Volgende klimaattop wordt geleid door baas oliebedrijf: ‘Waanzin’

Sultan Ahmed Al Jaber
Sultan Ahmed Al Jaber © Reuters

De Verenigde Arabische Emiraten hebben de voorzitter van de volgende klimaattop bekendgemaakt: Sultan Ahmed Al Jaber, ceo van staatsoliebedrijf Adnoc. Onbegrijpelijk, zeggen milieuorganisaties.

Al Jaber is aangekondigd als voorzitter van de internationale klimaatconferentie (COP28), eind volgend jaar in Abu Dhabi. Hij was al jaren de klimaatgezant van het land en heeft in die hoedanigheid de tien laatste klimaattoppen bijgewoond. 

Maar Al Jaber is ook ceo van staatsoliebedrijf Abu Dhabi National Oil Corporation (Adnoc), het twaalfde grootste oliebedrijf ter wereld.

Adnoc werd in 2017 nog genoemd als een van de honderd bedrijven die samen goed zijn voor 71 procent van alle broeikasgassen die sinds 1988 door de mens zijn uitgestoten. Volgens het Carbon Disclosure Project staat het bedrijf op de veertiende plaats van grootste uitstoters. 

Wapenhandelaar op vredestop

Ngo’s zijn dan ook niet te spreken over de aanstelling. ‘Je vraagt ook geen wapenhandelaar om vredesbesprekingen te leiden’, zegt Alice Harrison van Global Witness. ‘Cruciale klimaatgespreken organiseren in een oliestaat is één ding – een olie-ceo vragen als voorzitter is gewoon waanzin. Nu al is het moeilijk voor te stellen hoe COP28 tot positieve resultaten kan leiden, als de top geleid wordt door iemand die belang heeft bij fossiele brandstoffen.’

Tasneem Essop, directeur van Climate Action Network, spreekt van een ‘enorm belangenconflict’. Als Al Jaber niet opstapt als ceo, komt dat neer op een ‘volledige kaping van de VN-klimaatgespreken door een oliestaatsbedrijf en de lobbyisten die ermee verbonden zijn.’

Ook Teresa Anderson van ActionAid spreekt van een kaping. ‘Deze aanstelling is meer dan de vos bij de kippen zetten’, zegt ze. ‘Op een VN-klimaattop moeten vervuilers ter verantwoording geroepen worden, maar het proces wordt steeds meer gekaapt door groepen met tegengestelde belangen. Net zoals op de klimaattop vorig jaar zien we dat oliebelangen het proces overnemen en naar hun eigen noden kneden.’

Partner Content