Uber Files-klokkenluider: ‘Uber creëert geen banen. Het creëert bestaansonzekerheid’

Mark MacGann. © Pierre-Yves Thienpont - Le Soir
Xavier Counasse Journalist voor Le Soir.

Voordat hij in het Brusselse parlement wordt gehoord, sprak de klokkenluider van Uber Files met Le Soir. Mark MacGann vertelt hoe zijn besluit om aan de pers alle geheimen van zijn harde schijf te overhandigen zijn leven op zijn kop heeft gezet, en hoe hij zich nu opwerpt als de nieuwe verdediger van chauffeurs die ‘op een verschrikkelijke manier zijn behandeld’ door het Amerikaanse bedrijf.

Op papier had Mark MacGann alles: een prestigieuze carrière als lobbyist voor machtige bedrijven, een propvol adresboekje (inclusief staatshoofden), goede contacten en ingangen in alle hoeken van de wereld. Enkele jaren na zijn vertrek bij Uber besloot hij bijna drie jaar van zijn professionele en persoonlijke leven prijs te geven door toegang te verlenen tot ‘alles’ wat de onderzoeksjournalisten van het ICIJ (een consortium waarvan Le Soir deel uitmaakt) nodig hadden om de dubieuze praktijken van zijn voormalige werkgever te onthullen. De “Uber Files” waren geboren.

Afgelopen zomer, na de eerste onthullingen, maakte Mark MacGann zijn identiteit bekend aan het grote publiek. Sindsdien hebben de diners in Davos plaatsgemaakt voor een eenzamer bestaan als klokkenluider. Voordat hij deze woensdag in het Brusselse parlement wordt gehoord door de speciale commissie die is opgericht om ‘zijn’ zaak te onderzoeken, bezocht hij de redactie van Le Soir voor een interview zonder taboes.

Hoe is het Uber Files-verhaal begonnen?

Mark MacGann: Sinds iets meer dan een jaar beheerst dit project nu mijn leven. De contacten met de journalisten van The Guardian zijn begonnen in januari 2022. Ik woonde toen in de Franse Luberon. Maar de eerste werkvergadering moesten we in Genève houden, omdat Emmanuel Macron vanwege de Brexit de Britten geen toelating gaf om voor langere tijd naar Frankrijk te komen. Ik vertrok met mijn computers, mijn documenten en mijn notebook, niet wetende of de documenten in mijn bezit deze journalisten ook echt zouden interesseren. We werkten een week lang in een vergaderzaal, met uitzicht op het meer. Vandaar de aanvankelijke codenaam: ‘Project Lakeside’. De journalisten van The Guardian waren erg beleefd: ze waren op de eerste plaats geïnteresseerd in mij en mijn gezondheid, en wilden er zeker van zijn dat ik me er goed van bewust was dat wat te gebeuren stond mijn leven zou kunnen ontwrichten. Tot de publicatie in juli zag ik The Guardian bijna elke week. Ze namen ook contact op met het ICIJ. Ik werkte niet, ik had zeeën van tijd, ik was alleen met mijn twee honden. Dus bood ik mezelf aan als een soort onderzoeksassistent, om The Guardian te helpen met het doorploegen van de verstrekte gegevens.

Als ik Europa kan helpen om chauffeurs een minimum aan sociale bescherming te bieden, zal ik dat doen.

Voelde u nooit enige aarzeling?

MacGann: Niet echt. Ik vroeg me wel af hoe mensen zouden reageren, en of ze mijn beweegredenen in twijfel zouden trekken. Maar ik heb daar ook niet te lang over nagedacht.

Welke mensen?

MacGann: Mijn naasten vooral. Ik kom uit een klein dorp in het westen van Ierland. Daarnaast had ik een geweldig adresboek, ik ging naar Davos met alle politieke en economische topfiguren. Maar 90 procent van dat netwerk bestaat vandaag niet meer. Mensen nemen geen contact met me op, ze antwoorden me niet meer. Misschien zijn ze bang voor wat ze over zich heen zouden kunnen krijgen.

Staat u op de zwarte lijst?

MacGann: Ja. Er is een voor en na. Het leven van de klokkenluider is erg eenzaam. Je krijgt de geest niet terug in de fles. Zelfs niet in de bedrijfswereld. Maar ik moet werken om mijn huur te betalen. 2023 wordt het jaar van mijn heruitvinding. Maar ik maak me geen zorgen. Mijn keuze was weloverwogen.

Wanneer hebt u besloten om alles op straat te gooien?

MacGann: In 2019 heb ik me om gezondheidsredenen teruggetrokken in Spanje. Tijdens de coronacrisis had ik veel tijd om over mijn leven na te denken. Na een gesprek met een Uber-chauffeur realiseerde ik me dat hij tussen 6 en 7 euro overhield voor een rit van een uur met mij, na aftrek van al zijn kosten (huur van het voertuig, onderhoud, commissie aan Uber, wassen, verzekering, parkeren, enz.) Ik zei tegen mezelf: dit is niet wat we die mensen hebben beloofd’. Tijdens mijn Uber jaren loog ik niet. Ik dacht echt dat we miljoenen mensen gingen helpen die een beetje aan de rand van de samenleving stonden, door hen als privébestuurder aan de slag te laten gaan, met een mooie auto, een mooi pak, een iPhone en een fatsoenlijke vergoeding. Toen verhoogde Uber zijn commissie op de ritten (15, 20, 25%,…), werden de chauffeurs gevraagd BTW te betalen,…

Het leven van de klokkenluider is erg eenzaam.

Was die aanvankelijke boodschap dan oplichterij?

MacGann: Uber wilde alle doelgroepen verleiden. Tegen beleggers zei het bedrijf: ‘Geef ons uw geld, u gaat meer dan ooit verdienen in een recordtijd’. Tegen het grote publiek zei het: ‘Vergeet die waardeloze taxi’s, wij helpen u beter te leven in uw stad’. Tegen Emmanuel Macron zei ik: ‘We gaan alleen al in Parijs 70.000 ondernemers creëren’. En tegen de chauffeurs zeiden we: ‘We bieden je een geweldige baan waar je je eigen baas kunt zijn’. Maar een van deze doelgroepen werd de dupe. De investeerders werden rijk, de klanten vonden hun gading, maar er werd een bedrijfsmodel gebouwd over de ruggen van de bestuurders heen. Toen zei ik tegen mezelf: ‘Ik ben een Europeaan, en een democraat boven alles. Mensen hebben hier gestreden voor een minimum aan sociale bescherming. En een Amerikaans bedrijf – waarvan ik de vertegenwoordiger ben in 42 landen – is bezig dit sociale model te doen verwateren en te verzwakken. Daarom besloot ik te doen wat ik heb gedaan. Ik had geen zuiver geweten. Ik nam deel aan een onderneming die, achteraf gezien, frauduleus was: het ging om menselijke en sociale fraude tegen de chauffeurs. En nadien ook tegen de bezorgers van afhaalmaaltijden.

Toen u Uber in 2016 verliet, had u dit ‘sociale geweten’ nog niet?

MacGann: Nee, ik ben gestopt om veiligheidsredenen. Ik had zeven dagen op zeven lijfwachten om me heen. De taxi’s gebruikten toen zeer onorthodoxe methoden. Ze volgden me op straat, ik werd fysiek en verbaal aangevallen. Sommigen wilden me zelfs ontvoeren! Daarom ben ik weggegaan, in februari 2016. Maar op dat moment geloofde ik er nog steeds in. Eigenlijk bleef ik tot september aan als adviseur.

U had ook een financieel geschil met Uber. Is het dat niet wat u vandaag drijft?

MacGann: Ze zouden me mijn bonus voor 2015 en 2016 nog betalen. Een jaar lang wachtte ik geduldig, tevergeefs. Toen kon ik niet anders dan een advocaat inhuren. Ik heb in eerste aanleg gedeeltelijk gewonnen. Maar het was een principieel punt: ik wilde tot het einde vechten om te krijgen wat me toekwam. Dus ging ik in beroep. Deze procedure liep parallel aan de eerste uitwisselingen met de Guardian. Ik stuurde hen alle documenten met betrekking tot dit geschil om te laten zien dat dit op geen enkele manier verband hield met mijn klokkenluiden. Er is geen persoonlijke vendetta. En om te voorkomen dat een en ander mijn demarche zou verdacht maken, heb ik op 6 april 2022 een financiële overeenkomst met Uber ondertekend en afgezien van de beroepsprocedure.

© Pierre-Yves Thienpont – Le Soir

Uw lobbywerk in die tijd, bent u daarmee in het reine vandaag?

MacGann: Lobbyen is een essentieel onderdeel van een gezonde democratie. Maar wel ethisch lobbyen. Geen koffers met geld. Ik was nooit betrokken bij corruptie, maar ik maakte deel uit van een bedrijf dat tegen mensen loog. Bepaalde praktijken uit die tijd veroordeel ik nu, alsook mijn deelname daaraan. Ik was een van de senior leden van de groep, dus ik draag een grote verantwoordelijkheid. Ik had mezelf meer vragen moeten stellen. We waren regelingen aan het opzetten om onze concurrent Heetch te verzwakken, er was ook de beruchte ‘kill switch’, waarmee we met één druk op de knop konden voorkomen dat de politie toegang zou krijgen tot onze computers. Deze praktijken zijn uitgevonden in San Francisco en werden onderschreven door onze advocaten. Alle middelen waren goed om taxi’s te doen verdwijnen. Want wij waren er niet om het taximonopolie te breken, wij wilden het vervangen! Tegen dit soort lobbyen zeg ik achteraf gezien ‘nee’. Het verzwakt onze democratieën.

Deelde Uber geen koffers met geld uit aan verkozenen?

MacGann: Nee, als Amerikaans bedrijf waren ze hier heel voorzichtig mee. Aan de andere kant, als de vrouw van de burgemeester of de minnares van de minister een project of een vereniging te financieren had – en ik heb het over echte feiten – werd ons niet alleen verteld dat alles was toegestaan, maar dat we ook echt alles uit de kast moesten halen om die markt te veroveren.

Heeft in België dit soort ‘transactie’ plaatsgevonden? Met Pascal Smet, Alexander De Croo of Boris Dilliès?

MacGann: Nee.

Ze vonden ze het Uber-‘project’ gewoon leuk?

MacGann: Ik kan niet voor hen spreken. Maar laten we zeggen dat mensen als Alexander De Croo en Boris Dilliès, op grond van hun partijideologie, bereid waren deuren op een kier te zetten. Ze wilden concurrentie in de sector en het moet gezegd dat de Brusselse taxi’s een gemakkelijk doelwit waren voor elke hervormer. Voor Pascal Smet maakte Uber deel uit van een breder mobiliteitsplan, hij stond open voor iedereen. In die tijd was Brussel de op een na drukste en meest dichtgeslibde stad van Europa. Ik zie niet in waarom het een probleem zou zijn voor Pascal Smet om ons te ontvangen of tekstberichten uit te wisselen, zolang hij maar even toegankelijk was voor de andere partijen. Lobbyisten helemaal niet ontvangen, is ook niet goed, dat is het andere uiterste.

Zoals de Franstalige socialisten in Brussel?

MacGann: Daar was de deur potdicht. Rudi Vervoort was de koning van het status quo en het immobilisme. Misschien kan hij vandaag achteraf zeggen: ‘Ik had gelijk, die Amerikanen waren slechteriken’. Maar als je als politicus de markt niet laat evolueren, de markt niet hervormt, dan komen we nergens. Daarna hoorde ik, zoals iedereen, geruchten over banden tussen taxi’s en socialisten. Ik heb daarvoor geen bewijs, ik hoef er ook niet over te praten. Het doel van de speciale commissie is ook deze banden te onderzoeken.

Wat verwacht u van deze commissie?

MacGann: Ik was net als iedereen verbaasd over wat La France Insoumise in Frankrijk heeft weten te verkrijgen, een echte onderzoekscommissie met alle bevoegdheden die daarbij horen. In Brussel is mij gevraagd aanwezig te zijn, en dat zal ik ook zijn. Maar ik heb verder geen enkele aanwijzing gekregen. Samengevat ik kreeg te horen: “Kom en vertel ons wat je denkt dat we moeten horen’. Het is moeilijk om je onder deze omstandigheden voor te bereiden. Als ik het goed begrijp, is het de bedoeling de banden tussen Uber en de politieke beslissingsmacht te onderzoeken, en hetzelfde geldt voor de taxisector. Maar ik hoop dat het niet de bedoeling is om Boris Dilliès of Alexander De Croo in verlegenheid te brengen. Hoe dan ook, ik zal eerlijke antwoorden geven op vragen die hopelijk ook eerlijk zullen zijn.

Rudi Vervoort was de koning van het status quo en het immobilisme.

En wat nu?

MacGann: Ik zou de Uber-dossiers graag achter me laten, maar zolang er beleidsmakers zijn die iets positiefs willen doen aan de aard van Uber, de aard van het lobbyen of de bescherming van klokkenluiders, moet ik beschikbaar blijven. In een democratie is onderzoeksjournalistiek essentieel, is burgerlijke ongehoorzaamheid essentieel en is ook de wat minder bekende klokkenluider net zo essentieel. Als ik nuttig kan zijn in deze kwesties, zal ik er zijn. Ik wil de lidstaten helpen om de zojuist aangenomen richtlijn inzake klokkenluiders echt inhoud te geven. Als ik deze tekst lees, ben ik er niet gerust op: het is een minimum en er is nog veel werk aan de winkel. Ik wil ook organisaties helpen die het lobbyen transparanter willen maken. Dit gaat momenteel allemaal door mijn hoofd. Ik ben in gesprek met verschillende instanties, dus we zullen zien wat dat geeft.

Hebt u juridische problemen sinds de publicatie van de Uber files?

MacGann: Een paar dagen na de onthulling dat ik de bron was, stuurde Uber naar mijn advocaat een kopie van de geheimhoudingsclausules in mijn contract. Ze konden 30.000 euro per dag overtreding eisen. Sinds januari 2022 moeten we aan 11 of 12 miljoen euro zitten. Maar Uber heeft zijn dreigementen niet uitgevoerd. Het vervolgen van de klokkenluider is niet ideaal voor hun imago. Mijn advocaat heeft er vertrouwen in, maar het klopt wel dat dit nog regelmatig door mijn hoofd spookt.

Gebruikt u nog steeds Uber applicaties?

MacGann: Als ik moet reizen en geen andere optie heb, u zult misschien geschokt zijn, maar dan ik neem een gewone taxi.

Is Uber vandaag veranderd in vergelijking met de jaren van Kalanick (oprichter en ex-CEO)?

MacGann: Ik zit niet meer in het bedrijf. Schandaal na schandaal heeft Uber gedaan alsof ze schoon schip maakten. Het is waar dat het management is veranderd. Nou ja, gedeeltelijk. Maar als ik zie hoe ze chauffeurs vandaag behandelen, dat ze blijven vechten om een Europese richtlijn af te zwakken die een minimum aan waardigheid geeft aan meer dan 28 miljoen platformwerkers, zeg ik tegen mezelf dat Uber niet echt veranderd is. Het bedrijf wil alleen maar doen alsof. De chauffeurs worden vreselijk behandeld. En Uber weet dat als ze hen een minimum aan sociale bescherming geven, investeerders hen in de steek zullen laten. We deden de simulatie toen een Russisch fonds 200 miljoen wilde inbrengen. Het resultaat was heel duidelijk: als alle chauffeurs als werknemers moesten worden beschouwd, was het economisch model niet langer rendabel.

Emmanuel Macron blijft zich vooral verdedigen door te benadrukken dat Uber banen creëert. Maar dit is niet waar.

Bent u de stem van de chauffeurs geworden?

MacGann: Ik ben niemands stem, maar ik hou mijn mond niet. Vandaag heb ik een podium om te spreken. Als ik ertoe kan bijdragen dat de richtlijn van de Europese Commissie over de sociale bescherming van chauffeurs het licht ziet, zal ik dat doen. Na jaren van passiviteit heeft de Commissie een goede tekst opgesteld. Het Parlement heeft zijn werk gedaan en pleit voor een vermoeden van loondienst. De werknemers van het platform hebben een eerste slag gewonnen. Maar de partij van Emmanuel Macron doet er alles aan om deze tekst, die nog door de Raad moet, te blokkeren. De lidstaten zijn hierover een robbertje aan het uitvechten. Zweden wil niets doen tijdens zijn voorzitterschap. Gelukkig gaan de Spanjaarden het overnemen en zij willen er een prioriteit van maken. Ik hoop dat zij dit dossier kunnen afsluiten, zonder het oorspronkelijke voorstel al te zeer af te zwakken.

U verzet zich vandaag tegen president Macron. Maar de Uber Files lieten zien hoezeer u hem in uw zak had zitten toen u lobbyist was.

MacGann: Het laatste contact dat we hadden was afgelopen april. Emmanuel Macron blijft zich vooral verdedigen door te benadrukken dat Uber banen creëert. Maar dit is niet waar. Uber creëert precariteit. Uber is het speerpunt van platformbedrijven die meer bestaansonzekerheid creëren. Ik ben ontsteld dat Frankrijk probeert de Europese ontwerp-richtlijn af te zwakken. En Uber lobbyt hard om elk initiatief te blokkeren. Zij betalen voor studies met gekleurde gegevens om regeringen ervan te overtuigen dat de meerderheid van de mensen flexibel en zelfstandig wil zijn. Maar als ze daaraan miljoenen uitgeven, is dat omdat ze weten dat de toekomst van hun bedrijf afhangt van dat zelfstandigenstatuut.

© Pierre-Yves Thienpont – Le Soir

In België hebben we het P2P-statuut, op maat gemaakt voor Uber Eats-bezorgers, die geen sociale bescherming hebben, en dat op initiatief van Alexander De Croo.

MacGann: Ik weet nog dat ik Alexander de Croo feliciteerde toen hij met zijn hervorming van de minibanen kwam. Ik heb 10 jaar in België gewoond, we mopperen hier allemaal dat we teveel belasting betalen, maar we zijn opgelucht als we met een gebroken been naar het ziekenhuis moeten! Maar destijds (2015-2016, redactie) was de arbeidsmarkt inderdaad te rigide, te duur voor buitenlandse bedrijven. Er waren hervormingen nodig om de arbeidsmarkt flexibeler te maken. De Croo wilde met deze tekst ondernemerschap creëren. Maar dat werkt niet voor iedereen! En dit was natuurlijk in lijn met de boodschap van Uber, dat mensen ervan wilde overtuigen dat werknemer zijn, met sociale zekerheid en vakantiedagen, achterhaald was, dat het beter was om ‘je eigen baas te zijn’.

Maar nul sociale bescherming betekent veel flexibiliteit.

MacGann: Ja, natuurlijk. Deze bestaansonzekerheid wordt getolereerd door de federale regering en dat snap ik niet. Hoeveel Uber Files zijn er nodig voordat we het begrijpen?

Dat platformwerkers allemaal werknemers moeten zijn?

MacGann: Nee. Maar de richtlijn moet de keuzevrijheid bieden om werknemer of zelfstandige te zijn, afhankelijk van de feiten en van het dagelijkse leven van degene die levert of rijdt.

Zou Uber dit overleven?

MacGann: Uber diversifieert. Met een gediversifieerd model zal er minder winst zijn, maar het bedrijf kan winstgevend blijven. We stevenen af op een richtlijn die platformwerkers een minimum aan sociale rechten zal geven, denk ik. Het verbaast me dat beleggers hier niet op reageren. We zullen zien.

Maar de straffeloosheid van de platforms moet stoppen?

MacGann: Destijds kregen wij te horen dat we illegaal waren. Als UberPop chauffeurs werden beboet, betaalden wij de boetes. Als auto’s in beslag werden genomen, betaalden wij de inbeslagname. Als bestuurders naar de rechter moesten in België of elders, betaalden wij de advocaten. We betaalden wanneer het nodig was om de belangen van Uber te beschermen, maar wanneer het nodig is om geld te steken in de bescherming van de werknemers, op wie dit bedrijf en zijn beurspraatjes is gebouwd, is het nee. Dat is onaanvaardbaar.

Artikel vertaald door Han Renard.

Mark MacGann

Mark MacGann, geboren in 1970 in Roscommon in het westen van Ierland, is, onder andere afgestudeerd aan Sciences Po Grenoble. Hij heeft verschillende lobbyfuncties bekleed, met name bij Nokia en NYSE Euronext, voordat hij in 2014 bij Uber in dienst trad, waar hij verantwoordelijk was voor public affairs in Europa, het Midden-Oosten en Afrika (hij had de leiding over 42 landen). Hij nam in 2016 ontslag om veiligheidsredenen, maar bleef nog acht maanden adviseur van het uitvoerend comité van het in San Francisco gevestigde bedrijf.

In januari 2022 lekte hij 124.000 documenten uit zijn samenwerking met Uber naar de Guardian, waar later het International Consortium of Investigative Journalists (ICIJ), waar Le Soir en Knack lid van zijn, zich bij aansloot. Hij onthulde zijn identiteit in de nasleep van de eerste ‘Uber Files’ publicaties en wordt sindsdien begeleid door de vereniging The Signal Networks, die klokkenluiders ondersteunt.

Na zijn hoorzitting in Brussel op woensdag zal Mark MacGann op 9 maart in Frankrijk worden gehoord door de onderzoekscommissie die door de Nationale Assemblee is opgericht. Hij is ook uitgenodigd om te getuigen voor het Nederlandse parlement, om ‘de belastingdeal die is gesloten om Uber naar Nederland te halen en de relatie tussen Uber en de Nederlandse regering’ in detail te beschrijven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content