Francine Mestrum

‘Dilemma voor de klimaatbeweging: niemand geeft vrijwillig welvaart en comfort op’

Francine Mestrum Sociaal wetenschapper

‘Het is makkelijk te stellen dat ons grondstoffenverbuik ‘met een derde moet dalen’, en dat we moeten overschakelen op schone energie’, schrijft Francine Mestrum. ‘Maar hoe dat allemaal moet gebeuren, dat is veel minder duidelijk.’

Het jongste IPCC-verslag is duidelijk. Als we liever vandaag dan morgen drastisch ingrijpen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, kan wellicht de limiet van 1,5° opwarming gehaald worden, hoewel het wellicht toch 2° wordt. Dat is nog net leefbaar.

We weten het al lang: alle leven op aarde kan onmogelijk worden met een te grote opwarming. Alle wetenschappelijke gegevens zijn bekend. We weten wat moet gebeuren.

Alleen: we weten niet hoe.

Laat me beginnen met een simpel voorbeeld. De grootste vervuilers zijn fossiele brandstoffen, bruinkool, steenkool, olie, gas… In de plaats daarvan moet schone energie komen. We hebben daarvoor diverse middelen: zonne- en windenergie worden nu al volop gebruikt, we hebben waterkracht en geothermie. En er wordt volop overgeschakeld op elektrische auto’s met een batterij waar nogal wat lithium inzit.

Alleen: voor duurzame batterijen, windmolens en zonnepanelen zijn ontzettend veel niet-duurzame materialen nodig.

Volgens een rapport van de Wereldbank van 2020 slorpt de mijnbouw nu al 11% van het mondiale energieverbruik op en 70% daarvan gebeurt in regio’s met waterstress. De ecologische voetafdruk van de toekomstige mijnbouw wordt ontzettend groot, want voor die schone energie, maar ook voor onze mobiele telefoons, computers en de digitalisering van de economie in het algemeen zullen er honderden miljoenen ton ertsen nodig zijn. De vraag naar sommige materialen, zoals lithium, kobalt en grafiet zal tot 500% stijgen.

(Lees verder hieronder.)

Men kan denken dat de Wereldbank overdrijft. Maar ook een radicale beweging zoals ‘Ecologistas en acción’ heeft berekeningen waaruit naar voren komt dat de toekomstige behoefte aan een aantal ertsen groter zal zijn dan de tot nu to bekende reserves, zelfs in een ‘degrowth’-model.

Het is een dilemma waarvoor ik nog nergens een oplossing heb gevonden. Het is makkelijk te stellen dat ons grondstoffenverbuik ‘met een derde moet dalen’, zoals ik lees bij Broederlijk Delen, maar hoe doe je dat? Besparen op wat? Als men weet dat er in het Zuiden nog een ontzaglijk groot tekort aan energie is voor miljoenen gezinnen, wordt het beeld wel donkergrijs. Bovendien, zo vreest ‘Ecologistas en acción’, kan niet erg veel hoop gesteld worden in hergebruik en recyclage, want die systemen zijn nu nog nog onderontwikkeld.

Je zou kunnen stellen dat het dan voor zich spreekt dat, zeker in het Noorden, het energieverbruik zal moeten dalen. Maar tot nog toe lukt dat niet zo goed, en het zijn alleen de torenhoge prijzen die mensen ertoe aanzetten de verwarming niet één maar minsten vijf graden lager te zetten. Maar het is onverantwoord om mensen in de kou te laten leven en ziek te laten worden.

Eén ding lijkt alvast duidelijk: als we mensen willen overtuigen om zich ook volop achter een algemene inspanning te scharen om minder energie te gaan verbruiken, zal hen een betere toekomst beloofd moeten worden. En dan bedoel ik niet met beloftes als ‘verbondenheid en geluk’, want zo’n uitspraken zijn vaag en onvatbaar. Wel moeten we denken in de richting van sociale rechten en voldoende bestaanszekerheid.

Niemand zal vrijwillig welvaart en comfort opgeven. Alleen in ruil voor een beter leven en een betere toekomst is er nog iets mogelijk. Sociale rechtvaardigheid en klimaatrechtvaardigheid gaan hand en hand, zo wordt steeds gezegd. Dat klopt, maar die sociale rechtvaardigheid wordt wel een voorwaarde om iets tegen de klimaatverandering te kunnen doen.

Francine Mestrum is mondiaal activist.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content