Weinige minuten nadat de Amerikaanse aanval op Afghanistan was gelanceerd, verscheen Osama Bin Laden op televisie.

Al-Jazeera, een tv-station uit Qatar dat actief is in Afghanistan, zond zondagavond een video uit met een rede van topterrorist Osama Bin Laden. Wat viel daarin zoal te vernemen?

‘Behalve Allah is er geen god, en Mohammed is zijn profeet.

Nu is Amerika door God getroffen op een van zijn gevoeligste plaatsen. Zijn grootste gebouwen zijn vernield. En daarvoor dank ik God. Amerika leeft nu in angst, van het zuiden tot het noorden, van het westen tot het oosten. En daarvoor dank ik God.

Wat Amerika nu beleeft, betekent niets in vergelijking met wat wij al jaren ondergaan. Onze gemeenschap ervaart eenzelfde vernedering sinds meer dan tachtig jaar. Onze zonen zijn gedood, ons bloed vergoten, onze heilige plaatsen aangevallen. Niemand hoort ons, niemand staat er bij stil.

Toen God één van de moslimgroepen zegende, een van de speerpunten van de islam, heeft die groep Amerika op de knieën gekregen. Ik bid God dat hij hen verheven heeft en zegent. Terwijl ik spreek, worden miljoenen onschuldige kinderen gedood. Ze worden gedood in Irak, ze hebben niet gezondigd, en wij horen geen enkele veroordeling of een fatwa. Dezer dagen rijden Israëlische tanks Palestina binnen en niemand verheft zijn stem of maakt een gebaar.

Als wij terugslaan, na tachtig jaar, dan daagt het hatelijke masker van de hypocrisie. Er wordt getreurd en geklaagd. Maar moordenaars hebben het bloed, de eer en de heiligdommen van de moslims misbruikt. Het minste wat men over deze mensen kan zeggen, is dat ze slecht zijn. Ze bewandelden de weg van het onrecht. Ze hebben de daders en niet de slachtoffers geëerd, de onderdrukkers en niet het onschuldige kind. Ik bid dat God hen zijn toorn toont en hen het loon geeft dat ze verdienen.

Ik zeg dat de toestand klaar en duidelijk is. Na het resultaat dat we hebben bereikt en nadat de regering in Amerika gesproken heeft, te beginnen met Bush, de wereldwijde leider van de ongelovigen, zijn hij en zijn medestanders met de macht van hun legers binnengevallen en hebben ze zelfs landen die de islam belijden tot verraad gebracht. Ze keren God de rug toe om de islam te bekampen en mensen in naam van het terrorisme te onderdrukken.

Toen honderdduizenden mensen, jonge en oude, aan de andere kant van de wereld, in Japan, werden gedood, was dat geen oorlogsmisdaad, maar gerechtvaardigd. De miljoenen getroffen kinderen in Irak, heten ook gerechtvaardigd. Maar als zij enkele tientallen mensen in Nairobi en Dar-es-Salaam verliezen, dan vallen ze Irak aan, dan vallen ze Afghanistan aan. De hypocrisie staat in al haar hevigheid achter de wereldwijde leider van de ongelovigen, achter de lafaards van dit tijdperk: te weten Amerika en al haar bondgenoten.

Onze prestatie heeft de wereld in twee kampen verdeeld. Het kamp van de gelovigen en dat van de ongelovigen. Elke moslim moet zich nu inzetten om zijn godsdienst te laten zegevieren. Er steekt nu een storm van het geloof op. De storm van de verandering komt eraan en zal de onderdrukking van het rijk van Mohammed wegvegen. Tegen Amerika en het Amerikaanse volk wil ik maar weinig zeggen. Ik zweer bij God, die de hemel zonder zuilen heeft geschapen, dat noch Amerika, noch de mensen die daar leven zelfs maar van veiligheid kunnen dromen voor wij diezelfde veiligheid in Palestina beleven. En voor alle ongelovige legers het land van Mohammed hebben verlaten.

God is groot, moge de islam zijn trots herwinnen. De vrede en de genade van God zij met u.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content