Sportieve auto’s nodigen ertoe uit snel te rijden, maar dat moet je eerst leren. Opel biedt OPC-klanten de mogelijkheid een performancetraining te volgen. Een leerrijke ervaring.

‘Een snelle auto is in de handen van een onervaren chauffeur even gevaarlijk als een geladen pistool in een kinderhand.’ Manuel Reuter weet zijn publiek te boeien. Met twee overwinningen in de 24 Uren van Le Mans (1989 en 1996) en één kampioenstitel in de Deutsche Tourenwagen Meisterschaft (1996) behoorde hij twee decennia tot de subtop in de internationale racerij. Een overstap naar de formule 1 is hem niet gelukt, omdat toerwagens hem beter lagen dan eenzitters. In 2005 ruilde de immer topfitte sportman de actieve racerij voor een baan als pr-consultant. In opdracht van Opel ontwikkelde hij een trainingsprogramma voor klanten die veilig snel willen zijn. De Duitse autowegen gelden nog altijd als de langste racebaan ter wereld, en een snelheidsbeperking tot 120 kilometer per uur – zoals in de rest van Europa – zit er niet meteen aan te komen. De bazen van de Duitse premiummerken schieten goed op met kanselier Angela Merkel en andere politieke zwaargewichten. Zodra iemand de invoering van een snelheidsbeperking durft te suggereren, staan ze met z’n allen op de rem. Daarbij verwijzen zij steevast naar het lage percentage ongevallen op de Duitse autowegen. Een ongevallenstatistiek is maar één element in deze complexe problematiek, maar wel een belangrijk.

De constructeurs stellen zich eveneens hardleers op. Het vermogen van de auto’s blijft maar toenemen, een topsnelheid van 200 km/u is de regel en niet de uitzondering. Veel pk’s blijven de verbeelding van de doorsneeconsument meer aanspreken dan een lage CO2-uitstoot.

LEARNING BY DOING

‘Negen op de tien bestuurders zitten verkeerd achter het stuur en houden het stuurwiel ook nog eens verkeerd in hun handen.’ Manuel Reuter toont hoe het wel moet én waarom. Daarna focust hij op onze voeten, want ook die staan zelden juist. Vervolgens legt hij omstandig uit hoe we een bocht moeten aansnijden, waarom we bij het uitkomen ervan moeten accelereren en wat ons te doen staat als er iets onvoorziens plaatsvindt. Paniek aan het stuur loopt zelden goed af. Daarom is het aangewezen bepaalde automatismen aan te leren en die zo lang te herhalen tot zij een reflex worden. ‘OPC-klanten zijn gepassioneerde rijders, maar één dag volstaat niet om een volleerde piloot te worden. Wij geven de deelnemers een basis, van daaruit moeten ze het zelf doen. Waarom niet op de parking van een grootwarenhuis in de buurt? Na sluitingstijd, welteverstaan.’

Vooraleer wij het testcircuit oprijden, waarschuwt Manuel Reuter uitdrukkelijk voor de weg, die glad is na overvloedige regen. Het testcentrum is 2,6 vierkante kilometer groot en ligt in het groen, door een metershoge afrastering hermetisch van de buitenwereld afgesloten. Opel gebruikt het om de ophanging, het weggedrag en het rijcomfort van nieuwe modellen te testen en te optimaliseren. Naast een racecircuit is er een terrein dat je de kans geeft te oefenen op alle soorten ondergrond en bestrating. Ook op de Vlaamse kassei. De testpiloten van Opel leggen zo’n 40.000 km per dag af, 365 dagen per jaar. De hoogst toegelaten snelheid bedraagt 250 km/u.

Op de slalom- en rallypiste geeft een instructeur het commando. Hij demonstreert hoe je een auto in balans moet houden, hoe je snel en toch veilig voorbij een hindernis kunt rijden en hoe je moet reageren op onvoorziene obstakels. Ronde na ronde drijft hij de snelheid op. Zo ziet learning by doing er dus uit. De gladde weg doet een cursist van de baan afglijden. ‘Hier heeft een ongecontroleerde slip geen gevolgen. Op de openbare weg is de kans groot dat je tegen een hindernis botst en dat er gewonden vallen. Daarom is het van levensbelang dat een bestuurder het verkeer en de weersomstandigheden juist inschat en zichzelf niet overschat. Een kilometer té snel, en je belandt zonder pardon naast de baan. Het is zo gebeurd.’

Geen enkele cursist durft voluit te gaan in dit hondenweer, maar Manuel Reuter toont geen medelijden. Hij maant ons aan de snelheid op te drijven en beetje bij beetje slagen wij erin onze grenzen te verleggen, het zweet staat ons in de handen. De rondetijden geven aan dat wij nog voortdurend progressie maken. Af en toe rijdt mister Opel met een cursist mee om kleine fouten te verbeteren. Naarmate de dag vordert, groeit het zelfvertrouwen. Maar de grote uitdaging moet nog komen. De veiligheidsgordel wordt een laatste keer vastgemaakt, het licht gaat op groen: het signaal om plankgas naar 250 km/u te snellen. Op een verlaten autosnelweg is gas geven kinderspel, maar tegen topsnelheid over het circuit van Dudenhofen scheuren vergt moed. Veel moed. Maar na een dag performancetraining denkt niemand eraan het gaspedaal los te laten. Waarom zouden we ook? We hebben geleerd hoe we een auto in balans kunnen houden door gas geven en remmen juist te doseren, hoe we veilig langs een hindernis moeten rijden en hoe we een noodstop moeten uitvoeren. Dat maakt het mogelijk om ons enkele ronden te concentreren op de weg.

Manuel Reuter analyseert onze prestaties aan de hand van de tijdmeting die hij stiekem uitvoerde. De prints ervan tonen niet alleen de rondetijden, maar ook het traject dat elk van ons aflegde tegenover de ideale lijn van de meester. Elke cursist kan aflezen waar hij kostbare tienden van een seconde heeft verloren. Reuter geeft aan hoe je dat verlies de volgende keer kunt vermijden, waar je te laat hebt geremd en welke bocht je te scherp hebt aangesneden. Voor een carrière in de autosport komt zijn goede raad te laat, maar hij komt zeker van pas.

www.opel-opc.com NAAST OPEL BIEDEN OOK ANDERE CONSTRUCTEURS SOORTGELIJKE TRAININGEN AAN. INFORMATIE VIND JE OP DE WEBSITES VAN DE AUTOMERKEN OF BIJ EEN DEALER IN DE BUURT.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content