België voldoet aan helft indicatoren duurzame ontwikkeling

© Belga

Sinds de vorige klimaattop in Rio heeft België vooruitgang geboekt inzake duurzame ontwikkeling, maar onvoldoende. Dat blijkt uit de analyse van het federaal planbureau in februari.

Uit gegevens van de Vlaamse Milieumaatschappij blijkt dat de CO2-uitstoot nagenoeg gelijk bleef, al wordt ondertussen wel gebruik gemaakt van emissiehandel. Van de 25 onderzochte indicatoren van duurzame ontwikkeling evolueerden er de voorbije twintig jaar twaalf snel in de richting van hun doelstelling, acht gingen traag vooruit en vijf indicatoren verwijderden zich van hun doel.

Sinds 1992 is de levensstandaard in België aanzienlijk gestegen. Daar staat tegenover dat twee miljoen personen een risico op armoede of sociale uitsluiting lopen. Vooruitgang op milieuvlak is er door de gedaalde uitstoot van verschillende vervuilende stoffen in de lucht en in het water. De toestand van onze milieuhulpbronnen blijft echter zorgwekkend.

Uit cijfers van de Vlaamse Milieumaatschappij blijkt dat de CO2-uitstoot bij het begin van de jaren negentig tussen 80 en 90 miljoen megaton per jaar lag. Sinds 2005 werd elk jaar een significante daling geboekt, maar die trend werd in 2010 weer tenietgedaan. Hoewel beleidsingrepen de energetische efficiëntie in verschillende sectoren sterk deed toenemen sinds 1990, zorgt de toegenomen activiteit ervoor dat de emissies hoog blijven.

Het effect van de klimaatverandering is al duidelijk merkbaar. De temperatuur in België ligt 2,3 graden hoger dan voor de industriële periode en er valt meer neerslag. De winters worden natter met meer neerslagdagen. De zomers kennen dan weer minder, maar intensere neerslagperiodes.

‘Weinig hoopgevend’

De vooruitgang die België kan voorleggen op vlak van duurzame ontwikkeling oogt twintig jaar na de eerste wereldwijde milieutop in Rio “weinig hoopgevend”, stelt het Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (IDD). “De vooruitgang is schaars en onvoldoende vergeleken met de omvang van de uitdagingen”, stelt Philippe Defeyt van het instituut, na analye van een reeks Belgische indicatoren. Eerste vaststelling is dat de groeiende bevolking de ecologische voetafdruk van ons land er zeker niet minder op maakt.

Ook het aantal wagens klom tussen 1970 en 2000 van 2 tot 5 miljoeneuro. Het aantal afgelegde kilometers ging zelfs met een factor 3,7 omhoog. En hoewel moderne auto’s weliswaar minder CO2 uitstoten, bleef de uitstoot tot 2004 aangroeien tot 25 miljoen ton. Sindsdien stagneerde dat cijfer wel. Eenzelfde verhaal klinkt voor het grondgebied dat we innemen om te wonen. Op dertig jaar tijd groeide dat van zo’n 1.000 vierkante kilometer tot meer dan 2.500 vierkante km in 2011.

Waar België het intussen wat beter doet, is in de productie en consumptie van rundvlees. Die belangrijke bron van broeikasgassen valt sinds 2000 terug. Zo schat het IDD dat de jaarlijkse consumptie per inwoner van ruim 22 kg begin jaren ’90 teruggevallen is tot nog zo’n 18 kg in 2009. Meer algemeen leert het IDD uit de analyse van de vele internationale publicaties die verschenen in aanloop naar Rio+20 dat de globale situatie “op zijn best onvoldoende en op zijn slechtst onrustwekkend is”. “Terwijl veel sociale problemen nog verergeren of ver van opgelost zijn, lijkt het milieurisico te zijn onderschat, zowel qua belang als op vlak van de snelheid waarmee het een impact heeft. En dat allemaal in een crisiscontext waarbij de economische en financiële duurzaamheid van ons systeem net zo goed bedreigd is”, aldus nog Defeyt. (Belga/RDM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content