Johan Van Overtveldt (N-VA)

Van loon- naar milieulasten: een onvolledige Europese aanbeveling

Johan Van Overtveldt (N-VA) Europarlementslid, voormalig minister van Financiën en ex-hoofdredacteur Trends en Knack.

Minder belasting op inkomen uit arbeid is een prima idee; een belasting heffen op vervuilende economische activiteit is ook een prima idee. Deze twee goede ideëen aan elkaar koppelen in het kader van behoud van het budgettaire evenwicht is een veel minder goed idee.

De opvallendste nieuwe aanbeveling van de Europese Commissie naar het Belgische beleid toe is de gedeeltelijke vervanging van loonbelasting door een taxatie van milieubelastende activiteiten. Minder belasting op inkomen uit arbeid is een prima idee; een belasting heffen op vervuilende economische activiteit is ook een prima idee. Deze twee goede ideëen aan elkaar koppelen in het kader van behoud van het budgettaire evenwicht is een veel minder goed idee.

Twee fundamentele bedenkingen dringen zich rond de idee van de belastingsverschuiving van lonen naar milieu. Ten eerste, hogere heffingen op milieubelastende activiteiten zullen in eerste fase leiden tot prijsverhogingen van de goederen en diensten die uit die milieubelastende activiteiten voortkomen daar een dergelijke belasting voor de betrokken bedrijven een onderdeel zal uitmaken van de kostprijs. Wie met het milieu als objectief zulk een belasting invoert, moet zelfs hopen op die prijsverhogingen daar op deze manier de vraag naar de betrokken goederen en diensten zal afnemen en dus ook finaal de aanslag op het milieu zal verminderen.

De hamvraag luidt dan of men de prijsverhogingen voortvloeiend uit de milieubelasting in de indexkorf laat of niet. Werken deze prijsverhogingen door in de index dan zullen zij aanleiding geven tot een stijging van de lonen en de loonkosten. Het effect van daling van de loonlasten wordt dan minstens gedeeltelijk teniet gedaan. Wie pleit voor een verlaging van de lasten op arbeid te financieren door een verhoging van de taxatie van milieubelastende activiteiten moet de prijsverhogingen voortvloeiend uit deze fiscale ingreep uit de index halen om het positief effect op de tewerkstelling te bestendigen in de tijd.

Ten tweede, omwille van de hier boven beschreven processen zal een verhoging van de lasten op milieubelastende activiteiten finaal tot een vermindering van dat type van activiteit leiden. Dit betekent dat de belastingsinkomsten te verwachten uit die milieuheffingen over de tijd zullen afnemen. Vanuit lange termijn-perspectief is het dan ook beter de inkomstenderving als gevolg van de loonlastenverlaging niet te compenseren door milieuheffingen maar wel door besparingen in de overheidsuitgaven.

De opbrengst van de milieubelasting kan, gegeven de escalatie van de overheidsschuld die er de komende decennia zit aan te komen, beter aangewend worden om de uitstaande overheidsschuld af te bouwen. Theoretisch zou men er ook kunnen voor pleiten deze inkomsten in een pensioenfonds te storten (een reëel Groenfonds als tegengesteld aan het bedriegelijke Zilverfonds van Johan Vande Lanotte). In de realiteit doen we dat beter niet want politici kunnen het, eerder vroeg dan laat, toch niet laten om de bestedingshand uit te steken naar gelden die in dergelijke fondsen opgepot zijn.

Een verlaging van de loonlasten gefinancierd via besparingen en doorgevoerd samen met een taxatie van milieubelastende activiteiten waarvan de effecten uit de index van de consumptieprijzen worden gelicht en de opbrengst wordt gebruikt ter gedeeltelijke delging van de staatsschuld: dat is een perfecte invulling van het algemene principe aangegeven door de Europese Commissie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content