Marketeer

Slecht nieuws uit de media: de commanditaire marketeer gaat ons verlaten.

Slecht nieuws uit de media, het moest er nog bij komen: de commanditaire marketeer gaat ons verlaten.

Nadat hij De Standaard heeft omgevormd tot een kwantiteitskrant waarin geen enkel artikel onder de twee volle pagina’s blijft, zodat het lezen van één editie een dag of drie in beslag neemt, gaat hij nu de Nieuw Rotterdamse Courant naar hogere regionen van oplage en eigendunk leiden. Opmerkelijk was dat ook de commanditaire loftsocialist zich voor deze functie kandidaat had gesteld, maar hij moest alweer de duimen leggen tegen zijn oude rivaal.
‘Wie van u kan het meeste mensen buitengooien?’ vroeg de president-commissaris van NRC Handelsblad tijdens de beslissende confrontatie. ‘Ikke mijnheer’, riepen beide sollicitanten gelijktijdig. De loftsocialist legde hierbij sterke troeven op tafel. Pas vorig jaar liet hij zijn beste vijftien redacteurs ontslaan, in de eerste plaats wie zich voor zijn collega’s en tegen de directie had opgesteld, en hij haalde hautain zijn neus op voor een solidariteitsfeestje van zijn eigen redactie, als linkse jongen moet je het maar presteren.

Meteen lag de loftsocialist in poleposition. Maar dan werden de rekeningen opgevraagd van de commanditaire vennootschappen waarmee beide moraalridders fiscaal zoveel mogelijk proberen bij te dragen aan de samenleving, trouw aan het pleidooi voor solidariteit dat ze anderen voorhouden. Toen bleek dat de vennootschap van de loftsocialist al jaren na elkaar verlies opgeeft (!), werd dat als een slecht voorteken beschouwd voor een krant in crisis en was de keuze snel gemaakt.

En zo blijven wij met zijn allen verweesd achter, nu na Lutin Mary een tweede leidsman uit ons land emigreert. Het stond al in Bladspiegel van Knack nr. 38 van september vorig jaar: ‘De marketeer is gedegradeerd tot hoofdredacteur van Het Nieuwsblad, al heeft hij in De Standaard een schaamcolumnpje om de schijn op te houden. Ging uithuilen bij mijnheer Van Thillo in de hoop diens Nederlandse krantenafdeling te mogen leiden.’

Maar het was weer niet waar hoor.

Koen Meulenaere