‘De klimaatwetenschap kan performanter’, zegt bioloog Kevin Van Sundert (Universiteit Maastricht). Van Sundert ontwikkelde een databank met wereldwijde gegevens over de klimaatverandering, en stelde die publiek toegankelijk. ‘Die dataverzameling levert wetenschappers heel wat tijdswinst op.’
‘Wereldwijd vinden er heel wat experimenten plaats waarmee men de klimaatverandering probeert na te bootsen. Die veelheid aan experimenten is nodig om algemene conclusies te kunnen trekken. Om dat te doen, verzamelen wetenschappers publicaties en steken ze de data daaruit in een databank. Daarop doen ze meta-analyses.’
Meestal worden die verzamelde gegevens niet zomaar ter beschikking gesteld, waardoor wetenschappers telkens weer van nul moeten beginnen. ‘Dat wilden wij anders doen’, zegt Van Sundert, die aan de UAntwerpen de effecten van de klimaatopwarming op graslanden bestudeerde, en de verschillen daartussen naargelang de bodem waarop ze groeiden.
‘De klimaatverandering gaat snel, en het onderzoek ernaar moet die snelheid kunnen volgen. Daarom willen we wetenschappers een voorsprong geven, door de grootste en meest complete databank te bouwen en die publiek toegankelijk te stellen. Die dataverzameling levert wetenschappers heel wat tijdwinst op.’
Over wat voor experimenten gaat het?
Kevin Van Sundert: Over experimenten waarbij wetenschappers klimaatveranderingen nabootsen op kleine schaal bijvoorbeeld. Zo kunnen ze met infraroodlampen opwarming veroorzaken of door regen tegen te houden een droogte simuleren. Maar als je zoiets bestudeert in België, zullen de resultaten niet hetzelfde zijn als bij een soortgelijk experiment in pakweg Mexico. Daarom is het belangrijk dat zulke experimenten op verschillende plekken in de wereld herhaald worden.
Heeft de databank zijn nut al bewezen?
Van Sundert: Zeker, ze wordt niet alleen door onszelf, maar ook door andere internationale wetenschappers gebruikt. Er zijn dit jaar zelfs al invloedrijke studies over gepubliceerd.
Wordt de databank nog verder aangevuld?
Van Sundert: Voor zover het mogelijk is, blijven we de databank updaten met gegevens van nieuwe experimenten. Wetenschappers kunnen dat zelf doen, waarna wij controleren of de gegevens in het juiste formaat werden aangeleverd. Op die manier blijft de databank op een uniforme manier groeien.
David Van Reybrouck: ‘Of de Russen naar hier komen, zal nog moeten blijken, maar die hittegolven komen zeker’