Spoorbonden sparen Jo Cornu

Jo Cornu © BELGA
Patrick Martens

De wittebroodsweken van de nieuwe spoorbaas Jo Cornu verlopen zonder grote sociale onrust. Maar blijft dat ook zo?

Bij de spoorwegen staat Jo Cornu twee weken aan het roer van de NMBS. Veel tijd om zich in te werken, heeft hij niet. Op 1 januari moet een nieuwe structuur met nog twee bedrijven – vervoersmaatschappij NMBS en infrastructuurbeheerder Infrabel – definitief uit de startblokken. Zodoende rest er slechts goed een maand om de violen te stemmen met zijn evenknie bij Infrabel, Luc Lallemand, en ook om alle spoorwegpersoneel (in totaal ruim 35.000 man) in die nieuwe structuur een plaats te geven.

Tot het einde van dit jaar is de huidige NMBS Holding hun officiële werkgever. Die rol wordt daarna overgenomen door een andere vennootschap, HR Rail. Dat aparte bedrijf maakt dat de spoorwegen toch een bedrijfsorganisatie met drie pijlers blijft. Het spoorwegpersoneel gaat via HR Rail aan de slag bij de NMBS of Infrabel. Dat moet waarborgen dat het personeel eenzelfde statuut behoudt. Het sociaal overleg tussen de bazen en de vakbonden bij het spoor zal ook plaatsvinden in de schoot van HR Rail.

Hoewel deze afspraken over het toekomstige personeelsbeleid al van begin dit jaar vastlagen, zijn de onderhandelingen met de spoorbonden over de concrete uitwerking slechts in september gestart. Het resultaat is een bijzonder lijvig koninklijk besluit, dat eind deze week groen licht van de regering moet krijgen. Behalve de zeggenschap van NMBS en Infrabel over het doen en laten van het personeel (evaluatie, tuchtmaatregelen, arbeidsongevallen enzovoort), blijft ook de financiële constructie rond HR Rail voor discussies zorgen. NMBS en Infrabel moeten elk 48 procent van het kapitaal inbrengen, de rest komt rechtstreeks van de overheid. Wie HR Rail zal leiden, is evenmin een uitgemaakte zaak. Namen die worden genoemd, zijn deze van Sven Audenaert, Jan De Geijselaer en Dirk Vansteenkiste. Alle drie maken nu nog deel uit van de top van de NMBS Holding.

Opmerkelijk is dat de twee grote vakbonden, ACOD Spoor en ACV Transcom, terugschrikken voor chaos bij de overgang van de oude naar de nieuwe bedrijfsstructuur. Hun voorkeur ging steeds naar één groot spoorbedrijf. Ze geloven niet dat de opsplitsing tussen NMBS en Infrabel tot een betere dienstverlening en stiptere treinen zal leiden. Dat krijgen ze ook overal van het personeel in de stations, seinhuizen, onderhouds- en andere werkplaatsen te horen. ‘Treinen rijden niet naast te sporen’, zo verwoordt Luc Piens van ACV Transcom dat gebrek aan vertrouwen.

Toch blijft het klassieke stakingswapen bij het spoor in de kast. Algemeen voorzitter Michel Abdissi van ACOD Spoor liep zich in de voorbij weken zelfs het vuur uit de sloffen om in Wallonië de sociale onrust binnen de perken te houden en het overleg met Cornu, Lallemand en ex-Electrabeltopman Jean-Pierre Hansen (door de regering ingehuurd om de hervorming zoveel mogelijk in goede banen te leiden) op gang te kunnen houden. Piens zit op dezelfde golflengte: ‘Je kan beter praten om een staking te vermijden dan pas aan tafel te gaan zitten na een staking, want dat moet je toch altijd opnieuw doen.’

De wittebroodsweken van Cornu bij de NMBS worden op die manier niet verstoord. Voorlopig toch niet. De spoorbonden vinden wel dat hij het personeel snel moet zien te overtuigen dat de NMBS en Infrabel in ‘een structuur met twee’ het treinverkeer beter weten te stroomlijnen en niet meer tegen elkaar zullen opboksen, zoals dat in de voorbije tien jaar het geval was. Slaagt Cornu daar niet in, dan dreigt de nieuwe structuur opnieuw een doodgeboren kind te worden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content