij werkte een paar weken als dubbelspion, tot het Oekraïense tegenoffensief dichterbij kwam en zijn opdrachtgevers verdwenen.
In Cherson groeide hun reputatie. Een verzetsstrijder die ik spreek noemt hen ‘gekke professoren’. Nadat de Oekraïners de stad in november hadden bevrijd, werden ze door de Oekraïense inlichtingendienst ondervraagd. De Russen hadden zich teruggetrokken aan de overkant van de Dnjepr, maar beschoten Cherson elke dag. Het leger kon de knowhow van de vrienden wel gebruiken. Alexei liet een inlichtingenofficier een op afstand bediende ontsteker zien die hij ontworpen had en die niet gejamd, gestoord kon worden. Al snel kregen de twee bezoek van artillerie- en luchtmachtcommandanten, ontmijningsteams en verkenningseenheden die met drones over de rivier vlogen om Russische posities te observeren. ‘En zo begon onze militaire productie’, zegt Kostya.
Het lijkt wel alsof de helft van de Oekraïense bevolking in zijn vrije tijd drones. Onlangs opende een vriend de kofferbak van zijn auto: er lagen twee eivormige plastic objecten in. Het waren waterdrones. Ze blazen de mijnen op die de Russen op de bodem van de Dnjepr leggen om de rubberbootjes van de Oekraïense verkenningsteams te hinderen. Vrijwilligers bevoorraden de Oekraïense strijdkrachten sinds 2014, toen Rusland de Krim annexeerde en de separatisten in de Donbasregio steunde. Na verloop van tijd verenigden ze zich in organisaties. ‘Men grapt weleens dat deze oorlog wordt uitgevochten door vrijwilligers en met gedoneerd geld’, zegt Alexei. ‘Wel, dat is niet echt een grap. Het is een beetje waar.’
De meeste Oekraïners in binnen- als buitenland sponsoren de oorlogsinspanning. Vrienden en familieleden van soldaten zamelen geld in via sociale media, de soldaten zelf verkopen militaire emblemen en merchandise. Vrijwilligers runnen veldkeukens, distribueren hulpgoederen naar dorpen aan de frontlinie, huisvesten ontheemden, vervoeren doden en gewonden. Bedrijven doneren goederen, delen gebouwen en logistiek.
Een van de grootste vrijwilligersorganisaties is Come Back Alive, dat in 2014 geld begon in te zamelen om uitrusting te sturen naar de troepen in de Donbas. In 2021 leverde dat om en bij de 467.000 euro op, vorig jaar zo’n 142 miljoen. Momenteel werkt de organisatie samen met 700 militaire eenheden. Ze levert uitrusting, knapt commandoposten op, leidt dokters en ontmijningsteams op, en leert soldaten hoe ze wapens uit het Sovjettijdperk kunnen aanpassen aan de huidige noden. Maar dat is niet alles. Come Back Alive coördineert ook het ontwerp en de levering van drones die uitgerust zijn met camera’s of explosieven. Taras Chmut, een van de oprichters van de organisatie, schat dat 90 procent van de Oekraïense drones gemaakt is door vrijwilligers.
(Lees verder onder de preview)
Nachtwerk
Alexei en Kostya noemden hun nieuwe bedrijf Midnight Lab, omdat ze altijd ‘s nachts werken. In een werkplaats in Cherson ontwerpt en produceert het tweetal samen met een derde collega militair tuig. Op de achtergrond rommelt de artillerie aan de overkant van de rivier. Wanneer ik opmerk dat het er de avond voordien wel heel luid toeging, haalt Alexei zijn schouders op: ‘Zo luid was het niet.’ ‘Het is pas luid als zo’n projectiel in je appartement terechtkomt’, zegt Kostya wrang. Drie maanden geleden landde er een raket op de binnenplaats van zijn flatgebouw.
Een van de populairste producten van Midnight Lab, vooral bij ontmijningsteams en speciale eenheden, is de op afstand bediende ontsteker. Commandanten komen naar hen toe met speciale verzoeken. Een geniesoldaat liet hen een Scorpion zien, een precisieraket van Amerikaanse makelij, en bestelde iets wat erop leek maar kleiner was. Soms vinden ze ook inspiratie dichter bij huis: Alexei ontwierp onlangs een granaat gemaakt van een bierblikje.
Als het ministerie van Defensie zou weten wat we doen, dan zou het ons bedrijf opdoeken.
Midnight Lab maakt verschillende soorten drones, waaronder een verkenningstoestel met een automatische piloot dat zelfs blijft werken als het signaal wegvalt. Een andere drone, de ‘kamikaze’, is volgeladen met explosieven en heeft een bereik van 20 kilometer. Hij is populair bij soldaten die vechten op de betwiste eilanden in de Dnjepr-delta. Het bedrijfje maakt ook antidronegeweren, die worden gebruikt om vijandelijke dronesignalen te verstoren.
De droneoorlog is een technologische wedloop geworden. Volgens de Oekraïense overheid maken meer dan 200 bedrijven officieel drones in Oekraïne. En dan zijn er nog de honderden kleinere bedrijven, zoals Midnight Lab. Alexei en Kostya bouwen het gros van hun producten met een 3D-printer. De elektronische onderdelen halen ze uit het buitenland en uit Oekraïne.
Ze experimenteren met AI, stille motoren en houten frames. Ze promoten hun producten via een website. Midnight Lab opereert dus niet in de schaduw, maar een licentie heeft het bedrijf niet. ‘Als het ministerie van Defensie zou weten wat we doen, dan zou het ons bedrijf opdoeken’, zegt Kostya.
Twee Oekraïnes
Soms lijkt het alsof er twee Oekraïnes zijn. Het oude, met een Sovjetkater: bureaucratisch, corrupt, inefficiënt. En het nieuwe, gevoed door een jongere generatie, gesmeed tijdens de Maidanrevolutie van 2014 die de pro-Russische president Viktor Janoekovitsj ten val bracht. Die burgeractivisten voeren een parallelle politiek via vrijwilligers die behendig, creatief, digitaal onderlegd en georganiseerd zijn.
‘De overheid is traag en inefficiënt’, zegt Taras Chmut van Come Back Alive. ‘Anders zouden wij niet bestaan.’ Soldaten in Cherson rollen met de ogen als ik het heb over ‘het papieren leger’, vanwege de bureaucratische aankoopprocedures van het ministerie van Defensie. Chmut heeft meer begrip. ‘Ik hou er niet van dat mensen het ministerie slecht noemen. Het is niet obstructief, het betaalt gewoon te weinig. Intelligente mensen hebben niet de neiging om er te gaan werken. Het is niet beter of slechter dan een ander ministerie. Het is gewoon zoals Oekraïne zelf.’
Oleksander Kamyshin werd in maart benoemd tot minister van Strategische Industrieën, verantwoordelijk voor de militaire productie in Oekraïne. Daarvoor was hij ceo van de Oekraïense spoorwegen. Hoewel zijn beleid vaak onder vuur lag, reden de treinen opmerkelijk stipt. Hij vertelt me dat hij de regering wil betrekken bij wat hij ‘Oekraïne 2.0’ noemt. ‘We proberen een nieuw land op te bouwen. We nemen de delen waarvan we houden en ontdoen ons van de delen waar we niet van houden. Het is motiverend, het geeft ons iets om voor te vechten.’
Kamyshin heeft er de handen vol aan: ‘Mijn huis staat in brand, er zijn vlammen in elke hoek.’ Toen hij zijn nieuwe taak opnam, voerde hij meteen de defensieproductie op, te beginnen met munitie: kogels, mortieren en artilleriegranaten. Hij toont me een grafiek waaruit blijkt dat de productie in juni bijna tweeënhalf keer hoger lag dan in heel 2022. Daarna richtte hij zijn aandacht op geleide antitankraketten en kleinere pantservoertuigen. Nu probeert Kamyshin samen met het ministerie van Digitale Transformatie de juiste aanpak te vinden voor de productie van drones. Hij erkent dat de vrijwilligerssector belangrijk is geweest, maar maakt zich ook zorgen. Als zij militaire drones blijven leveren, zegt hij, zal het ministerie van Defensie nooit geprikkeld zijn om de ontwikkeling, productie en training te organiseren die nodig zijn voor een gecoördineerde strategie.
Hij is vooral bezorgd over de lukrake manier waarop drones aan het front terechtkomen: sommige worden in het buitenland gemaakt, andere in Oekraïense fabrieken, terwijl nog andere door hobbyisten-ingenieurs worden aangepast van civiel naar militair gebruik. Daardoor is het volgens Kamyshin onmogelijk bij te houden hoe ze worden gebruikt en hoe effectief de verschillende modellen zijn. ‘Ik ben een dataman’, zegt hij, verwijzend naar zijn achtergrond in het bedrijfsleven en de financiële wereld. ‘Wat je niet kunt meten, kun je niet beheren.’
Spontaan blijven
Hoewel start-ups zoals Midnight Lab innovatief tuig leveren, zijn er grenzen aan wat een kleine werkplaats kan produceren. Kamyshin zegt dat Oekraïense bedrijven nog geen grotere kamikazedrones met een groter bereik ontwikkelen, zoals de drones die Russische troepen hebben ingezet tegen Oekraïense steden, omdat ze duur zijn en complex om te produceren. Kamyshin wil dat het ministerie van Defensie het certificeringsproces voor Oekraïense defensieaannemers versnelt, zodat meer fabrikanten in aanmerking komen voor overheidsopdrachten. Dat gebeurt al. De regering heeft contracten getekend met meer dan 40 defensiebedrijven en heeft onlangs een budget van bijna een miljard euro aangekondigd voor de productie en aanschaf van drones.
Chmut vertelt me dat Come Back Alive de handen in elkaar slaat met andere vrijwilligersorganisaties en het ministerie van Defensie om eenheden te bevoorraden. ‘Maar’, zegt hij, ‘de vrijwilligersbeweging is chaotisch en spontaan en zo moet het ook zijn, anders werkt het niet. Elke poging om het te organiseren of in een kader te plaatsen zou funest zijn.’
Kamyshin begrijpt het argument. ‘De bevoorradingsketen van het Russische leger is verticaal maar verrot. Als er zich een probleem voordoet, is Rusland traag met het leveren van een oplossing. Toch kan het materieel in grotere hoeveelheden en tegen een lagere kostprijs naar het front brengen. In Oekraïne zijn we sneller, maar niet gecoördineerd.’ Kamyshin heeft geprobeerd samen te werken met de toonaangevende vrijwilligersorganisaties om hun expertise te benutten en een middenweg te vinden. ‘Godzijdank hebben we die organisaties’, zegt hij. ‘Ze maken deel uit van onze nationale superkracht.’ Hij erkent dat ze zich snel kunnen aanpassen om gaten te dichten waar dat nodig is.
Ondertussen zijn Alexei en Kostya in hun werkplaats druk bezig om de anti-jammingtechnologie van een buitenlandse drone na te maken. ‘Rusland heeft al verloren,’ zegt Alexei, ‘maar wij hebben nog niet gewonnen.’ Na de oorlog willen ze hun start-up nieuw leven inblazen en opnieuw producten voor het opladen van elektrische auto’s ontwikkelen. Maar eerst Oekraïne redden, dan pas de planeet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier