‘De ware kost van onze beleefdheden aan het adres van ChatGPT zullen we wellicht nooit weten. Deze discussie leidt ons echter af van fundamentelere vragen over de maatschappelijke impact’, schrijft Wim Casteels.
Heb je het wel eens gedaan? Een chatbot zoals ChatGPT uitgebreid bedankt? Je zou niet de enige zijn. Verassend veel gebruikers zijn opvallend vriendelijk in hun conversaties met chatbots. Toch wat vreemd om een computerprogramma te bedanken, niet?
Dit is een voorbeeld van antropomorfisme of het toekennen van menselijke eigenschappen aan niet-menselijke wezens of voorwerpen.
Op X vroeg iemand zich af wat de elektriciteitskost is van al deze beleefdheden voor OpenAI, het bedrijf achter ChatGPT. Niemand minder dan Sam Altman, de CEO van OpenAI, antwoordde: “Tientallen miljoenen goed bestede dollars, je weet het nooit.”
Deze uitspraak verspreidde zich snel in de media met krantenkoppen over de hoge kost van beleefd te zijn tegen een chatbot. De link met de groeiende ecologische voetafdruk van AI was snel gelegd, en in de naam van het klimaat worden chatbot-gebruikers nu aangeraden om hun beleefdheden achterwege te laten. Maar klopt dit wel?
Er is zeker iets voor te zeggen. Chatbots gebruiken Large Language Models (LLM’s), die het volgende woord voorspellen op basis van alle voorgaande tekst. Meer woorden betekenen dus meer berekeningen en een hoger energieverbruik.
De datacenters waar deze berekeningen gebeuren, maken voornamelijk gebruik van fossiele brandstoffen. Extra woorden leiden zo tot meer broeikasgassen, die bijdragen aan de klimaatopwarming. Technisch gezien is de conclusie dus helder: tekst die niet essentieel is voor de boodschap, zoals beleefdheden, veroorzaakt onnodige uitstoot.
Maar hoe groot is het effect precies? OpenAI deelt zeer weinig informatie over hun AI-modellen, waardoor we alleen kunnen afgaan op Altmans X-post waarin hij spreekt over “tientallen miljoenen dollars”. Of dit gebaseerd is op een grondige analyse, dan wel een wilde gok, of iets daartussen, is onduidelijk. De post geeft wel duidelijk aan dat het effect significant is.
Om het in perspectief te plaatsen: in 2024 besteedde OpenAI 2 miljard dollar aan het draaiende houden van hun AI-modellen voor gebruikers. Volgens Altmans schatting zou dus ongeveer één percent hiervan toe te schrijven aan beleefdheden. De gebruikers van OpenAI mogen dan wel goed opgevoed zijn, dit lijkt toch een onrealistisch hoge schatting. Was Altmans uitspraak dan toch een wilde gok? Of zat er meer achter?
In zijn post voegde Altman er nog cryptisch aan toe dat het “goed besteed” is want “je weet het nooit”. Suggereert hij hiermee een vorm van zelfbewustzijn bij de chatbot? Alsof we maar beter beleefd kunnen zijn voor wanneer AI de menselijke intelligentie zal overstijgen?
Hoewel hier geen enkele wetenschappelijke basis voor bestaat, kan deze suggestie wel passen in een marketingstrategie om deze systemen krachtiger te doen lijken dan ze in werkelijkheid zijn. Het zou niet de eerste keer zijn dat Altman subtiel hint naar menselijke eigenschappen van ChatGPT. Zo wordt in de interface bij de nieuwste modellen ook aangegeven dat ze aan het “nadenken” zijn.
De ware kost van onze beleefdheden aan het adres van ChatGPT zullen we wellicht nooit weten. Deze discussie leidt ons echter af van fundamentelere vragen over de maatschappelijke impact. Wat vinden we er bijvoorbeeld van dat bedrijven zoals OpenAI weigeren informatie te delen over hun interne werking, zoals het energieverbruik?
Wanneer een discussie over duurzaamheid verzandt in het advies om minder vriendelijk te zijn, missen we de kans om belangrijkere zaken aan te kaarten. Misschien was dit wel precies de bedoeling van Altman met zijn post? Als je ChatGPT dan toch als mens wilt behandelen, kun je eens vragen naar zijn (of haar?) mening over het gebrek aan transparantie bij OpenAI.