Dertig jaar geleden, in mei ’68, verspeelde een lichting oproerige studenten elke kans om de revolutie te maken die ze verkondigden. Het blijft een beroerde episode om op terug te kijken. De generatie die toen aantrad en de oude garde ongalant aan de dijk zette, ruimt nu stilaan de plaats, geruislozer dan ze het de vorige toestond. Van de strijd die ze aankondigde, is niets in huis gekomen. In de plaats van de “verbeelding” aan de macht te brengen, hielden de nieuwlichters de oude patronen van de macht in stand en haalden ze er het profijt uit dat er voor hen inzat.

Het fiasco van “mei ’68” was niet een gevolg van de overmacht van conservatieve krachten die zich tegen de vernieuwing verzetten, maar vond zijn oorsprong in het onvermogen van de rebellen zelf om hun eigen opstand ernstig te nemen. De verwende schoolkinderen die op barricades kropen, waren niet uit het hout gesneden waaruit men revolutionairen maakt.

Dertig jaar geleden was ik student, tweede kandidatuur scheikunde aan de pas opgerichte Antwerpse universiteit. Het was een ongeregelde tijd, met stakingen, wilde fuiven, ruiger wordende popmuziek, Mao-affiches in de cafetaria, en pamfletten over seks en drugs voor wie het anders niet begreep. De wind die al die anarchie tot in Antwerpen voerde, kwam uit Parijs en Californië. In de Franse hoofdstad brachten barricades de oude, granieten De Gaulle aan het wankelen, en dat werkte aanstekelijk genoeg om ook hier af en toe een versperring op te werpen en een professor de toegang tot de gebouwen te ontzeggen. Al wie zich in zekerder tijden een gezag had aangemeten, moest voelen dat hij zich daarover geen illusies meer diende te maken. Uit San Francisco waaide ondertussen de flower power over met zijn roes van LSD en good vibrations, die de oude taboes de wereld uit moest helpen. Hippies stichtten communes, experimenteerden met oosterse mystiek en absorbeerden hun bewustzijnsverruimende middelen. Wèg met het paternalistische gezag, wèg met de consumptiemaatschappij, wèg met de fascistoïde kapitalisten, weg met alle gevestigde machten, leve de vrijheid, leve het ongehinderde leven.

DE REBELLEN HANDELDEN ZONDER ZIN VOOR CONSEQUENTIE

De golf van contestatie verspreidde zich als een epidemie over de campussen, maar stak niet alle studenten aan. De schuchteren, altijd talrijker dan ze lijken, hielden zich gedeisd. Te midden van het alternatieve tumult voelde ik, als timide adolescent met mijn eigen pas gevonden zekerheden, hoofdzakelijk afkeer voor het gedoe. Niet het non-conformisme riep weerzin op, niet de idee om een maatschappelijke orde omver te stoten, wel de vaststelling dat het de oproerkraaiers met al hun branie aan elke zin voor consequent handelen ontbrak.

Terwijl de contesterende studenten elke autoriteit beweerden te verwerpen en geen ander gezag erkenden dan dat van hun eigen vluchtige denkbeelden (de “verbeelding”), dweepten zij met een maoïstische ideologie die elders op de wereld de meest autoritaire maatschappij-inrichting had voortgebracht. Dat de vrijheden waarvoor deze ijveraars pretendeerden op te komen, geen schijn van kans zouden maken onder het regime van hun voorkeur, ontging hen of bekommerde hen niet. Evenmin bracht het hen van hun stuk dat ze uit het veelgeprezen China of Albanië weinig blijken van waardering mochten opvangen.

Schrijnender nog was de tegenstelling tussen de kritiek op de consumptiemaatschappij en de gretigheid waarmee de critici zelf aan het consumeren sloegen. Nooit heeft een generatie op zo’n schaal genotsartikelen tot zich genomen, de groei van het verbruik gestimuleerd, brandstof vermorst en het milieu vervuild, als deze jongeren die op de barricaden stonden om de consumptiemaatschappij aan te klagen. Om aan hun onverzadigbare honger naar kicks te voldoen, volstonden de oude genotsmiddelen niet en vulden ze het aanbod aan met hun eigen drugs en pepmiddelen. Voor soberheid hadden ze geen belangstelling – op individuele uitzonderingen na -; ook niet om daarmee de druk op de bedreigde natuur te verlichten, hetgeen ze verkondigden te willen doen. In al hun discussies en praatrondes namen ze het op vóór de natuur en tegen de industrie, vóór anarchie en tegen de gevestigde orde, maar ondertussen deden ze zich te goed aan de producten van de industrie, en vergaarden ze hun diploma’s voor alle zekerheid.

Hier was geen sprake van een revolutie. Hier was een happening aan de gang, een groot en geweldig jeugdspel, opgevoerd met wat rabiate campagnes en naïeve stunts maar verder zonder veel gevolgen. Iedereen betoogde, niemand bekommerde zich om de verkondigde theorieën in werkelijkheid om te zetten, of zelfs maar om samenhangende idealen te formuleren. Choquerend was niet dat hypocriete structuren zouden worden afgebroken, maar dat het niet in de bedoeling bleek te liggen iets terecht te brengen van de aangekondigde opstand. Indien de traditionele samenleving al hypocriet was, wierp ze met deze generatie relschoppers haar meest kenmerkende product af.

ALLEEN GEINTERESSEERD IN COMFORT EN CONSUMPTIE

Wat kon van deze “revolutionairen” verwacht worden? Zij zijn nooit in een revolutie geïnteresseerd geweest, alleen in comfort en consumptie. Dat aan dit dolle optreden nadien zoveel betekenis werd gehecht, dat “mei ’68” ook nu nog een begrip is, alsof toen geschiedenis werd geschreven, is slechts te verklaren doordat het de herrieschoppers van toen zijn die de controle verwierven over de media die daarna bepaalden wat belangrijk geacht moet worden.

Want wat moest gebeuren, is gebeurd. De belagers van de macht hebben zelf hun machtsposities ingenomen. Eenmaal gediplomeerd, werden ze de bedrijfsdirecteurs, hoofdredacteurs, juristen, professoren en bestuurders die hun zaken in handen namen. Binnen de maatschappelijke orde die ze beweerden te verwerpen maar nooit hebben aangevallen, bouwden ze hun imperia uit en incasseerden ze de opbrengsten. Dertig jaar hebben ze met een nooit gekende obsessie geproduceerd en geconsumeerd. Ze zijn niet verantwoordelijk voor de mislukking van een revolutie. Ze zijn nooit aan een revolutie begonnen.

Die kan er pas komen wanneer “mei ’68” vergeten zal zijn.

DOOR GERARD BODIFEE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content