Nederlands staatssecretaris vindt Belgische open terugkeerwoningen ‘inspirerend’

Mark Harbers (VVD) op 2 april 2019.

De Nederlandse staatssecretaris van Vreemdelingenzaken, Mark Harbers (VVD), bezocht maandagnamiddag in Sint-Gillis-Waas op zeven kilometer van de Nederlandse grens, samen met minister van Asiel en Migratie, Maggie De Block (Open VLD), een open terugkeerwoning. Daar verblijven families die bij aankomst in België niet over de juiste papieren beschikken of gezinnen van wie de asielaanvraag is afgewezen. De Nederlandse minister kwam naar eigen zeggen ‘inspiratie opdoen’.

Staatssecretaris Harbers legt uit waarom hij de grens is overgestoken: ‘Net zoals België krijgt ook Nederland te maken met mensen die uitgeprocedeerd zijn en dat levert dilemma’s op, zeker als het gezinnen met kleine kinderen zijn. Ik kom bekijken hoe ze in België de opvang, de begeleiding en het proberen te overtuigen om vrijwillig terug te keren, aanpakken. In Nederland willen we dat langdurig verblijf zo veel mogelijk tegengaan en alles wat daarbij helpt, moeten we kunnen bekijken. Het is dus heel goed om te zien hoe dat in de buurlanden geregeld is.’

De Dienst Vreemdelingenzaken in België heeft 28 open terugkeerwoningen. In totaal verbleven er in 2018 192 families. Voor 49 gezinnen werd er een vrijwillige terugkeer georganiseerd. 85 gezinnen werden (tijdelijk) toegelaten tot verblijf. 51 gezinnen verlieten de terugkeerwoningen.

‘Als ze hier weglopen en ze worden daarna opgepakt, volgt er de gedwongen terugkeer’, aldus minister De Block. Er zijn verschillen tussen de aanpak van uitgeprocedeerde asielzoekers in België en Nederland. Mark Harbers schetst wat er anders loopt: ‘In Nederland kennen wij ook mogelijkheden van detentie in een gezinsvriendelijke omgeving, maar niet op de kleinschalige manier zoals hier. Wij bieden die opvang aan uitgeprocedeerde gezinnen met kinderen in een iets grotere setting. Daarom is het inspirerend om de resultaten te bekijken als je dat in een wat kleinschaligere omgeving doet.’

In die kleinschalige omgeving, een huis in de dorpskern, niet te onderscheiden van anderen huizen, zet DVZ ook negen coaches in.

Maggie De Block: ‘Coaches bereiden het administratief gedeelte voor en trachten samen met de uitgeprocedeerde gezinnen de knop om te draaien door uit te leggen dat ze hier in de illegaliteit geen toekomst hebben en beter teruggaan naar het land vanwaar ze komen.’

Ook dat vindt De Blocks Nederlandse collega Harbers inspirerend: ‘Ik heb gezien dat als die coaches ‘vertrekgesprekken’ voeren, daar dicht op zitten en dagelijks beschikbaar zijn, dat dat dan tot een aantal goede resultaten leidt.’ ‘Ik ben blij dat ik misschien een beetje inspiratie kan geven’, besluit minister De Block.

Partner Content