Stampij in de Rubenszaal van het Antwerpse Museum voor Schone Kunsten. Op de Vlaams-Nederlandse studiedag ‘Geld voor Cultuur’ dan nog.

Het Vlaams-Nederlands Huis deBuren organiseerde samen met Boekmanstichting, de Erasmus Universiteit Rotterdam, het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media en het Agentschap Kunsten en Erfgoed een studiedag met als centrale vraag: ‘Waar moet de cultuursector de centen vandaan halen?’ In vier sessies (‘subsidies en markt’, ‘fondsvorming’, ‘cultural governance’ en ‘creatieve industrie’) werden antwoorden geformuleerd op de heikele vraag.

Die antwoorden waaierden alle kanten uit. Een van de opmerkelijkste suggesties kwam van Arjen van Witteloostuijn. Hij verricht samen met Pim van Klink onderzoek naar de economie van podiumkunsten. Een van de onthutsende onderzoeksstellingen is: verlaag de subsidies met 40 procent, want subsidies maken lui.

De hele zaal rukte het hoofd om naar de lege stoel waar minister van Cultuur Joke Schauvliege (CD&V) had moeten zitten. Haar aanwezigheid was door de organisatie aangekondigd, hoewel de minister de organisatie er van meet af aan op had gewezen dat ze wellicht niet present zou zijn omdat de studiedag te vroeg kwam om in haar kaarten te laten kijken.

Lege stoelen antwoorden niet. Dus nam de voorzitter van de Adviescommissie Kunsten van de Vlaamse Gemeenschap, Katia Segers, het woord. Ze gaf te kennen dat er iets voor te zeggen valt – ‘minder subsidie staat voor meer creativiteit’ -, maar benadrukte dat er geen causaal verband kan worden gezocht tussen subsidie en creativiteit. Meer zelfs: subsidie kan vernieuwing in de hand werken. Segers wees erop dat de Vlaamse podiumkunsten sinds de jaren 1980 (niet toevallig de periode waarin het Vlaamse subsidiebeleid danig aangezwengeld werd) artistiek een hoge vlucht nemen en internationale erkenning krijgen.

Schauvliege was er dus niet. Maar het kernwoord dat ze bij haar aantreden als minister lanceerde, een bondgenootschap tussen de overheid en de spelers in de cultuursector, werd zowaar in de praktijk gebracht. De hele dag ventileerden wetenschappelijke onderzoekers, beleidsadviseurs, managers maar evengoed artistieke en zakelijke leiders broederlijk naast elkaar hun visie over hoe geld kan worden gegenereerd voor en uit cultuur.

Het is onzin om subsidies ineens drastisch te verlagen of af te schaffen. Net zoals het van weinig gezond verstand getuigt om een sector te verwennen met gemakkelijk te verkrijgen subsidies. Er moet vooral nagedacht worden over een meer uitgebalanceerd subsidiebeleid. Een actueel cultuurbeleid is – niet alleen in tijden van crisis – gebaat bij een intelligent financieel beleid waarbij de overheid ook sponsorende bedrijven of fondsen bij de zaak betrekt. Dan krijg je een bondgenootschap met dezelfde doelstelling: cultuur mogelijk en noodzakelijk(er) blijven maken in de maatschappij. Daar bestaat zelfs een term en methodiek voor: art economy, zo leerde de slotanalyse van Pascal Gielen. Minister Schauvliege, u bent aan zet.

door Els Van Steenberghe

‘Verlaag de subsidies met 40 procent, want subsidies maken lui.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content