Wat is, een kwarteeuw na verschijnen, de erfenis van Empire, toen aanzien als hét linkse antwoord op de globalisering? ‘De bokkensprongen van Donald Trump zijn het duidelijkste bewijs van onze centrale stelling’, aldus auteur Michael Hardt. ‘De Amerikaanse hegemonie is nu echt wel voorbij.’
‘Het begon allemaal met de Amerikaanse luchtbombardementen in Irak op 17 januari 1991’, herinnert Michael Hardt zich. ‘Toni en ik zaten samen naar tv te kijken en we beseften dat het Amerikaanse imperialisme niet langer de dominante kracht was in onze wereld. Het lag voor de hand dat Irak zou inbinden. Maar dat het nodig was om dat met militaire middelen af te dwingen – dat zei iets over de verschuivende machtsverhoudingen. De Amerikaanse hegemonie liep op haar laatste pootjes en voortaan zou geen enkele staat nog een dergelijke positie kunnen innemen. Aan de horizon gloorde een nieuwe orde, die van de globalisering.’
De Toni over wie Hardt praat, is Antonio Negri (1933-2023), de radicale hoogleraar politieke wetenschappen van de universiteit van Padua, die onophoudelijk opriep tot een gewapende strijd tegen het kapitalisme. In april 1979 werd de Italiaan gearresteerd voor het beramen van de moord op de christendemocratische politicus Aldo Moro, een moord die werd uitgevoerd door de Brigate Rosse. Negri kreeg dertig jaar.
Voor de algemene verkiezingen van 1983 plaatste de Partito Radicale hem op de kieslijst en tot velers verbazing werd hij nog verkozen ook. Negri mocht de gevangenis verlaten om zijn politiek ambt uit te oefenen, maar dat oordeel werd na een paar maanden herroepen.
Daarna vertrok Negri met de zegen van president François Mitterand in ballingschap naar Parijs. Daar ontmoette hij voor het eerst Michael Hardt, toen nog een student literatuurwetenschap met een voorliefde voor de Franse filosofen Michel Foucault en Gilles Deleuze.
Na de inzet van troepen in de straten van Los Angeles: mag Trump dit zomaar doen?
Na bijna een decennium denken en schrijven kwamen Hardt en Negri in 2000 met Empire, het vuistdikke boek waarin ze hun kijk op de globale machtsverschuivingen uiteenzetten. Het sloeg in als een bom.
Geen enkel academisch werk werd zo populair als hun boek, dat in geen tijd in tien talen werd vertaald. Er zijn inmiddels honderdduizenden exemplaren van verkocht. ‘Het communistisch manifest van onze tijd’, meende de Sloveense socioloog en filosoof Slavoj Zizek. ‘De eerste grote theoretische synthese van het nieuwe millennium’, voegde de marxistische literatuurwetenschapper Fredric Jameson eraan toe. Vriend en vijand zagen in Empire het langverwachte linkse antwoord op Francis Fukuyama’s Het einde van de geschiedenis en de laatste mens.
Maar wat vertelden Hardt en Negri dan precies? De Amerikaanse hegemonie zou plaatsmaken voor een globaal systeem dat niet langer alleen door natiestaten bepaald zou worden. In de plaats daarvan zou een piramidestructuur komen.
Om die te verduidelijken gingen ze bij Polybios te rade, de Griekse historicus die in de tweede eeuw voor Christus Rome bezocht en daar iets heel nieuws zag: alle klassieke bestuursvormen tegelijkertijd. Rome is zowel een monarchie als een aristocratie en een democratie, zei Polybios. En dat model zagen Hardt en Negri ook in hun tijd ontstaan. Op het niveau van de monarchie stonden Amerika, de G7 en het World Economic Forum.
Op het aristocratische niveau bevonden zich de kleinere staten, multinationals en de grote technologiebedrijven. En op het democratische niveau, ten slotte, zagen ze de VN, ngo’s en media. Een complot van vuige kapitalisten was de wereldorde dus al lang niet meer, beweerden ze, maar wel een zichzelf voortstuwend systeem.
Trump vs. Musk: ‘Twee narcistische maniakken die wel moesten botsen’
Gelijkheid zou ook dat systeem niet brengen. Maar als de macht internationaal gaat, moet ook de reactie erop dat doen, schreven Hardt en Negri. En dus profileerden ze zich niet als antiglobalisten, maar wel als andersglobalisten.
Het kwam eropaan vanuit actie- en pressiegroepen – de ‘multitudes’ of menigte, zoals ze het noemde – het kapitalistische systeem te ondermijnen, zonder daarbij terug te grijpen naar ouderwetse middelen als het nationaliseren van de productiemiddelen of een machtsmonopolie van de staat.
‘Vandaag zien we eerder een continue ordeloosheid, waarbij aanslepende conflicten de dagelijkse realiteit geworden zijn. We waren te optimistisch.’
‘Toni en ik zagen onszelf van meet af aan als communisten,’ verduidelijkt Hardt wanneer we hem in Parijs spreken over een kwarteeuw Empire, ‘maar we hadden ook iets anarchistisch, en dat werd ons niet altijd in dank afgenomen.
Door onze pijlen niet langer op de VS te richten, pleegden we verraad aan de linkse zaak, zo kregen we te horen. Maar wij vonden dat zij hun pijlen op een schim uit het verleden richtten. Ik denk dat de geschiedenis ons gelijk heeft gegeven. De Amerikaanse hegemonie bestaat niet meer.’
Toch lijken staten de laatste jaren aan belang te winnen: de VS natuurlijk, maar ook China en het boven zijn gewicht boksende Rusland. Dat niemand naar de VN kijkt voor een oplossing in Oekraïne zegt toch alles?
Michael Hardt: Misschien, maar ook in ons model bleven die staten wel belangrijk. Wij zagen hen niet verdwijnen ten voordele van supranationale organisaties. Je hebt wel gelijk wat de VN betreft en de reikwijdte van internationale wetten en afspraken.
Maar wat ons vooral interesseerde: kon die proliferatie van machten een standvastige orde opleveren? Wij geloofden daarin, maar dat is dus duidelijk geen werkelijkheid geworden.
Vandaag zien we eerder een continue ordeloosheid, waarbij aanslepende conflicten de dagelijkse realiteit geworden zijn. Voor sommige landen zijn oorlogen normaal geworden, ook handelsoorlogen. Wat dat betreft waren we te optimistisch.
Net zoals Fukuyama en zijn einde van de geschiedenis?
Hardt: Hij dacht dat de Amerikaanse way of life universeel zou worden, en dat is dus helemaal niet gebeurd. Dat zie je ook aan de wijze waarop Donald Trump zich vandaag gedraagt.
Hoe bedoelt u? Moeten we hem zien als een laatste stuiptrekking van de Amerikaanse macht? Trump reduceert politiek tot het sluiten van handelsdeals. Bewijst hij daarmee dat de wereld door een economisch denken wordt gestuurd? Is Trump dus helemaal mee met zijn tijd?
Hardt: Bij dat laatste zou ik toch vraagtekens willen zetten, want die deals komen er alleen onder druk. De agenda van de Trump-regering erkent de ondergang van de Amerikaanse hegemonie. De soft power waarin het land zoveel moeite, tijd en geld heeft gestoken, is met één armzwaai van tafel geveegd.
Het Amerikaanse imperialisme van de tweede helft van de twintigste eeuw kon op veel bijval rekenen van de tegenpartij. Andere landen legden zich niet gedwongen neer bij die hegemonie. Ze gingen ermee akkoord.
Natuurlijk waren er oorlogen, maar het ontwikkelingsagentschap USAID was bijvoorbeeld erg populair, net zoals de Amerikaanse universiteiten. Buitenlandse elites kregen hun opleiding aan Amerikaanse universiteiten en werden zo aan het land gebonden.
Dat behoort allemaal tot het verleden en het idee daarachter zou wel eens kunnen zijn dat de VS hun hegemonie verloren hebben en zich moeten terugplooien op zichzelf. Daar nog langer geld in steken levert niets meer op.
Het enige wat nog overblijft is geweld, zowel fysiek als in de vorm van dreigementen en afpersing. Zo moet je de deals zien die Trump afsluit. Het zijn pogingen om de VS weer de macht te bezorgen die ze ooit hadden.
‘Wat de kringen rond Trump zich voorstellen bij Chinese autoproductie is iets uit de jaren dertig, vrees ik, waarbij heel veel arbeiders betrokken zijn. ‘
En zal dat lukken?
Hardt: Dreiging en geweld leveren zwakke en tijdelijke bondgenootschappen op.
Luidt Trump met zijn heffingenoorlogen het einde van de globalisering in?
Hardt: Ze zullen een rem zetten op de globalisering zoals we die vijfentwintig jaar geleden zagen ontstaan – economisch natuurlijk, maar ook op het vlak van culturele uitwisseling.
Maar een einde zal het niet zijn. We gaan echt niet terug naar de tijd toen we ons opsloten achter nationale grenzen. Het kapitalisme heeft handel op wereldschaal nodig. Daar komt de groei vandaan.
Trump wil de maakindustrie terugbrengen naar Amerika omdat die naar lageloonlanden is verhuisd. Maar was dat nu net niet het centrale idee achter de globalisering, dat je zaken maakt waar dat het goedkoopst kan en dat uiteindelijk daardoor iedereen zou winnen?
Hardt: Natuurlijk, daarom ook kun je die productie niet terughalen. Auto’s worden niet in één land gemaakt. De onderdelen komen van overal en het idee dat Renault alleen nog in Frankrijk auto’s zou maken die volledig uit Franse onderdelen bestaan is absurd. Stel dat je in Amerika weer auto’s gaat maken van Amerikaans staal, dan zou dat toch niet als vroeger zijn, maar wel volledig geautomatiseerd.
Wat de kringen rond Trump zich voorstellen bij Chinese autoproductie is iets uit de jaren dertig, vrees ik, waarbij heel veel arbeiders betrokken zijn. Maar dat is natuurlijk niet zo. Robots doen het meeste werk.
Ofwel weet Trump dat niet en is hij een slechte president, ofwel weet hij het wel en is dit gewoon een spelletje ideologische mystificatie. Het verschil tussen die twee is nooit helemaal duidelijk bij hem.
Hoe gaat u daar tegenin?
Hardt: Nogal wat mensen denken dat we terug moeten naar het oude normaal. Zij verdedigen dan zaken waar Trump zich tegen verzet, maar die ook links al lang aangepakt wil zien. Neem nu de grondwet. Die is bijzonder ondemocratisch.
Kleine staten hebben relatief meer macht dan grote. Vandaar dat je president van de VS kunt worden zonder een meerderheid van de stemmen te behalen. En diezelfde onrechtvaardigheid geldt ook voor de senaat. Californië heeft twee senatoren, met een bevolking van 39 miljoen. Montana heeft er ook twee, terwijl er maar 1 miljoen mensen wonen, en Washington DC heeft er met 700.000 zelfs geen.
‘Dat Trump de grondwet aanvalt, wil nog niet zeggen dat wij die daarom moeten verdedigen.’
Dat Trump de grondwet aanvalt, wil nog niet zeggen dat wij die daarom moeten verdedigen. En dat geldt ook voor de CIA en de FBI. Of neem The Voice of America (de officiële buitenlandse zender van de VS, nvdr). Dat Trump die platte propaganda stopt is toch alleen maar goed? Radicaal links, waartoe ik me reken, wil dat al lang. Trump en co. gaan dus echt wel in op een aantal grieven van de Amerikanen, alleen moeten we hen natuurlijk niet volgen in hun oplossingen.
Wat is uw alternatief?
Hardt: We zijn ontwaakt uit de illusie dat er alleen een betere wereld kon komen na een revolutie geleid door de arbeidersklasse. De politiek en de vakbonden vonden het vanzelfsprekend dat die revolutie voor iedereen goed zou zijn, ook voor vrouwen, zwarten, homoseksuelen en ga zo maar door.
Gelukkig zijn we daar vanaf, want het was natuurlijk een grove leugen. Het is niet omdat er arbeiders aan de macht zijn dat je opeens wereldvrede zou hebben.
Toni en ik zagen meer heil in de autonome bevrijdingsbewegingen die er altijd geweest zijn, maar waar traditioneel links geen aandacht aan besteedde. In de VS hebben we het voorbije decennium bijvoorbeeld Black Lives Matter gehad, in Frankrijk waren er de protesten tegen de pensioenhervorming en in de rest van Europa die tegen de klimaatverandering. Vandaag lijken die vooral naast elkaar te bestaan, terwijl ze samen sterker zouden zijn.
‘Het is niet zo dat kapitalisme en patriarchaat los staan van elkaar. Je kunt het ene niet aanpakken zonder het andere mee te nemen.’
Hoe kun je die samenbrengen?
Hardt: Belangrijk is dat de ene goede zaak niet beter wordt geacht dan de andere. Ik begrijp dat sommigen zeggen dat de klimaatcrisis ernstiger is dan transrechten, maar dat is natuurlijk de beste manier om de eenheid te verbreken.
Cultuurhistorica Marina Warner: ‘Trump is een ogre en die versla je niet met brute kracht, maar door slim te zijn’
Inspirerend vind ik het Argentijnse Ni Una Menos, tien jaar geleden opgericht om het gendergerelateerd geweld aan de kaak te stellen. Mettertijd kwam daar ook de strijd voor de rechten van inheemse bevolkingsgroepen bij, voor vrouwen, lgbtq+ en zelfs arbeidsrechten. Als je echt wilt en bereid bent tot discussie, lukt het dus wel.
En wat is het uiteindelijke doel? Wilt u nog altijd het kapitalisme omverwerpen, of gaat u vandaag eerder voor veranderingen die het leefbaarder maken?
Hardt: Misschien is het verschil tussen die twee eerder gradueel? Er zullen ongetwijfeld momenten geweest zijn in de geschiedenis waarop dat onderscheid belangrijk was, maar vandaag niet meer.
Waar het mij om gaat is dat de verschillende strijden elkaar kunnen versterken. Vooral vanuit feministische hoek wordt daar al decennialang voor geijverd. Want het is niet zo dat kapitalisme en patriarchaat los staan van elkaar. Je kunt het ene niet aanpakken zonder het andere mee te nemen. Mannen moeten dus niet opkomen voor vrouwenrechten omdat ze sympathiek willen lijken, maar wel omdat het essentieel is voor hun eigen bevrijding.
Michael Hardt & Antonio Negri, Empire, ten have, 510 bladzijden, 34,99 euro.
Michael Hardt
1960: Geboren in Washington DC als zoon van een sovjetoloog die zich voor de Library of Congres over de economie van de Sovjet-Unie boog.
1978 tot 1983: Ingenieurstudies aan Swathmore College, Pennsylvania, waar hij zich specialiseert in alternatieve energie. Derdewereldlanden van zonnepanelen voorzien beschouwt hij als een politieke daad.
1983 tot 1990: Studeert vergelijkende literatuurwetenschap aan de University of Washington en promoveert op een scriptie over de Franse filosoof Gilles Deleuze.
1986: Ontmoet Antonio Negri in Parijs om zijn vertaling van diens boek over Baruch Spinoza te bespreken. Hun vriendschap leidt tot het idee voor Empire.
Sinds 1994: Hoogleraar Italiaans en literatuurwetenschap aan Duke University, North Carolina.