Spaanse regering wil spionageaffaire laten onderzoeken

De Spaanse regering heeft een onderzoek aangekondigd nadat bekendraakte dat meer dan zestig vooraanstaande Catalaanse separatisten en hun omgeving systematisch in de gaten werden gehouden via de spionagesoftware Pegasus. Dat heeft minister van het Presidentschap Félix Bolaños zondag aangekondigd na een ontmoeting met zijn Catalaanse collega Laura Vilagrà. Die deed de aankondiging echter af als ‘ontoereikend’ en dreigde met ‘zware gevolgen’ als niemand in Madrid zou moeten aftreden.

De Catalaanse separatisten houden de regering verantwoordelijk voor het spionageschandaal, iets wat de Spaanse regering zelf ten stelligste ontkent. De Spaanse premier Pedro Sánchez is afhankelijk van de separatistische partijen om zijn minderheidsregering op de been te houden en kan het schandaal dus niet zomaar negeren. De Catalaanse minister-president Pere Aragonès heeft er reeds mee gedreigd zijn steun voor Sánchez in te trekken als er niemand zijn verantwoordelijkheid zou nemen. Catalonië wijst met een beschuldigende vinger naar de Spaanse geheime dienst CNI. Bolaños benadrukte dat de regering de parlementaire controlecommissie voor de geheime diensten de zaak zal laten onderzoeken.

Voorts zei hij dat het CNI aan het onderzoek zou meewerken en er ook een interne controle bij de geheime dienst op het menu staat. De regering zal ten slotte met justitie samenwerken. De affaire barstte los toen een onderzoek van de Canadese groep Citizen Lab maandag in het Amerikaanse tijdschrift The New Yorker verscheen. Daaruit bleek dat meer dan 60 vooraanstaande Catalaanse separatisten en soms ook hun medewerkers en familie systematisch in het oog werden gehouden.

De mobiele telefoons van de politici, advocaten en activisten werden tussen 2017 en 2020 met behulp van de spyware Pegasus van de Israëlische firma NSO gehackt en afgeluisterd. NSO heeft herhaaldelijk gezegd dat het bedrijf de spionagesoftware enkel aan regeringsorganisaties verkocht.

Partner Content