Herman Matthijs (UGent, VUB)

‘Michel II in 2019: een rustige wandeling of een hell of a race tot mei?’

Herman Matthijs blikt vooruit naar het politieke jaar 2019. ‘De regering-Michel II heeft genoeg problemen, maar de oppositiepartijen ook.’

Met het ontslag van regering-Michel I en de overgang naar een minderheidsregering in lopende zaken met voorlopige kredieten, is dit land op federaal vlak in een ongekend politiek landschap geraakt. Want de lopende zaken zijn wel erg lang toegekend vóór de ontbinding van de Kamer van Volksvertegenwoordigers in april aanstaande. Gaat de regering-Michel II een rustige wandeling tegemoet of wordt het een ‘hell of a race‘ tot in mei ?

Uitdagingen

Michel II in 2019: een rustige wandeling of een hell of a race tot mei?

Michel II gaat de volgende vijf maanden af te rekenen krijgen met een aantal dossiers waarmee je geen stemmen kan winnen. De belangrijkste probleemdossiers zijn de volgende:

– een minderheidskabinet: met 52 zetels op 150 heeft deze regering amper steun en moet ze voor alles en nog wat naar de Kamer gaan. Hierbij stelt zich de vraag welke oppositiepartij de regering zal willen steunen en geschenken gaat willen geven. Bovendien hebben wij in dit land geen enkele ervaring met minderheidsregeringen.

– begrotingscontrole: eind maart zal de regering het Europees begrotingssemester moeten afronden. Dat kan nog een moeilijk verhaal worden in een pre-electorale periode met stijgende rente, dalende groeicijfers , problemen in de eurozone enzovoort. Maar de regering heeft wel het voordeel van de voorlopige kredieten, die besparend werken, want men mag maar evenveel uitgeven als vorig jaar.

– energie: als er deze winter iets nefast gebeurt met de energievoorziening dan wordt dat zeker de zwanenzang voor dit minderheidskabinet. Het gevolg zal een electorale ramp zijn. De goedkope verkoop van de elektriciteitsproductie aan Parijs heeft van ons een kolonie gemaakt van de Franse vijfde republiek. Maar ook de regeringen-Michel hebben structureel niets gedaan aan het gebrek inzake de energieproductie en de hoge prijzen voor de consument. Bovendien heeft de zesde staatshervorming van de energiebevoegdheden een ondoorzichtig heterogeen pakket gemaakt. Met de sterke toename van de bevolking en de intentie om de elektrische auto te introduceren zal de elektriciteitsproductie zowaar met 50 procent moeten gaan toenemen. Dit aanslepend probleem van de beschikbaarheid van elektriciteit kost ons ook investeringen. Inderdaad, op het vlak van elektriciteitsvoorziening zijn we een derdewereldland geworden.

– terrorisme: diverse inlichtingsdiensten hebben gewezen op het gevaar van nieuwe aanslagen in Europa. Een nieuwe terreurdaad in eigen land vóór 26 mei zal het stemgedrag zeker beïnvloeden.

– migratie: als gevolg van het ‘Marrakesh-einde’ van Michel I gaat migratie zeker een item zijn voor de verkiezingen van 26 mei en dit in combinatie met het feit dat het onderwerp in heel de Europese Unie tot intense politieke discussies leidt. De EU-lidstaten zijn verdeeld over het Marrakesh-pact en daardoor is de werking van de Schengenzone ook zeer problematisch geworden. In ieder geval zal Michel II zeer voorzichtig moeten zijn betreffende haar migratiestandpunten, want elke foute stap kan stemmen kosten.

Oppositie?

De regering-Michel II heeft genoeg problemen, maar de oppositiepartijen ook.

De regering-Michel II heeft problemen, maar hebben de oppositiepartijen die niet? Uiteraard wel. Vooreerst moet de oppositie oppassen dat de regering haar niet uit elkaar speelt. Bovendien stelt zich de vraag in welke mate een verdeeld parlement erin gaat slagen om een regering in lopende zaken het moeilijk te maken? Daarenboven is er het feit dat alleen de drie regeringspartijen de federale kabinetten bemannen en dus in het bezit zullen zijn van unieke informatie.

De N-VA moet er ook in slagen om het momentum van het Marrakesh-gebeuren te behouden en vijf maanden is erg lang… Een andere vraag voor de N-VA is of ze geen nadeel gaat ondervinden van het feit dat haar bekendere/populairdere regeringsleden op de oppositiebanken zijn geraakt. Gedurende de laatste jaren werd de N-VA vooral door de federale regeringsleden in de media gebracht en veel minder door de Vlaamse regeringsleden van deze partij. Daarnaast stelt zich de vraag of CD&V en Open VLD het gaan toelaten dat de N-VA vanuit de Vlaamse regering gaat ageren tegen de federale ploeg Michel II?

Voor Vlaams Belang is het geen voordeel dat de N-VA nu tot de federale oppositie behoort. De andere oppositiepartijen behoren niet tot de federale noch tot de Vlaamse regering, desalniettemin houden SP.A, Groen en PVDA elkaar onder schot. Als één van hen een foute politieke handeling doet, kan dit leiden tot stemmenverlies aan de andere linkse partijen.

Peilingen

In de afgelopen maand december waren er liefst drie peilingen (VTM, VRT en Het Nieuwsblad). Daaruit blijkt dat de N-VA steeds tussen de 28 tot 30 procent zit en afgetekend de grootste Vlaamse partij blijft. Maar tussen de nummer twee (CD&V) en nummer zes (SP.A) zit er een verschil van amper 2,9 procent (VTM) over 6 procent (Het Nieuwsblad) tot 11,1 procent (VRT). Dat wordt dan ook de ‘battle of the parties’ in mei aanstaande. De PVDA behaalt in twee peilingen de kiesdrempel en op basis van oktober 2018 dient men wel vanuit te gaan dat deze partij de kiesdrempel gaat behalen in de kieskring Antwerpen.

Feit is dat deze peilingen nogal wat afwijken van de jongste lokale verkiezingen. Ook in de lokale coalitievorming zit geen lijn: het gaat van paars met N-VA (Antwerpen), een linkser bestuur (rood-groen met de Open VLD en CD&V in Gent), een tripartite (Brugge), Open VLD met Groen (Mechelen) tot N-VA met CD&V en Open VLD (Aalst) enzovoort. Op provinciaal vlak zijn er ook verschillende coalities gemaakt: tripartite (West-Vlaanderen ), N-VA met Groen en CD&V (Oost-Vlaanderen), N-VA met CD&V (Antwerpen), N-VA met CD&V en Open VLD ( Vlaams-Brabant en Limburg).

Wat wel opvalt is dat de N-VA – bij een minder dominante uitslag – meestal naar de oppositie wordt verwezen.

Conclusie

Er liggen zeker nog genoeg politieke mijnen op de weg naar 26 mei 2019. Vervroegde verkiezingen zijn zeker nog niet uitgesloten, maar de beginnende campagne is toch wel gemaakt rond één ‘Super Sunday‘. Trouwens: meerdere partijen hebben niet genoeg financiële middelen om verkiezingen te betalen in oktober 2018, begin 2019 en nog eens op 26 mei.

In ieder geval wordt het een nieuw verhaal in de politieke geschiedenis van België, met een minderheidsregering in lopende zaken en dat zonder een ontbinding van het federale parlement. Maar wat vooral opviel bij de lokale verkiezingen van 14 oktober 2018 is het centrumrechtse stemgedrag in Vlaanderen versus de linkse stemming in het Franstalig gedeelte van dit koninkrijk. Dit laatste gaat zeker nog van belang zijn in de aanloop naar 26 mei en zonder twijfel ook daarna bij de formaties. In ieder geval gaan er geen politieke geschenken meer worden uitgedeeld. Want de 550 jaar geleden geboren (1469) politieke denker Niccolo Machiavelli schreef het reeds: ‘Wie een ander machtig maakt, graaft zijn eigen graf.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content