Wat als Rusland plots een stadje in NAVO-bondgenoot Estland zou bezetten? Hoe groot is, na zo’n speldenprik, de kans op een wereldwijd uitdijend conflict tussen de NAVO en Rusland? Is de NAVO daar klaar voor? En wat zouden de gevolgen in België zijn?
Eén speldenprik, één kleine Russische aanval in Estland, en de hele Europese veiligheidsarchitectuur ligt in duigen. Carlo Masala, professor internationale politiek in München en eminente defensie-expert, legde in Knack onlangs uit dat zo’n toekomstscenario allesbehalve dystopische spielerei is.
Aanleiding voor ons gesprek was Masala’s recent in het Nederlands vertaalde boek Als Rusland wint. Daarin blikt hij vooruit naar 2028. De oorlog in Oekraïne is officieel voorbij en Rusland heeft gewonnen. Vladimir Poetin heeft een stap opzij gezet en plaatsgemaakt voor een op het eerste gezicht meer gematigde Russische president die in het Westen herinneringen oproept aan Michail Gorbatsjov. De EU raakt stilaan weer in vredesmodus en zet een rem op grootschalige, miljarden verslindende bewapeningsprogramma’s.
Tot de Russische troepen, in maart 2028, binnenvallen in Narva, een industriestadje in het noordoosten van Estland, aan de grens met Rusland.
Een dag later vraagt Estland aan de NAVO om artikel 5 van het NAVO-verdrag toe te passen. Dat artikel bepaalt dat een aanval op één lidstaat beschouwd wordt als een aanval op álle lidstaten. Het topoverleg daarover loopt zonder resultaat af. De Amerikaanse president is niet bereid ‘om de Derde Wereldoorlog te riskeren voor Narva’. Het officiële standpunt van de NAVO is dat de aanval op Narva wordt beschouwd als ‘een beperkte operatie van Rusland’. In het Kremlin knallen de kurken.
Waarom Vladimir Poetin (nog) geen NAVO-lidstaat durft aan te vallen
‘Schandalige onderdrukking’
Hoe realistisch is dat scenario? Heeft, om te beginnen, Rusland concrete plannen om straks ook een NAVO-lidstaat aan te vallen? En zou dat dan een van de Baltische staten kunnen zijn?
Niet realistisch, zegt Dmitri Peskov, de woordvoerder van het Kremlin. In een recent interview met het Franse blad Le Point deed Peskov nog eens zijn beklag over de ‘schandalige onderdrukking’ van de Russischsprekende minderheden in het Balticum. Toch zou Rusland ‘niet de intentie’ hebben om militair in te grijpen.
‘Waar bouwt Rusland welke militaire capaciteit op? Dat is de enige objectieve graadmeter. En ja, die is wel wat zorgwekkend.’
Hoeveel geloof moeten we aan die woorden hechten? ‘Geen’, zegt Steven Blockmans, defensie-expert aan het International Centre for Defence and Security in Estland. ‘Rusland heeft ooit precies hetzelfde verteld over de Krim. Het had daar volgens officiële verklaringen niets te zoeken.
Tegelijk was er sprake van een genocide die Rusland moest voorkomen. Waarna er een invasie kwam van de “groene mannetjes” (gemaskerde Russische soldaten in ongemarkeerde uniformen, nvdr) en ze de Krim annexeerden. Ik mag hopen dat we het stadium waarin we dat soort propaganda geloven inmiddels wel voorbij zijn.’
Simon Van Hoeymissen, onderzoeker bij het Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie, denkt er niet anders over. ‘Poetin beweerde toch ook jarenlang dat hij Oekraïne niet zou aanvallen? Dat soort dubbel discours is niet nieuw’, zegt hij. ‘Je moet vooral goed kijken waar Rusland welke militaire capaciteit opbouwt. Dat is de enige objectieve graadmeter. En ja, die is wel wat zorgwekkend.’
Het stadje Narva is volgens hem een realistisch doelwit. ‘Ruim 90 procent van de inwoners is Russisch en het Russische leger zou bij een inval wellicht weinig weerstand ondervinden.’
Volgens Steven Blockmans, die in de Estse hoofdstad Tallinn woont, zorgt die identitaire kwestie binnen de Russischsprekende gemeenschap in Estland voor verdeeldheid. ‘En die is sinds de oorlog in Oekraïne alleen maar toegenomen. De meeste jongeren begrijpen dat het Rusland van Poetin hen weinig te bieden heeft. Ze zijn meer op het Westen gericht en staan kritischer tegenover de Russische propaganda. De oudere generatie koestert ideeën waar ze moeilijk van af te brengen is.’
Hetzelfde zie je in Letland en Litouwen, waar je ook belangrijke Russische minderheden hebt, zegt Blockmans. ‘Vooral het bestaansrecht van Litouwen wordt door de Russen regelmatig ter discussie gesteld. Zo verscheen in Rusland onlangs een historisch werk waarin beweerd wordt dat de Litouwse natie en taal niet bestaan. Het boek kreeg een voorwoord van de Russische buitenlandminister Sergey Lavrov. Precies hetzelfde deed Poetin in zijn beruchte essay over Oekraïne. Het idee was dat Oekraïners geen eigen identiteit hebben en net zoals Litouwers in wezen allemaal Russen zijn.’
De Estse overheid is zich heel goed bewust van de Russische dreiging, vertelt Blockmans. Hij wijst erop dat het land al nieuwe defensielijnen aan het optrekken is. ‘Maar gaat het allemaal snel genoeg? Op dit ogenblik is het land misschien wel op z’n kwetsbaarst.’
De extra’s van de Knack-stemtest: Vlaamse partijen klaar voor vredesmissie naar Oekraïne
Slachtoffers incasseren
Zal Rusland die kwetsbaarheid ook binnen afzienbare tijd willen testen? Een mogelijk tegenargument is dat Rusland, zeker op dit ogenblik, niet bij machte is om een tweede front te openen. In Oekraïne boekt het vandaag nog nauwelijks terreinwinst. Om de broek op te houden, moest het een beroep doen op Noord-Koreaanse soldaten. Wat zou het dan een aanval op een NAVO-lidstaat riskeren?
‘Als je een simpele rekensom maakt, is de Europese troepenmacht groter. Maar onderschat de Russische bereidheid om slachtoffers te incasseren niet.’
‘Dat argument hoor je vaak’, zegt Martijn Kitzen. Kitzen is oud-militair en hoogleraar Krijgswetenschappen aan de Nederlandse Defensie Academie en het Institute of Security and Global Affairs van de Universiteit van Leiden. Hij publiceerde zopas samen met Tim Sweijs het boek De oorlog van morgen.
‘Op dit ogenblik kan Rusland inderdaad niet nog een grootschalige aanval op poten zetten’, denkt Kitzen. ‘Maar zo’n speldenprik is wel degelijk realistisch. We zien nu al dat het gros van het nieuwe oorlogsmaterieel dat de Russen produceren níét naar Oekraïne gaat. Een belangrijk deel wordt gepositioneerd in Belarus en langs de grens met Finland. Dat wil niet zeggen dat ze daar een onmiddellijke aanval voorbereiden. Het wijst er wél op dat hun oorlogseconomie voldoende sterk is om niet alleen voor Oekraïne materieel te produceren.’
Het is geen goed idee, vindt Kitzen, om de Russische militaire slagkracht te onderschatten: ‘Als je een simpele rekensom maakt, is de Europese troepenmacht inderdaad groter. Maar onderschat de Russische bereidheid om slachtoffers te incasseren niet. In een slechte maand verliest het Russische leger een man of 40.000. Dat komt neer op bijna alle Nederlandse militairen. Wij zijn dan geneigd om te denken: ze zitten daar met een enorm probleem. Maar de calculus van Poetin en het Kremlin is heel anders.’
‘Het is een moeilijk evenwicht: hoe meer troepen je bijvoorbeeld in Estland stationeert, hoe groter het risico dat Rusland dat als een directe dreiging ziet.’
Ook de NAVO, meent Van Hoeymissen, is zich zeer goed bewust van de risico’s en er bestaan zelfs concrete plannen. ‘Er is bijvoorbeeld een Baltic Defense Line in de maak, een soort Maginotlinie, met bunkers, mijnenvelden en allerlei obstakels die een Russische opmars moeten vertragen, zodat NAVO-landen voldoende tijd hebben om versterkingen te sturen.’ Sommige plannen zijn dus al in uitvoering. ‘In Estland wordt een Britse pantserbrigade gestationeerd. In Litouwen komt er een permanente basis met een Duitse brigade. In Letland wordt een multinationaal samengestelde brigade voorzien.’
Drie brigades, doorgaans 3000 à 5000 manschappen sterk. Dat lijkt op het eerste gezicht weinig om drie landen te verdedigen of Rusland af te schrikken. Volgens Van Hoeymissen blijft het een moeilijke balans: ‘Hoe meer troepen je bijvoorbeeld in Estland stationeert, hoe groter het risico dat Rusland dat als een directe dreiging ziet. Die troepen mogen dus niet overkomen als een provocatie, zeker met die grote Russische bevolkingsgroep in Estland.’
Terreuraanslag
Professor Blockmans ziet nog een ander probleem. Het scenario dat Carlo Masala schetst, is maar een van de honderden mogelijke scenario’s: ‘De moeilijkheid is natuurlijk dat zo’n speldenprik van gelijk welke aard kan zijn. Ik denk bijvoorbeeld aan een terreuraanslag in de regio, waarbij het dan onduidelijk is wie er precies achter zit.’
Je zou ook kunnen zeggen dat Rusland de NAVO al volop aan het testen ís, vindt Blockmans. ‘Onlangs nog was er een incident waarbij de Estse kustwacht een schip van de Russische schaduwvloot onderschepte. Meteen kreeg dat schip ondersteuning van een Russisch gevechtsvliegtuig dat daarvoor, een minuut lang, door het Estse luchtruim vloog en zo dus het NAVO-luchtruim schond. Een andere beproefde methode zijn de kabelincidenten, waarbij schepen van diezelfde Russische schaduwvloot schade toebrengen aan het onderzeese kabelnet in de Oostzee.’
Het brengt ons bij een volgende, niet minder belangrijke vraag. De incidenten die Blockmans beschrijft kun je strikt genomen beschouwen als aanvallen op een NAVO-lidstaat. Maar wanneer wegen die zwaar genoeg om artikel 5 te activeren? ‘De NAVO zou daar meer helderheid over moeten scheppen’, zegt Blockmans. ‘De Amerikaanse president Donald Trump riep tijdens zijn eerste ambtstermijn al dat een aanval op Noord-Macedonië hem geen kernoorlog waard is. Daarmee ondermijn je natuurlijk de afschrikwekkende kracht van artikel 5.’
‘Ik kan me voorstellen dat ook Zuid-Europese landen zullen zeggen: we gaan geen oorlog riskeren voor een stadje aan de Baltische kust.’
Martijn Kitzen maakt zich weinig illusies. ‘Wij kunnen niks zonder de VS. Maar we zullen het in een dergelijk scenario wel zonder hen moeten doen. Een paar weken geleden sprak ik in Washington met wetenschappers en militairen, en allemaal zeiden ze: onder deze president zal Amerika er zijn handen af houden. Maar laten we eerlijk zijn. Waarschijnlijk is de bereidheid in bijvoorbeeld Spanje of Italië niet veel groter. Daar wordt angstig gekeken naar de ontwikkelingen in de Sahel en Libië, conflicten waar wij in Noord-, Oost- en West-Europa veel minder mee bezig zijn. Ik kan me voorstellen dat ook die Zuid-Europese landen zullen zeggen: we gaan geen oorlog riskeren voor een stadje aan de Baltische kust.’
Toch is Kitzen niet pessimistisch. ‘Europa is rijk en we kunnen meer dan we denken. Frankrijk heeft zijn Force de frappe, de Franse nucleaire paraplu, Groot-Brittannië zijn Trident Force. Polen heeft ondertussen zoveel geïnvesteerd dat de Russen wel twee keer zullen nadenken voor ze dat land de oorlog verklaren. Als in navolging van Polen ook de West-Europese landen die slag maken, beschikken we over een afschrikkingsmacht die kan tellen.’
Dat vindt Steven Blockmans de grote verdienste van Masala’s boek: ‘Hij wijst op een zwak punt in de verdediging van de NAVO én hij heeft een breed publiek bereikt en zo het bewustzijn bij die brede bevolking aangescherpt. Dat is een goede zaak, want zijn scenario is wel degelijk realistisch. Al wordt het – het klinkt paradoxaal – precies daarom minder en minder realistisch. Een bekende militaire doctrine zegt dat het verwachte, juist omdat het verwacht wordt, niet te verwachten is. Wat we verwachten, plannen we. Wat we verwachten en plannen, schrikken we af, en wat we afschrikken, gebeurt niet.’
Operatie Spinnenweb: hoe Oekraïne erin geslaagd is om meer dan 40 Russische bommenwerpers te slopen
Russisch leren
In het scenario dat Masala schetst hebben we te weinig in die afschrikking geïnvesteerd. We hebben ons, met andere woorden, in slaap laten wiegen door Russische propaganda, en de aanval op een NAVO-lidstaat is dan plots een feit. De facto kan het betekenen dat ook ons land betrokken raakt in een oorlog met Rusland. Hoe moeten we ons dat voorstellen? Zouden we dan, zoals NAVO-baas Mark Rutte onlangs badinerend dreigde, ‘maar beter Russisch leren’? Zo’n vaart zal het wellicht niet lopen, denkt Kitzen. ‘Ik verwacht niet dat Russische tanks bij Luik of Enschede de grens komen binnenrollen.’
In zo’n oorlogsscenario krijgen landen als België en Nederland doorgaans een cruciale rol als logistieke draaischijf. Volgens Kitzen is het realistisch dat Antwerpen en Rotterdam logistieke hubs zullen worden. ‘De meest concrete dreiging is dan dat die steden aangevallen worden. Denk aan beschietingen zoals we die onlangs in Kiev hebben gezien: langeafstandsbombardementen met ballistische raketten, drones en kruisvluchtwapens.’
Voor een rol als logistieke hub is België nog niet klaar, zegt Van Hoeymissen. Al wordt daar blijkbaar hard aan gewerkt. ‘Onder leiding van Defensie worden plannen uitgewerkt waar naast Defensie en andere overheidsdiensten ook de deelstaten, de NMBS, de havens van Antwerpen en Zeebrugge en privébedrijven nauw bij betrokken zijn. Voor de snelle ontplooiing van troepen en materieel zijn die havens van essentieel belang. België moet daarom militair in staat zijn om twee brigades in te zetten: één in Zeebrugge en één in Antwerpen. Dat is de afspraak binnen de NAVO.’
Twee, tweeënhalf, drie of vijf: hoeveel procent geven NAVO-landen straks het best uit aan defensie?
Hybride aanvallen
Als een speldenprik in Estland of elders uitmondt in open conflict met de NAVO, dan zal België zeker ook meer te maken krijgen met sabotage, cyberaanvallen en hybride oorlogvoering: van het hacken van vitale systemen en overheidsdiensten tot beïnvloeding van verkiezingen en misschien ook moordaanslagen.
Martijn Kitzen verwacht dat die hybride aanvallen veel heftiger zullen zijn dan wat we tot nu toe zagen. ‘Naast digitale aanvallen zou je ook fysieke aanvallen krijgen, bijvoorbeeld tegen de onderzeese infrastructuur. Of denk aan aanslagen zoals de onlangs verijdelde moordpoging op de topman van Rheinmetall. Dat zijn mogelijkheden waar we overigens nu al rekening mee moeten houden.’
‘Wat als een hybride aanval Brussel lam legt, ziekenhuizen niet meer functioneren en er veel doden vallen? Moet artikel 5 dan in werking treden?’
Rusland toont zich al jaren bijzonder bedreven in hybride oorlogsvoering. ‘We schroeven onze verdediging tegen hybride oorlogsvoering wel op, maar dat volstaat niet’, zegt Van Hoeymissen, ’Je moet zelf offensieve cyberaanvallen kunnen uitvoeren om Rusland af te schrikken. Anders nodig je Rusland eigenlijk uit om er mee door te gaan.’
De komende NAVO-top zou zich het best ook buigen over de vraag hoe we zullen reageren op een zware hybride aanval, vindt Kitzen. ‘Wat als die Brussel lam legt, als ziekenhuizen niet meer functioneren en er veel doden vallen? Moet artikel 5 dan in werking treden?’
Radio Free Europe
Het Westen biedt voorlopig weinig weerwerk, vindt Martijn Kitzen. ‘Tijdens de Koude Oorlog waren we daar meer mee bezig, bijvoorbeeld door westerse standpunten te verspreiden via Radio Free Europe. We zijn dat een beetje verleerd, al zullen de Russische autoriteiten aanvoeren dat het Westen via allerhande ngo’s aan hybride oorlogsvoering in Rusland doet.’
‘Wij hebben – terecht – te veel scrupules om een ziekenhuis in Rusland met een hybride aanval plat te leggen.’
We kunnen veel meer doen, denkt Kitzen. ‘Onlangs vroeg een van mijn kinderen of wij ook wel eens cyberaanvallen uitvoeren op Rusland. Dat is een interessante vraag. Ik weet dat daar sinds enkele jaren over wordt nagedacht, maar in de praktijk komt het moeizaam op gang. Het is ook niet makkelijk. Wij hebben – terecht – te veel scrupules om een ziekenhuis in Rusland plat te leggen. Maar er zijn ook andere mogelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld proberen om het Internet Research Agency, de befaamde trollenfabriek in Sint-Petersburg, te hacken. Het zou me niet verbazen mochten we dat soort acties in de toekomst vaker zien.’
In de loopgraven
Simon Van Hoeymissen wijst tot slot nog op gevolgen van een conflict met Rusland waar slechts zelden wordt bij stil gestaan. ‘Een heel klein aantal Belgen zou effectief in een loopgraaf op het slagveld belanden. Maar ook voor de rest van de samenleving zou de impact enorm zijn. Toen de oorlog in Oekraïne losbarstte zorgde dat voor een beheersbare stroom vluchtelingen. Als een van de Baltische landen of Polen wordt aangevallen, dan zal die vluchtelingenstroom veel groter zijn. Hoe en waar zouden we die stroom opvangen? Dat gaat niet alleen over huisvesting, maar ook over scholen, ziekenhuizen enzovoort. Wat als een massa gewonde NAVO-soldaten hier verzorgd moet worden? Het militaire ziekenhuis in Neder-over-Heembeek moest in de oorlog in Oekraïne nog geen tien soldaten opnemen.’
‘We hebben Oost-Europese chauffeurs, verplegend personeel, werknemers in de kinder- en ouderenzorg enzovoort. Wie gaat al die taken overnemen als zij naar het front in hun land gaan?’
Vandaag worden onze vrachtwagens met goederen en levensmiddelen vaak bestuurd door mensen uit Oost-Europa, zegt Van Hoeymissen. ‘Als er een oorlog met Rusland uitbreekt, keren die wellicht terug naar hun land of worden ze gemobiliseerd voor hun nationaal leger. Hetzelfde verhaal voor verplegend personeel, werknemers in de kinder- en ouderenzorg enzovoort. Wie gaat al die taken overnemen? Ik denk, om het zacht uit te drukken, dat de Belgische bevolking niet helemaal doordrongen is van de ernst van de situatie.’