Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Over kweken of vangen, diefstal en smokkel en vogels voor de kat: in de handel van papegaaien speelt België een sleutelrol. Een Spix’s ara voor meneer? Dat is dan negen miljoen frank.

Alle papegaaiensoorten – zelfs de zeldzaamste – zijn op volstrekt legale wijze te koop”, zegt Ivan Verdoodt, voorzitter van de Belgische Vereniging van Papegaaien- en Parkietenliefhebbers, met zijn drieduizend leden de grootste van de vele papegaaienclubs in ons land. Voor sommige mensen mag dat blijkbaar wat kosten. Verdoodt: “Aan een Spix’s ara hangt een prijskaartje van negen miljoen frank. In 1984 werd in Brazilië een populatie van vijf dieren ontdekt, maar drie jaar later was er nog maar eentje over. De soort wordt her en der wel gekweekt. Er zouden nu een veertigtal dieren in gevangenschap leven. De kwekers hebben zich georganiseerd. Er werd al een gekweekt vrouwtje bij het wilde mannetje uitgezet, maar dat is ondertussen helaas verdwenen.”

Op vraag van een Belgisch liefhebber trok Verdoodt zelf op zoek naar de zeldzame Sint-Vincent amazone. Hij vond de vogel bij een kweker in Engeland à 1,8 miljoen frank per stuk, gouden voetring inbegrepen. Tot vorig jaar zat er in ons land bij een particulier een paar Australische palmkaketoes, goed voor rond het miljoen frank. Heel wat diertjes halen honderdduizenden franken in het wettelijk verkoopcircuit.

“Jammer genoeg is er ook de illegale handel”, geeft Verdoodt toe. “Daar zijn de dieren veel goedkoper. Er werden illegale palmkaketoes aangeboden voor tweehonderdduizend frank. Het risico bij zo’n aankoop is natuurlijk groot. Vanwaar komen de dieren? Hoe gezond zijn ze? In het slechtste geval besmetten ze een ganse collectie met een ziekte.”

Enkele jaren geleden kregen Belgische specialisten vanuit Duitsland een fax toegestuurd met een ruim aanbod aan illegale zeldzame papegaaien. Die werden verkocht via een geheim nummer op een fictief adres. Af en toe lopen er bij de gekende kwekers anonieme telefoontjes binnen van mensen die een of andere zeldzaamheid aanbieden. Dat gaat dan niet alleen om illegaal ingevoerde papegaaien, maar ook om dieren die bij kwekers gestolen worden, al dan niet op bestelling. Bij een Belgisch liefhebber werd niet zo lang geleden een koppel dure geelvleugelara’s gestolen. Grote kwekerijen in het buitenland huren beveiligingsfirma’s in om hun kwetsbare kapitaal te bewaken.

HYACINTEN VAN EEN MILJOEN

Ook Jan Van Slycke, een van de vier professionele papegaaienkwekers in ons land, kreeg al ongewenste bezoekers over de vloer. “Ze stalen op commando”, gelooft hij. “Ze wisten heel goed wat ze moesten meenemen. Sommige dure vogels lieten ze gewoon zitten. Ik verloor toen op een nacht voor driekwart miljoen frank aan papegaaien. Een tijdje geleden bood iemand me nog een koppel zogenaamd legale palmkaketoes aan voor een miljoen frank. Maar ik weigerde, want er leek me iets niet in de haak met de papieren. Toch is de illegale handel beperkt. De tijd van de grote smokkelpartijen is mijns insziens voorbij. Het heeft weinig zin om een illegale hyacint-ara te kopen. De dieren kweken ondertussen in gevangenschap zo vlot, dat men voor een illegaal dier en zijn nakomelingen nog moeilijk een koper kan vinden. Door het succes van de kweek zakt ook de prijs, zodat de winst verkleint. Een aantal jaren geleden haalde een koppel hyacinten gemakkelijk een miljoen frank, nu wordt een jong voor tweehonderdduizend frank verkocht.”

Officiële instanties bevestigen dat de illegale handel in papegaaien in ons land vermindert. Nog één op tien dieren zou geen geldige papieren hebben. “Ons laatste grote wapenfeit tegen illegale papegaaienhandelaars dateert van enkele jaren geleden, toen we uit Praag ingevoerde blauwkopara’s in beslag lieten nemen”, zegt Eric Van Tilburgh, die op het ministerie van Landbouw de naleving coördineert van de akkoorden van Cites: de Convention on the International Trade in Endangered Species, die de handel in bedreigde dier- en plantensoorten reglementeert. “De vermindering van de acties heeft ten dele te maken met de eenmaking van Europa. Sinds 1997 zijn er voor de beweging van bedreigde soorten tussen de lidstaten geen papieren meer nodig, zodat we niet langer zicht hebben op de interne handel. Alleen aan de buitengrenzen wordt nog scherp toezicht gehouden. Zo nam de Duitse douane in 1995 aan haar grenzen met Oost-Europa ongeveer vijfduizend papegaaien in beslag.”

Van de ongeveer 330 soorten papegaaien in de wereld is een dertigtal met uitsterven bedreigd. Die staan op de Appendix I van Cites, wat betekent dat voor die dieren elke vorm van handel verboden is – tenminste in de 136 landen, waaronder België, die de conventie ondertekenden. Met uitzondering van twee soorten valt de rest onder Appendix II, wat impliceert dat de handel alleen gecontroleerd mag verlopen, met vergunningen. Tussen 1990 en 1994 werden in Europa meer dan achthonderdduizend papegaaien ingevoerd: 44 procent van de 1,8 miljoen stuks die toen op wereldschaal verhandeld werden. België, en met name de luchthaven van Zaventem, was lange tijd een belangrijk doorvoercentrum voor papegaaien en andere exotische dieren, tot acties van vogelliefhebbers, douane en rijkswacht daar paal en perk aan stelden.

LEARS ARA’S IN BOSNIE

“Het jaarlijks volume aan papegaaien op de wereldmarkt daalt sinds het einde van de jaren tachtig”, zegt Tom De Meulenaer van Traffic Europe, een organisatie in de schoot van onder meer het Wereldnatuurfonds die de naleving van de Cites-akkoorden controleert. “Zo werd de massale handel in grijze roodstaartpapegaaien uit Afrika grotendeels onder controle gebracht. Vorig jaar liet Cites de export van 25.000 dieren toe. De wildvang wordt in toenemende mate vervangen door nakweek van dieren in gevangenschap, waarin België en Nederland op wereldschaal een grote rol spelen. De illegale handel blijft helaas een probleem voor de heel zeldzame soorten. Smokkelaars zoeken steevast de gemakkelijkste wegen voor hun activiteiten. Tegenwoordig worden vele dure papegaaien via het Oostblok verhandeld, waar geïnteresseerden ze met de wagen gaan ophalen.”

Onlangs weigerde een Belgisch liefhebber een Lears ara, die hem te koop werd aangeboden. Van deze Braziliaanse soort leeft nog maar een tachtigtal dieren in de natuur – ze kost drie miljoen frank per stuk. Een maffia-achtige organisatie had drie exemplaren in Bosnië “geparkeerd” en bewerkte van daaruit de kleine markt van gespecialiseerde amateurs. De vogels kwamen uiteindelijk in Engeland terecht, waar ze in beslag genomen werden. Vanuit Peru worden – onder meer op initiatief van een dubieuze Belgische ornitholoog in Lima – via Cuba en Rusland zeldzame blauwkopara’s naar Praag versast, en vandaar over de weg naar West-Europa.

“Begin de jaren negentig had bijna elke bananenboot uit Colombia die in de haven van Antwerpen aanmeerde, een illegale lading witkopamazones en andere papegaaien mee”, vertelt De Meulenaer. “De zeelui gebruikten de dieren zelfs als geld. Ze werden op de kade aan een Belg geleverd tegen spotprijzen. Die verkocht de diertjes voor een paar tienduizenden franken voort, terwijl ze in het legale circuit gemakkelijk tachtigduizend frank opbrachten. Maar de gewone handelaars voelden dat de markt verpest werd en informeerden ons, onder meer omdat ze bang waren dat de vogels ziekten zouden introduceren. De Belg had voor zijn handeltje een klein netwerk uitgebouwd, dat na ons optreden opgedoekt werd. Hij had zo’n drieduizend vogels omgezet. De winkel werd toen naar het Portugese Lissabon verlegd, maar daar liepen de organisatoren tegen de lamp. Het bleek om ex-Joegoslaven te gaan.”

WILDE VOGELS HOREN NIET IN EEN KOOI

De handel in wilde papegaaien kan te velde voor een ravage zorgen. De ramingen over het aantal dieren dat sterft per vogel die overleeft tot in de kooi van de liefhebber, lopen sterk uit elkaar. Maar feit is dat een veelvoud van de dieren die hier levend toekomen, sterft tijdens de vangst, de opslag en het eerste transport. “Studies wezen uit dat de eerste week na vangst een derde van de vogels sterft”, stelt Jan Rodts van het Koninklijk Belgisch Verbond voor de Bescherming van de Vogels. “Het totale sterftecijfer zou tot negentig procent kunnen oplopen: per vogel die het haalt, zijn er negen andere gestorven. Toch loont de handel de moeite, omdat de winstmarges zo groot zijn. Een vogelvanger in Zuid-Amerika krijgt amper tweehonderd frank voor een ara, die in een Belgische dierenzaak veertigduizend frank kost.”

Rodts hamert erop dat in de Verenigde Staten de handel in wilde vogels onlangs zo goed als helemaal verboden werd. Maar in Europa aarzelt men. “Handel in bedreigde diersoorten moet je niet regelen, maar verbieden”, vindt de vogelbeschermer. “Er worden veel meer vogels gevangen dan vastgelegd in de exportquota van Cites. De autoriteiten van Cites liggen evenmin wakker van het aspect dierenwelzijn. Wilde vogels horen niet thuis in een kooi. De Cites-verantwoordelijken bekommeren zich ook alleen maar om de soorten die op hun lijsten prijken. Ik denk trouwens dat veel dierenhandelaars Cites gebruiken als een handleiding voor soorten die zeldzaam zijn, en dus het meeste geld kunnen opbrengen.”

Papegaaienliefhebber Verdoodt bevestigt dit ten dele met verhalen over de invloed van de Cites-reglementering op de prijzen: “De groenwangamazone uit Mexico, die in de VS veel in gevangenschap leeft, werd onder druk van de lobby van vogelkwekers op de Appendix I van Cites geplaatst, zodat de handel in wilde vogels verboden werd. Prompt verdubbelde de prijs van gekweekte vogels. Uit een Cites-vergadering lekte ooit het bericht dat de heel zeldzame Gofini-kaketoe uit Indonesië op Appendix I gezet zou worden. Een handelaar uit Zimbabwe kreeg daar lucht van en kocht nog net voor de wet was goedgekeurd, zeshonderd gevangen dieren. Hij zou enorme winsten gemaakt hebben als de handel niet tijdig was blootgelegd. Driekwart van de dieren kon onderschept en teruggebracht worden.”

Toen vorig jaar overwogen werd de invoer uit Congo en Kameroen van grijze roodstaartpapegaaien te bannen, schoot de prijs van zo’n vogel prompt met vijfduizend frank omhoog. Het prijskaartje van zo’n Coco uit de Congo, die in het beste geval in een hoek van de huiskamer “Te Lourdes op de bergen” zit te zingen, varieert enorm. In De Streekkrant en de Koopjeskrant worden vogels van negen- tot dertigduizend frank aangeboden. “Er is een florerende zwarte handel in geregistreerde dieren”, zucht professioneel kweker Van Slycke. “Veel groter dan de officiële verkoop. Ik ken een dopper met honderd koppels papegaaien. Op beurzen en markten worden massa’s vogels met papieren onderhands verkocht. De zwartkwekers hebben natuurlijk niet dezelfde kosten als wij, zodat zij onder de prijs kunnen gaan. Toch is er voorlopig geen probleem. Ik heb nog altijd meer vraag naar papegaaien dan ik er kan leveren. Alle dieren die ik kweek of importeer, zijn bij voorhand verkocht. Zelfs de dure soorten.”

KRIJSEN IN DE PLAATS VAN SPREKEN

Het aantal papegaaien of papegaaienhouders in ons land is niet te schatten. De vereniging van Verdoodt levert jaarlijks voor zo’n achtduizend echte papegaaien voetringen af. Het cijfer stijgt met gemiddeld acht procent per jaar. Op markten allerhande worden vogels goedkoop verkocht, met een attest dat het gekochte dier kan spreken – onzin natuurlijk, een vogel bootst alleen geluiden na, en uitsluitend als hij goed verzorgd wordt. Vele gevangen wilde vogels krijsen echter het kot bij elkaar, zijn niet aan de mens aangepast en evenmin aan de temperatuur, zodat ze zelfs na aankoop gemakkelijk sterven. Gekweekte en met de hand grootgebrachte papegaaien zijn veel tammer, maar wel duurder. Omdat een goed verzorgde papegaai tientallen jaren in leven kan blijven, blijft hij echter relatief goedkoop.

Verrassend genoeg is Verdoodt volstrekt tegen het verderzetten van de import van gevangen wilde vogels. “Er worden genoeg papegaaien gekweekt, van alle soorten, zodat wildvang overbodig is. Soms moet je ze wel gaan zoeken en is het gemakkelijker om achter de hoek een gevangen vogel te kopen, maar iemand die bereid is te investeren, vindt gekweekte dieren van de soorten die hij wenst. De vraag is natuurlijk of verbod op vangst de vogels in het vrije veld zal helpen. Ik zag op de Dominicaanse Republiek een verkoper met een koppel ventralis-amazones op zijn hand, dat hij voor twaalfhonderd frank verkocht. Dat zijn vogels van de Appendix I van Cites, die niet verhandeld mogen worden. Hier gaan ze tot honderdvijftigduizend frank per stuk. Maar wat gebeurt er met gevangen diertjes die niet verkocht worden? De kans dat ze opnieuw losgelaten worden, is miniem.”

Het verbieden van de invoer van wilde vogels blijft een teer punt. “Sommige invoerders beweren dat ze vers bloed nodig hebben om inteelt te vermijden, maar wetenschappers denken dat dit niet noodzakelijk een probleem is”, zegt expert Van Tilburgh van het ministerie van Landbouw. “De Cites-politiek draait echter om de bescherming van de natuur, niet om het welzijn van de gevangen dieren. Zelfs bij een overaanbod aan kweek kan Cites invoer toelaten, zolang de wilde populaties niet bedreigd zijn. De dieren behouden op die manier een commerciële exportwaarde in hun land van oorsprong, wat de bescherming van hun biotoop in de hand kan werken. In arme landen leven vele mensen van de handel in dieren. Ze zullen er dus wel over waken om een bron van inkomsten niet te beschadigen door te veel dieren te vangen. Cites streeft dus in eerste instantie naar een duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen.”

De “papegaaiproducerende” landen kijken met lede ogen naar het succes van de kweek van papegaaien in gevangenschap. “In landen als Guyana leverde de export van papegaaien begin de jaren negentig bijna vijf procent van het bruto nationaal product”, beklemtoont Tom De Meulenaer van Traffic. “Vijf ara’s kunnen een indianenfamilie lang in leven houden. Nu beschuldigen deze landen het Westen ervan hun biologische rijkdommen te stelen om ze zelf te gelde te maken. Dat is natuurlijk een zwaar punt. Papegaaien kunnen een sterk argument zijn om een bedreigd habitat te vrijwaren en te valoriseren, onder meer via toerisme of het verkopen van jongen die uit een nest gehaald worden. We moeten ons er dus voor hoeden de handel te bannen om strikt emotionele redenen. Anders zou het op termijn afgelopen kunnen zijn voor vele papegaaien.”

Dirk Draulans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content