Grijpt troonpretendent Montoya de macht, of rijdt Schumacher naar z’n vijfde wereldtitel?

Michael Schumacher liet het eerder al wel eens doorschemeren: de dag dat hij z’n meerdere vindt, is het tijd voor een welverdiend pensioen. En hoopt de halve wereld niet uitgerekend nu dat die meerdere dit seizoen de macht grijpt? De verwachtingen zijn inderdaad hooggespannen voor de Colombiaan Juan-Pablo Montoya, straks aan z’n tweede seizoen formule-1 toe. Montoya rijdt met een Williams-BMW, volgens waarnemers dé auto die Ferrari naar de kroon kan steken. Hij weet z’n natuurlijke stuurslag te combineren met een perfect gedoseerde agressiviteit. En vooral, met z’n grote bek en die Zuid-Amerikaanse kop heeft Montoya het charisma dat ook wijlen Ayrton Senna eigen was en dat Michael Schumacher moet ontberen.

Niettemin is het afwachten tot zondag in Melbourne, waar het seizoen begint, om te zien of Montoya de macht daadwerkelijk kan grijpen. Hij moet dan namelijk eerst nog voorbij z’n ploegmaatje, ene Ralf Schumacher, met wie hij sinds z’n debuut een jaar geleden een genadeloze psychologische strijd levert. Het is ook uitkijken naar de waardeverhouding tussen de Williams en de Ferrari. Bovendien kunnen ook McLaren met David Coulthard en wonderkind Kimi Raikkonen (de jonge Fin vervangt ex-wereldkampioen Mika Häkkinen, die voor een jaartje thuis in de luie stoel bij vrouw en kind koos) sterk voor de dag komen. Want hoewel rijders, teambazen en de échte fans bij hoog en laag het omgekeerde blijven zweren, is het in de formule-1 nog altijd voor minstens 60 procent de machine die over winst en verlies beslist, en niet de mens.

Andere krachtlijn voor 2002 is dat de Internationale Autosportfederatie (FIA) dit seizoen niet serieus aan het reglement heeft gesleuteld. Welgeteld één noemenswaardige wijziging werd aangebracht, maar ze kan tellen: na negen jaar streng verbod is ’tweerichtingstelemetrie’ opnieuw toegelaten in formule-1. Kort geschetst: de computer in de pits mag nu ook gegevens naar de auto sturen, in plaats van die alleen te ontvangen. Daarmee wordt het mogelijk om van in de garage allerlei parameters te veranderen. Zoals het brandstofmengsel, maar ook parameters die het rijgedrag van de auto op een essentiële manier bepalen, zoals de remverdeling en tractiecontrole.

Waarom de FIA opnieuw dit gevaarlijke terrein betreedt, is duidelijk: net zoals een jaar geleden met tractiecontrole het geval was, bleek het verleden seizoen niet meer mogelijk om op een sluitende manier te controleren of de teams zich aan het reglement hielden. Maar gevaarlijk is tweerichtingstelemetrie dus wel: de coureur wordt opnieuw nog iets meer passagier in een tuig dat door de computer wordt bestuurd, en meer elektronische inmenging in het rijgedrag impliceert een grotere kans op wispelturige reacties waarop die coureur geen vat heeft. Ene Gilles Flaire, een Fransman die destijds bij de Franse geheime dienst werkte en nu bij Jordan verantwoordelijk is voor radiotransmissie, wees onlangs op een ander probleem toen hij stelde dat het ‘een koud kunstje is om radiosignalen van andere teams te manipuleren’. En dat in een sport waarin de hoofdrolspelers door het vuur zouden gaan om te weten wat er bij de concurrentie reilt en zeilt.

Geen wezenlijke wijzigingen in het technische reglement, impliceert ook dat het speelgoed van de helden opnieuw iets sneller wordt. Zoals tijdens de wintertests meermaals mocht blijken: niet alleen de klok werd er geregeld geteisterd, ook de vangrails kregen het hard te verduren. Michael en Ralf Schumacher, Rubens Barrichello, Nick Heidfeld, nieuwkomer Felipe Massa (alweer een kindsterretje in formule-1, zonder enige ervaring binnengeloodst bij Sauber), of Giancarlo Fisichella: allemaal reden ze al een machine in de prak, en het feest moet nog beginnen. Klappen die met de auto’s van tien jaar geleden veel minder goed hadden kunnen aflopen, maar voorlopig was er dus geen lichamelijke averij. Alleen kan de lieve Heer z’n hand niet boven de formule-1 blijven houden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content