John Crombez & Alain Top

‘Vervanging F-16’s: doet minister Vandeput het op zijn Vanden Boeynants?’

John Crombez & Alain Top Crombez is voorzitter van SP.A, Top is Kamerlid voor de Vlaamse socialisten

De keuze van de regering om koste wat het kost 34 straaljagers aan te kopen, hypothekeert elk toekomstplan voor ons leger, vinden John Crombez en Alain Top van oppositiepartij SP.A. ‘De F-35 is het koekoeksjong dat de andere eieren uit het defensienest duwt.’

Flashback naar 1975. België moet de knoop doorhakken voor de aankoop van nieuwe gevechtsvliegtuigen. Vier producenten strijden om wat al snel het ‘contract van de eeuw’ wordt genoemd: General Dynamics, Northrop, Dassault en Saab. In zijn memoires beschrijft premier Leo Tindemans de sfeer: ‘De concurrentie was hard en deed een koortsachtige handelsdiplomatie ontstaan die het niet altijd zo nauw nam met de verantwoordelijkheidszin.’

Niet veel later beschuldigt het weekblad Knack minister van Landsverdediging Paul Vanden Boeynants een document van het leger, bestemd voor de kabinetsraad, te hebben ‘vervalst’. VDB kan nauwelijks zijn voorkeur voor de Franse Mirage (Dassault) verbergen. Dat andere NAVO-lidstaten intussen kiezen voor de F-16, terwijl alleen Frankrijk met de Mirage zou vliegen, maakt weinig indruk. Gelobby en achterkamerpolitiek vormen de kern van de onderhandelingen. De crisis is bijna compleet, tot premier Tindemans er net op tijd in slaagt zijn ministers te bedaren. Tot groot ongenoegen van VDB kiest de regering voor de F-16-vliegtuigen.

Europees

Vervanging F-16’s: doet minister Vandeput het op zijn Vanden Boeynants?

De mens leert uit de geschiedenis dat de mens niets leert uit de geschiedenis’, schreef Hegel. 42 jaar later herhaalt de geschiedenis zich.

Ook vandaag zijn drie fabrikanten in de running – maandag haakte de vierde af – en spreken we over ‘de aankoop van de eeuw’. En opnieuw heeft de minister van Defensie, nu Steven Vandeput (N-VA), met de Amerikaanse F-35 een uitgesproken voorkeur. Nochtans zijn er net als in 1975 voldoende redenen om dit toestel niet aan te kopen: het is buitensporig duur, kent ontelbare technische problemen en levert weinig economische return.

Het argument dat we – sinds de Brexit en de verkiezing van Trump – opschuiven naar een Europese defensie, waarbij we ook Europees kunnen aankopen, is ook van geen tel. Minister Vandeput mag dan wel telkens herhalen dat ‘zijn keuze nog niet gemaakt is’, hij laat geen kans onbenut om de F-35 van Lockheed Martin te promoten. De vraag is vooral waarom? Om de Amerikanen te plezieren met enkele miljarden?

De minister wijst graag naar Nederland. Zij kozen al voor de F-35 en een verdere uitbouw van een samenwerking met de noorderburen, zoals met de marine, lijkt hem primordiaal. Dat de andere aangeboden toestellen van Europese makelij zijn, en tot gisteren ook de Zweedse Saab Gripen, en bovendien worden gebruikt door het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Italië, Spanje, Oostenrijk, Zweden, Tsjechië, Hongarije, Kroatië, Zwitserland en Frankrijk wuift minister Vandeput weg. Dat de minister voet bij stuk houdt, is op zijn zachtst gezegd vreemd.

Defensie is ruimer dan de F-35 en veiligheid is ruimer dan Defensie

De F-35 is het koekoeksjong dat de andere eieren uit het defensienest duwt

Een jaar geleden gaf minister Vandeput zijn ‘Strategische Visie voor Defensie’ vrij. Nog geen drie maanden later belandde die in de prullenmand omdat de pensioenleeftijd van militairen verhoogd werd. De visie van de minister was budgettair ‘onrealistisch’. En hier staan we dan, de zomer van 2017. Zonder visie voor de lange termijn.

De keuze van de regering om koste wat het kost 34 straaljagers aan te kopen, hypothekeert elk toekomstplan voor ons leger. De F-35 is het koekoeksjong dat de andere eieren uit het defensienest duwt. Bovendien is er in Europa al een overcapaciteit aan gevechtsvliegtuigen, zo’n 2.300 ten opzichte van 1.000 stuks in Rusland.

SP.A wil constructief en over de partijgrenzen heen de toekomst van ons leger mee uittekenen, maar dan zonder verkwisting van belastinggeld én zonder toe te geven aan de lobby van de militaire industrie. We willen dat ons land zélf bepaalt wat ons leger nodig heeft. Dat betekent in de eerste plaats dat je het parlement als democratisch controleorgaan zijn werk laat doen en je het Rekenhof in alle openheid de cijfers laat controleren. Of zijn wij dan de enige partij die – vandaag 25 jaar na datum – lessen heeft getrokken uit de Agusta-affaire?

In deze tijden heeft zowat iedereen de mond vol van politieke vernieuwing, van eerlijkheid en volledige transparantie. En terecht. Een dossier dat over miljarden gaat – geld van ons allemaal – behandelen zoals 42 jaar geleden, gaat daar lijnrecht tegenin.

Onze conclusie is alvast helder: tot een onaanvaardbare en onverstandige aankoop die vorm kreeg in de achterkamertjes van de politiek voelen wij ons niet gebonden. Niemand hoeft dan ook verbaasd op te kijken als contracten in de toekomst alsnog worden opgeblazen, om in ruil onze defensie te redden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content