Toplui van de federale politie, de federale gerechtelijke politie en het gerecht hebben een scherpe brief gestuurd aan het Comité P, dat vorige week de Belgische terreuraanpak op de korrel nam.
Dat meldt de VRT en kreeg ook Belga van welingelichte bronnen te horen. Antwoorden ten gronde op de eerdere kritiek bevat de brief niet.
Vorige week lekten delen uit van een kritisch rapport over de aanslagen in Parijs dat was opgesteld door het Comité P, dat de politie controleert. Meest in het oog springend was het feit dat het toezicht op de broers Abdeslam in april 2015 de facto geklasseerd werd wegens een gebrek aan manschappen.
Verschillende parlementsleden uit de opvolgingscommissie waar het Comité P aan rapporteert waren vorige week voorzichtig met hun conclusies. Het rapport bleek nogal eenzijdig, klonk het. Zowat iedereen wilde dus eerst ook de geviseerde diensten horen, niet in het minst de antiterreurdienst OA3 van de federale politie.
Dat inhoudelijk antwoord is er nog niet, zo bevestigde Kamervoorzitter Siegfried Bracke intussen op twitter. Wel tonen vier toplui zich in een vertrouwelijke brief die nu werd verstuurd opvallend scherp voor het Comité P. Het gaat om Catherine De Bolle van de federale politie, federaal procureur Frédéric Van Leeuw, Brussels procureur-generaal Johan Delmulle en directeur Claude Fontaine van de federale gerechtelijke politie.
Het onderzoek sleept al maanden aan en heeft al twee tussentijdse rapporten opgeleverd, maar is nog steeds niet afgerond, luidt het verwijtend. En dat begint te wegen op het werk van de speurders, waarvan sommigen urenlang ondervraagd zijn. Nochtans zijn de diensten al fors onderbemand en moet het nijpende personeelstekort net dringend worden aangepakt, zo luidt het tweede grote punt van kritiek uit de brief.
Om hun kritiek te staven, zouden de auteurs ook een hele reeks cijfers aanhalen. Denk aan het aantal Syriëstrijders, het aantal geopende onderzoeken, het aantal voorlopige hechtenissen en het aantal inbeschuldigingstellingen.
Inhoudelijk antwoorden op de pijnpunten uit het tussentijdse rapport van het Comité P doen de auteurs nog niet.
De brief van De Bolle, Van Leeuw en co volgt twee dagen nadat het Comité P zeer uitzonderlijk van zich had laten horen. Zaterdag had voorzitter Yves Keppens bij VTM laten verstaan dat het Comité P kritisch is voor de politie omdat dat nodig is. “Als wij bepaalde vaststellingen doen, moeten we dat natuurlijk in alle objectiviteit, in alle correctheid rapporteren aan het parlement. Anders hebben wij geen zin van bestaan”, zo verwoordde Keppens het. Volgens hem werkt het Comité P zo discreet en sereen mogelijk, maar dreigt de huidige heisa net de werking van het Comité P te bemoeilijken. (Belga/JH)
