Frank Deboosere
Waarom Frank Deboosere niet meedoet aan de hype van temperatuur-dagrecords
VRT-weerman Frank Deboosere begrijpt niet waarom er zoveel gedoe is rond de temperatuur-dagrecords, zoals op 1 november jongstleden. Hij zet de puntjes op de i.
Je leest, hoort en ziet het soms in de media: “Nog nooit was een eerste november zo warm.” Een record doet het altijd goed. Maar wat is de waarde van een temperatuur-dagrecord?
Temperatuur-dagrecords hebben meteorologisch gezien niets te betekenen. Van zo’n temperatuur-dagrecord een hoofdpunt in het nieuws maken is helemaal onzinnig. Omdat we geregeld een schrikkeljaar hebben, schuiven alle data na 28 februari immers een dag op.
Concreet: stel je voor dat het op 1 maart in Ukkel recordwarm is, namelijk 22,1 graad. Geen enkele eerste maart scoort hoger. Maar… er is wel een 29 februari met 22,4 graden. Wat moet je daar dan mee doen? Dit is duidelijk appelen met citroenen vergelijken.
Waarom ik niet mee doe aan de hype van temperatuur-dagrecords
De invoering van schrikkeldagen is per afspraak gebeurd. We hadden indertijd even goed een 32 juli kunnen invoeren, of een 31 juni. Meteorologisch gezien maakt dat geen enkel verschil. Maar de consequenties zijn enorm: wat voor een bepaalde dag wél een dagrecord is, is dat voor de daaropvolgende dag niet.
Daar komt nog bij dat niet alle temperatuur-dagrecords even “scherp” staan. Een zwak record kan makkelijk verbeterd worden – maar het betekent niets.
Tussen 10 en 20 juli zijn er zeven dagen waarop het “record van laagste maximumtemperatuur ooit” scherper staat dan dat van 14 juli 2011. Zo werd het op 11 juli 1888 in Ukkel niet warmer dan 10,7 graden. Maar voor 13 juli staat het record op naam van 13 juli 1980 , namelijk 13,8 graden. Het is dus heel moeilijk om het record te breken op 11 juli … terwijl het voor 13 juli vrij makkelijk is.
Een ander voorbeeld. Stel dat voor alle dagen in juli de hoogst gemeten temperatuur 34 graden en meer is, maar dat we voor 9 juli nooit hoger zijn geraakt dan 29 graden. Moeten we dan juichen als er op 9 juli in Ukkel een 31 graden wordt gemeten? In vergelijking met alle andere julidagen is die 31 graden absoluut geen hoogvlieger!
Bovendien zijn temperatuur-dagrecords heel wisselend van plaats tot plaats. Zo mat men in één thermometerhut in Ukkel op 9 februari 2008 maar liefst 17,1 graad. Een andere Ukkelse thermometerhut op nauwelijks enkele tientallen meter afstand kwam niet hoger dan 16 graden.
Bovendien veranderen de waarnemingsomstandigheden. De langste reeks klimatologische waarnemingen in België is die van de regio Brussel: ze zijn gestart in 1833. We spreken van “de waarnemingen van Ukkel”, maar in feite vonden die waarnemingen tot 1885 plaats in Sint-Joost-ten-Node (op de oude site van de Sterrenwacht van België). In 1886 werd het waarnemingspark verplaatst naar Ukkel. Wat moet je dan doen met een temperatuur-dagrecord dat dateert van voor 1886?
Van 1833 tot 1877 hingen de thermometers (in Sint-Joost-ten-Node) aan de noordkant van de sterrenwacht op een hoogte van 3,3 meter. Dus niet in thermometerhutten. De thermometers van de 19de eeuw hadden bovendien maar een nauwkeurigheid van 0,4°C.
Als je alle dagelijkse temperaturen voor de tientallen weerstations in België vergelijkt, stel je vast dat daar soms een enorme spreiding op zit. Het kan makkelijk zijn dat Koksijde 12,2 graden meet en dat het op hetzelfde ogenblik in Kleine Brogel 22,0 graden is.
Bovendien zijn we in juni 1983 overgeschakeld van open naar gesloten thermometerhutten. Alle waarnemingen van voor juni 1983 krijgen daardoor een correctiefactor. Voor individuele waarden is het daardoor zo goed als onmogelijk om ze te vergelijken met de waarnemingen van vandaag.
Twee voorbeelden om dit te illustreren. Op 19 juli 2006 bedroeg de maximumtemperatuur gemeten in open thermometerhut 38,2 graden. In gesloten thermometerhut was dat “slechts” 36,2 graden. We weten dat heel precies omdat er toen waarnemingen beschikbaar waren in open én gesloten therometerhut.
27 juni 1947 was voor Ukkel de warmste dag sinds het begin van de waarnemingen. In de open thermometerhut werd 38,8 graden gemeten. Gereduceerd naar een gesloten thermometerhut is dat ongeveer 36,6 graden. Ongeveer, want toen bestonden er nog geen gesloten thermometerhutten.
Bijkomende moeilijkheid is dat er een verschil is tussen de synoptische waarnemingen en de klimatologische waarnemingen.
Bij synoptische waarnemingen wordt de maximumtemperatuur berekend uit waarden die uitgemiddeld worden over een tijdspanne van een minuut. Een klimatologische maximumtemperatuur wordt bepaald over een tijdsinterval van tien minuten, om atmosferische turbulentie te verminderen. De klimatologische maximumtemperatuur ligt meestal enkele tienden van een graad lager dan de synoptische maximumtemperatuur.
Om al die redenen doe ik niet mee aan de hype van temperatuur-dagrecords.
Naschrift: een temperatuur-maandrecord (bvb. de warmste dag ooit in een maand augustus) is iets anders dan een temperatuur-dagrecord…
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier