JA

Zit de huurder in de verdrukking?

Daar zijn signalen genoeg voor. Kijk maar naar de wachtlijsten bij de sociale verhuurkantoren of de huisvestingsmaatschappijen. Er is een enorme nood aan betaalbare en kwalitatief degelijke huurwoningen. Voor veel mensen wordt het simpelweg allemaal te duur. Want niet iedereen kan het blijven volgen: wie vorig jaar 500 euro huur betaalde, moet nu al gauw 523 euro betalen. Dat is een aanzienlijk verschil en als die tendens zich blijft voortzetten, komt ook de middenklasse in de problemen.

Maar de ergste excessen doen zich voor bij de sociaal zwakkeren, die vaak in een vicieuze cirkel terechtkomen. Omdat de huur te hoog ligt, kiest men voor een woning van een te lage kwaliteit. En dat leidt dan weer tot een hogere energiefactuur en in het slechtste geval zelfs tot gezondheidsproblemen. Een eerste oplossing zou zijn om de huursubsidies voor die mensen substantieel uit te breiden. De overheid neemt op zich wel interessante maatregelen, maar het is allemaal nog te beperkt.

Evolueren we naar een situatie waarin huren enkel nog iets voor de sociaal zwakkeren wordt?

Die tendens bestaat zeker. De overheid geeft de laatste jaren met succes stimuli aan het verwerven van eigendom, en daar is op zich niets mis mee, maar vergeet ook niet dat daar noodkopers tussen zitten die eigenaar worden omdat ze het op de huurmarkt echt niet meer zien zitten.

De vraag is nu: hoe erg willen we de sociaal zwakkere huurder die overblijft, financieel in de ellende duwen? En neen, dat is geen aanklacht tegen de eigenaars. Wij pleiten alleen voor een goede prijs-kwaliteitverhouding bij huurwoningen. Want een kwalitatief goede woning die dan ook nog eens tegen een interessante prijs wordt aangeboden, dat is een bijzonder schaars goed geworden.

Betaalt een Belgische huurder een correcte prijs voor zijn woonst?

Het is hier eigenlijk vrij goedkoop, ja. In vergelijking met de ons omringende landen liggen de Belgische huurprijzen zelfs bijzonder laag. In het Verenigd Koninkrijk betaalt een huurder zelfs vlot drie tot vier keer meer. Natuurlijk klimmen ook hier de prijzen gestaag. Maar de inflatie is het laatste jaar dan ook met ongeveer 5 procentpunt gestegen. Dat vertaalt zich in de woninghuur, en een gevolg daarvan is dat de eigenaars meer en meer met huurachterstand te maken hebben. Maar eigenlijk bevindt het probleem zich aan de inkomenskant. Wie het zich ook maar enigszins kon permitteren, is de laatste jaren eigenaar geworden, daartoe aangespoord door de lage rentevoet. Alleen de armsten zijn op de huurmarkt gebleven, en die kunnen niet altijd betalen wat wordt gevraagd. De overheid moet ingrijpen met inkomensondersteunende maatregelen en huursubsidies. Dat genereert bovendien een grotere spreiding van sociaal zwakkere huurders.

Is verhuren nog altijd een interessante manier om geld te beleggen?

Almaar meer eigenaars twijfelen daaraan: elk jaar verlaat vijf procent van de eigenaars de huurmarkt. Tien procent overweegt ernstig om te stoppen. Bekijk het ook eens van de kant van de eigenaar: de koopprijs van een woning en de kosten voor verbouwingen zijn fel gestegen. Als een eigenaar het minimumrendement van 3 à 4 procent niet bereikt – en dat is echt niet meer zo evident -, dan haalt hij zijn rekenmachine boven en besluit hij zijn geld in iets anders te stoppen. Iets waar je minder beheersproblemen bij ondervindt.

De overheid moet ervoor waken dat verhuren aantrekkelijk blijft en dat men niet overreguleert. De huidige generatie verhuurders is relatief oud, maar zodra de jongeren het overnemen, zou er weleens veel kunnen veranderen. Jonge eigenaars willen vrijer zijn, en zien op tegen de last van het verhuren. Je moet de eigenaars echt niet nog meer ontmoedigen, want een verschraling van de huurmarkt zou tot nog hogere huurprijzen leiden.

NEE

Zit de huurder in de verdrukking?

Daar zijn signalen genoeg voor. Kijk maar naar de wachtlijsten bij de sociale verhuurkantoren of de huisvestingsmaatschappijen. Er is een enorme nood aan betaalbare en kwalitatief degelijke huurwoningen. Voor veel mensen wordt het simpelweg allemaal te duur. Want niet iedereen kan het blijven volgen: wie vorig jaar 500 euro huur betaalde, moet nu al gauw 523 euro betalen. Dat is een aanzienlijk verschil en als die tendens zich blijft voortzetten, komt ook de middenklasse in de problemen.

Maar de ergste excessen doen zich voor bij de sociaal zwakkeren, die vaak in een vicieuze cirkel terechtkomen. Omdat de huur te hoog ligt, kiest men voor een woning van een te lage kwaliteit. En dat leidt dan weer tot een hogere energiefactuur en in het slechtste geval zelfs tot gezondheidsproblemen. Een eerste oplossing zou zijn om de huursubsidies voor die mensen substantieel uit te breiden. De overheid neemt op zich wel interessante maatregelen, maar het is allemaal nog te beperkt.

Evolueren we naar een situatie waarin huren enkel nog iets voor de sociaal zwakkeren wordt?

Die tendens bestaat zeker. De overheid geeft de laatste jaren met succes stimuli aan het verwerven van eigendom, en daar is op zich niets mis mee, maar vergeet ook niet dat daar noodkopers tussen zitten die eigenaar worden omdat ze het op de huurmarkt echt niet meer zien zitten.

De vraag is nu: hoe erg willen we de sociaal zwakkere huurder die overblijft, financieel in de ellende duwen? En neen, dat is geen aanklacht tegen de eigenaars. Wij pleiten alleen voor een goede prijs-kwaliteitverhouding bij huurwoningen. Want een kwalitatief goede woning die dan ook nog eens tegen een interessante prijs wordt aangeboden, dat is een bijzonder schaars goed geworden.

Betaalt een Belgische huurder een correcte prijs voor zijn woonst?

Het is hier eigenlijk vrij goedkoop, ja. In vergelijking met de ons omringende landen liggen de Belgische huurprijzen zelfs bijzonder laag. In het Verenigd Koninkrijk betaalt een huurder zelfs vlot drie tot vier keer meer. Natuurlijk klimmen ook hier de prijzen gestaag. Maar de inflatie is het laatste jaar dan ook met ongeveer 5 procentpunt gestegen. Dat vertaalt zich in de woninghuur, en een gevolg daarvan is dat de eigenaars meer en meer met huurachterstand te maken hebben. Maar eigenlijk bevindt het probleem zich aan de inkomenskant. Wie het zich ook maar enigszins kon permitteren, is de laatste jaren eigenaar geworden, daartoe aangespoord door de lage rentevoet. Alleen de armsten zijn op de huurmarkt gebleven, en die kunnen niet altijd betalen wat wordt gevraagd. De overheid moet ingrijpen met inkomensondersteunende maatregelen en huursubsidies. Dat genereert bovendien een grotere spreiding van sociaal zwakkere huurders.

Is verhuren nog altijd een interessante manier om geld te beleggen?

Almaar meer eigenaars twijfelen daaraan: elk jaar verlaat vijf procent van de eigenaars de huurmarkt. Tien procent overweegt ernstig om te stoppen. Bekijk het ook eens van de kant van de eigenaar: de koopprijs van een woning en de kosten voor verbouwingen zijn fel gestegen. Als een eigenaar het minimumrendement van 3 à 4 procent niet bereikt – en dat is echt niet meer zo evident -, dan haalt hij zijn rekenmachine boven en besluit hij zijn geld in iets anders te stoppen. Iets waar je minder beheersproblemen bij ondervindt.

De overheid moet ervoor waken dat verhuren aantrekkelijk blijft en dat men niet overreguleert. De huidige generatie verhuurders is relatief oud, maar zodra de jongeren het overnemen, zou er weleens veel kunnen veranderen. Jonge eigenaars willen vrijer zijn, en zien op tegen de last van het verhuren. Je moet de eigenaars echt niet nog meer ontmoedigen, want een verschraling van de huurmarkt zou tot nog hogere huurprijzen leiden.

opgetekend door jef van baelen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content