Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Wat vindt u: mag een redacteur van Knack in zijn privé-leven lid zijn van de loge? En bij uitbreiding van Opus Dei of van een politieke partij, eens even denken… het Vlaams Blok bijvoorbeeld? De vraag is aan de orde, zij het niet bij iedereen, sinds Christine Albers in ons eigen blad het volgende vreemde zinnetje in een reportage over de loge heeft gesluisd: ‘Ook op de redacties van De Morgen, Knack en Weekend Knack werken enkele broeders en zusters. Frans Verleyen was, zo kwam na zijn dood aan het licht, een meester.’

Het laatste kan alleen voor niet-lezers van deze rubriek een verrassing zijn. Wij hebben in augustus 1994, in tempore non suspecto, letterlijk geschreven dat Sus het in zijn orde tot opperbouwmeester van het heelal had gebracht. In de logehiërarchie het hoogst bereikbare, nog boven voorzitter van de raad van bestuur van de VRT. Overigens had de werkplaats waar onze directeur ging metselen veel weg van een jeneverstokerij. Dat was om plezier te maken, meer zeggen wij daar niet over. En wie beweert dat een en ander niet te rijmen valt met een gregoriaanse begrafenis, ontkent de historische wortels van de vrijmetselarij.

Onze directeur is hierbij vrijgepleit. Maar nu de anderen. Mag een redacteur van Knack lid zijn van de loge? Daar moeten wij nog geen halve minuut over nadenken: natuurlijk niet. Het minste wat u van een redacteur van een onafhankelijk weekblad mag verwachten, is dat hij onafhankelijk is. Maar leerlingen en gezellen beloven bij hun infantiele inwijdings- en bevorderingsrituelen geheimhouding over het lidmaatschap van anderen en steun aan broeders in nood. Dit betekent dat er redacteurs van Knack zijn, althans volgens Christine Albers, die steun hebben beloofd aan Karel De Gucht en Luc Van den Bossche. En die in hun blad in alle talen zullen zwijgen over geheime vriendschappen, afspraken of complotten die binnen de werkplaatsen worden gesmeed. Dat staat haaks op de plicht om in Knack de waarheid aan het licht te brengen, en dus horen dergelijke lui niet thuis op onze redactie. Punt uit.

Stel je toch voor dat politici in een van die typische Knack-interviews weer eens met de rug tegen de muur zijn gezet, en in nood het signe de détresse maken. Dan zijn hun broeders-redacteurs verplicht om hen te laten ontsnappen. Wat meteen heel wat vreemde passages in de Knack-interviews kan verklaren. Sinds hij met Mireille getrouwd is, maakt Karel De Gucht trouwens opvallend vaak het signe de détresse. Het is meer een tic nerveux geworden.

Wij mogen er ook niet aan denken dat sommige collega’s met een schortje en misschien een masker voor in de tempel hebben geknield voor een met kaarsen verlicht beeld van Johannes de Evangelist. In De kinderen van Hiram vermeldt Dries Van den Abeele hoe een verontwaardigde Duitse markies op zijn inwijding reageerde: ‘Is dat alles? Gij zult mij niet wijsmaken dat dit het gansche Metselaarschap is. Indien dat zo is, zo hebt de goedheit om mij mijne zestig rijksdaalders wederom te geeven. Anders zo zal ik morgen al uwe zotternijen in de Courant laten zetten. Ik zoude waarlijk nooit gedacht hebben dat redelijke lieden diergelijke wisje-wasjes zo ernstelijk konden behandelen.’

Ziezo, daar valt weinig aan toe te voegen. Van den Abeele citeert ook prins Charles-Joseph de Ligne, die de loge bestempelde als ‘ een gevaarlijk en ridicuul genootschap dat uiteenvalt in twee groepen: de bedriegers en de bedrogenen’. Men gelieve prins Charles-Joseph de Ligne niet te verwarren met zijn kleinzoon prins Eugène de Ligne, voorvader en inspirerend voorbeeld van onze chef-Wetstraat Rik van Cauwelaert de Wyels de Ligne. Prins Eugène had eigenlijk op de eerste Belgische troon moeten zitten, in plaats van die farceur van een Saksen Coburg. Dan had het probleem van de troonsopvolging zich vandaag niet gesteld. Het was koning Rik I geweest, en wie het daarmee niet eens was, mocht zich opmaken voor een wandeling naar het schavot. Eugène de Ligne is later nog voorzitter van de Senaat geworden, maar nam ontslag uit onvrede met minister Van Humbeeck.

Die logelieden moeten eruit, uit onze redactie, maar over wie gaat het? Want in het artikel van Albers staat dat er merkwaardig genoeg niet bij. Ze moet het nochtans weten, anders kletst ze maar wat raak. En uitzondering gemaakt voor uw dienaar, die van ‘maar wat raak kletsen’ een stijlvorm heeft gemaakt, hoort ook dat niet voor een redacteur van Knack. In feite verraadt Christine zichzelf, want aangezien het gros van dat logevolk niet openlijk voor zijn geaardheid durft uit te komen kan ze alleen maar weten dát er broeders en zusters op Knack zijn als ze hen zelf in de werkplaatsen heeft gezien.

Dat op WeekendKnack met passer en geodriehoek getekend wordt, daaraan hebben wij nooit getwijfeld. Wie Marc Reynebeau tot de meest sexy man van Vlaanderen uitroept, kan geen andere dan maçonieke beweegredenen hebben. Maar op Knack! De achterdocht en het wantrouwen hebben sinds de bewuste reportage bezit genomen van onze voordien zo harmonieuze redactie. Cheffen die spontaan bij elkaars bureau aanliepen om een praatje te slaan, mijden elkaar nu angstvallig. En staan twee redacteurs te fluisteren, dan denkt een derde meteen dat het over hem gaat. Meestal terecht. Wij eisen dan ook dat dit mysterie wordt opgeklaard. En in Knack zelf, want ook u, als lezer, hebt het recht te weten door wie u bedrogen wordt.

In hetzelfde artikel zegt Els Witte dat logelidmaatschap van geen belang is om benoemd te worden aan de VUB. Om nóg harder te liegen, zul je van ver moeten komen. Rik Van Aerschot, ex-voorzitter van de raad van bestuur, stelt het zo: ‘Je benoemt de beste kandidaat, ook als die van Leuven komt. Maar als er twee kandidaten even sterk zijn en één is van de loge, kies je die. Dat is toch alleen maar menselijk?’

In Aerschot is dat misschien menselijk, waarde man, elders is het alleen oneerlijk. Maar om dát in te zien, moet je aan een vrijere universiteit dan de VUB hebben gestudeerd.

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content