Dirk Draulans’ Beestenboel: de tweevleugellarve heeft een tiental vervellingen nodig

tweevleugel
© Getty Images
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Een eendagsvlieg brengt het grootste deel van haar leven onderwater door, als vleugelloze larve die ademt door beweeglijke kieuwplaatjes. Het diertje maakt deel uit van de eendagsvliegen, een aparte familie van insecten.

De gewone tweevleugel kan lid worden van de grote  groep dieren die een verwarrende naam kregen. Tweevleugel is uiteraard een referentie aan het feit dat de diertjes twee vleugels hebben, waardoor je zou denken dat het vliegen zijn – vliegen vormen in het dierenrijk de orde van de ‘tweevleugeligen’. Bovendien wordt de familie waartoe de tweevleugel behoort courant als ‘eendagsvliegen’ gepresenteerd.

Helaas, eendagsvliegen zijn geen vliegen, wel een aparte familie van insecten – de meeste soorten hebben trouwens vier vleugels. De alternatieve naam ‘haften’ wordt minder gebruikt.

Een eendagsvlieg brengt het grootste deel van haar leven onderwater door, als vleugelloze larve die ademt door beweeglijke kieuwplaatjes. De larven kunnen groeien door het vervellen van hun harde huidpantser. Hoe warmer het is, hoe sneller het gaat, tot ze op een te hoge temperatuur stuiten, dan sterven ze. Meestal heeft een larve een tiental vervellingen nodig om volwassen te worden. Daarbij scheurt haar huidpantser telkens over haar rug open en kruipt ze met haar nieuwe, grotere huid uit het te strak geworden carcan. Bij elke vervelling lijkt ze wat meer op de volwassen vorm.

Na de laatste vervelling van een larve ontsnapt er een gevleugeld insect uit het water. Daarna moet een eendagsvlieg nog een extra vervelling ondergaan voor ze zich kan voortplanten. In de eerste vliegenfase zijn de vleugels niet doorschijnend, in de tweede wel.

Het leven van een volwassen eendagsvlieg is kort – niet zelden effectief maar een dag. Maar dat geldt minder voor de tweevleugel, zeker voor de vrouwtjes die drie weken lang stil op een waterplant kunnen zitten, terwijl ze tot zevenhonderd eitjes tegelijk ontwikkelen in hun lichaam. Vlak voor ze uitkomen, worden de eitjes in het water gelost. De larven beginnen meteen aan hun actieve leven, dat meer dan een jaar kan duren. Ze leven van wiertjes en plantaardig afval.

Tweevleugellarven zijn vrij ongevoelig voor vervuiling, waardoor de soort onze algemeenste eendagsvlieg is.

Tweevleugelvrouwtjes zouden zich uitzonderlijk maagdelijk kunnen voortplanten, maar meestal is er een bruidsvlucht. Mannetjes voeren massaal een gezamenlijk luchtballet op, waarbij ze recht omhoog vliegen en zich vervolgens laten vallen en sierlijk naar beneden glijden. Ze hebben – in tegenstelling tot de vrouwtjes – enorme ogen boven op hun kop, waarmee ze naar vrouwtjes speuren. Maar het zijn doorgaans de vrouwtjes die kiezen door welke van de vele mannetjes ze zich laten bevruchten. De paring gebeurt al vliegend, terwijl de beestjes gekoppeld als in een tandemparachutesprong naar beneden zeilen.

Volwassen tweevleugels hebben geen functionele monddelen, dus ze kunnen zich niet voeden. Ze zijn wel lichtgevoelig, wat de voornaamste reden is waarom ze af en toe in huizen terechtkomen – ze worden ook gemakkelijk meegenomen door de wind. In tegenstelling tot andere eendagsvliegensoorten zijn tweevleugellarven vrij ongevoelig voor eutrofiëring en andere vormen van watervervuiling. Het verbaast dan ook niet dat de tweevleugel de algemeenste eendagsvlieg in onze contreien is.

Waarom Dirk Draulans even dragqueen was: ‘Puur heteroseksuele soorten zijn een uitzondering’

Partner Content