Maai Mei Niet: Deze tuinman ging totaal los

Simon Demeulemeester

Tuinman Siegfried Aelvoet liet zijn grasmachine de vrije loop tijdens Maai Mei Niet. En toch gaf hij de natuur een duwtje in de rug. ‘Mijn klanten zitten altijd in een propere hof en toch is die een stuk natuur.’

‘Wild en proper,’ noemt tuinman Siegfried Aelvoet zijn stijl. Die past hij al een aantal jaren toe op het domein van een instelling voor geplaatste kinderen dat hij beheert. ‘Ik ben ermee begonnen omdat het goed is voor de insecten. Tegelijk was het gewoon ook verstandiger en efficiënter: waarom zou ik alles kort maaien als ik genoeg heb aan een pad naar de composthoop?’

Sinds een jaar is Aelvoet ook tuinman in bijberoep. ‘Bij mijn klanten speel ik ook altijd met de grasmachine. Bolletjes, rechthoeken, slangachtige figuren: ik laat mijn machine de vrije loop. Ik werk heel rock and roll, op het gevoel af. Let the beast go, dat is veel plezanter gras afrijden dan die rechte lijntjes, toch? Pas op, ik trek ook wel eens een rechte lijn, want dat is schitterend in combinatie met dat wilde. Mijn klanten zitten altijd in een propere hof en toch is die een stuk natuur.’

Veel moeite had Aelvoet niet om zijn klanten te overtuigen. ‘Het is natuurlijk voor hen goedkoper als ik de helft laat staan,’ zegt hij lachend. ‘Ik snij een beetje in mijn vel, maar dat vind ik niet erg: dit is zoveel plezieriger om te doen. En vooral: het resultaat is zoveel mooier. Eenmaal de klanten zien wat dit geeft, zijn ze mee. En voor de laatste twijfel was er Maai Mei Niet. Toen ik de campagne uitlegde, was het snel beklonken.’

Naast een wild en proper maaibeheer, moedigt Aelvoet bij zijn klanten ook zaaivelden aan, met bloemen die goed zijn voor bijen, vlinders, lieveheersbeestjes… ‘Vanaf juli wordt dat fantastisch mooi. Die bloemenweides maai ik één keer per jaar.’

Wie geduld heeft, hoeft zelfs niet te zaaien, geeft Aelvoet nog mee. ‘De natuur kan dat allemaal prima zelf, hoor. De plekken op mijn werk die ik al jaren amper maai, zijn nu prachtig om zien. Het enige wat ik daarvoor heb moeten doen, is minder werken en de natuur haar goesting laten doen.’

Wie toch graag een extra duwtje geeft, besluit Aelvoet, kan bloembollen planten. ‘Dan heb je in het voorjaar veel kleur, waarna het wilde gras en fluitenkruid en zo het overnemen vanaf de zomer. Het hele jaar door kijk je dan altijd op iets anders.’

Partner Content