Martha Claeys

‘Het gebruik van AI betekent vooral meer winst voor de werkgever’

Martha Claeys Filosofe

Ik heb het geprobeerd. Ik bedacht een goede prompt voor ChatGPT. Ik zette de parameters uit. Ik zei iets over de toon, de lengte, gaf enkele bronnen mee, en liet de machine haar werk doen. We weten dat ChatGPT wel tien keer meer energie, water en opslagruimte vereist dan een reguliere zoekopdracht op het internet. Dat leer ik van de Google AI die mijn zoekopdrachten sinds kort van gebalde antwoorden voorziet. Maar alles voor de wetenschap. 

            Met wat sleutelen zou er wellicht een mooie column uit kunnen rollen. Voor een kort informatief stukje is het resultaat al prima, moeten ook de mensen van Ventures Media gedacht hebben. Vorige maand raakte bekend dat het moederbedrijf achter magazines als Elle en Marie-Claire nepprofielen van onbestaande journalisten gebruikt om honderden door AI-gegenereerde artikelen online te publiceren. 

            De futurist Adam Dorr voorspelt dat binnen één generatie machines beter, sneller en goedkoper in staat zullen zijn om ongeveer elke baan uit te voeren. Dorr onderzocht de geschiedenis van technologische evoluties en stelde een patroon vast. Het duurt doorgaans niet langer dan 15 tot 20 jaar voordat een nieuwe technologie dominant wordt. Paarden en karren ruimden in die tijdspanne plaats voor de auto, spiegelreflexcamera’s voor digitale camera’s, en die op hun beurt weer voor smartphones. Deze keer zijn wij zelf de paarden. Wij zijn de spiegelreflexcamera die aan relevantie verliest, zegt Dorr. 

Zelfs banen waarvan we nu denken dat ze afhankelijk zijn van menselijke input, zullen significant veranderen onder de druk van AI. Bovendien zijn er van dat soort banen lang niet voldoende om de gehele volwassen wereldbevolking van een voltijdse werkweek te voorzien. Er zal heel wat tijd vrijkomen die we betekenisvol kunnen doorbrengen met onze vrienden en familie, voorspelt Dorr optimistisch.  

            Ik denk aan Dorr wanneer ik het product van ChatGPT voor mijn column nalees. Met wat herwerkingen zou ik over een halfuur wel kunnen uitklokken, en iets anders gaan doen. De zon schijnt, en ik ben gisteren in een goed boek begonnen. Of ik zou de column kunnen indienen, en alvast aan mijn werk van morgen beginnen. Ik moet nog een offerte maken en misschien kan ik daarna al een voorsprong nemen op het boek dat ik nog wil schrijven. 

            In de jaren dertig voorspelde econoom John Maynard Keynes dat we door de technologische vooruitgang in 2030 maar vier uur per week zouden moeten werken. Maar Keynes hield geen rekening met de productiviteitsval: in plaats van minder te werken voor hetzelfde resultaat, werken we nu even veel voor méér resultaat. We passen onze consumptiebehoefte aan aan wat er mogelijk is, in plaats van omgekeerd. Ook vloeit de tijds- en geldwinst niet evenredig terug naar alle werknemers. In de realiteit betekent het gebruik van nieuwe technologie vooral een hogere winstmarge voor de werkgever. De gemiddelde journalist bij Elle of Marie-Claire profiteert wellicht niet mee van de verdiensten door clicks op AI-artikels. 

ChatGPT stelde voor dat ik de column zo zou eindigen: ‘Alleen met bewuste beleidskeuzes kan AI die Keynesiaanse droom van vrije tijd en menselijk welzijn alsnog waarmaken – anders blijft het ook nu bij een zachte illusie.’

Daar valt weinig tegenin te brengen, maar de mens in mij zou dan toch gaan voor iets opruienders: Als we niet goed opletten, maakt AI de ongelijkheid groter, het werk niet minder, en de planeet schraler.

Martha Claeys is filosofe. Tweewekelijks zoekt ze naar het buizensysteem achter onze denkbeelden. 

 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise