De Kempen kennen een lange traditie als het gaat om instellingen die maatschappelijk moeilijk liggen. Gevangenissen, gekkenhuizen, landloperskolonies, en zo ook het Studie Centrum voor Kernenergie in Mol. Dat wil de regio opstuwen in de wereld van het nucleaire onderzoek. Groen! verzet zich.

Terwijl minister van Energie Paul Magnette (PS) de oudste drie kernreactoren nog tien jaar wil openhouden bij gebrek aan alternatieve energie, ziet men in de Kempen nog volop toekomst in nieuw nucleair onderzoek. Voor de honderden miljoenen die daarvoor nodig zijn, hebben twee organisaties de handen in elkaar geslagen: het Studie Centrum voor Kernenergie (SCK-CEN) en de Strategische Projectenorganisatie Kempen (SPK). Samen pleiten ze ervoor om Myrrha voort te zetten. Myrrha is een onderzoeksproject dat eind jaren negentig begon met de ontwikkeling van een nieuwe nucleaire reactor. Een onderzoeksreactor, welteverstaan, waardoor dit project buiten de wet op de kernuitstap van 2003 valt, en dus ook buiten de discussie over het langer openhouden van de Belgische kerncentrales. ‘De vraag “kernenergie of niet” is een politiek debat, en daar komen wij niet in tussenbeide’, zegt Hamid Aït Abderrahim, kernfysicus van het SCK-CEN en onderzoeksleider van Myrrha.

Myrrha moet een van de bestaande reactoren op de terreinen van het SCK in Mol, de Belgium Reactor 2, vervangen. De BR2, in gebruik genomen in 1963, staat vooral bekend om de productie van radio-isotopen, die wereldwijd worden gebruikt voor de diag-nose van kanker. Ook worden er sili-ciumelementen bestraald, die worden gebruikt voor de elektronica in zonnepanelen, windmolens en hybride auto’s zoals de Toyota Prius. Met de BR2 wordt ook onderzoek gedaan naar de veiligheid van onze kerncentrales.

Vierde generatie

Het Myrrhaproject moet die functies overnemen, maar reikt verder. Het verschil tussen Myrrha en een ’traditionele reactor’ is dat dit type niet zelfstandig een kettingreactie op gang kan houden – een eigenschap die de huidige reactoren wel hebben, en waardoor ze ook een veel groter veiligheidsrisico vormen. De koeling, die bij traditionele reactoren gebeurt met water onder druk, gebeurt bij Myrrha met een vloeibare loodlegering, een techniek die wordt onderzocht voor gebruik in kerncentrales van de vierde generatie. De Belgische kerncentrales zijn nog van de tweede generatie; de kerncentrales die momenteel gebouwd worden, zoals in Frankrijk, zijn van de derde generatie. Kernreactoren van de vierde generatie zouden ook kunnen worden ingezet voor het hergebruik en de vernietiging van kernafval uit kerncentrales van oudere generaties, en zijn veel efficiënter qua gebruik van nucleaire brandstoffen.

Abderrahim: ‘Er wordt naar deMyrrha verwezen als een kernreactor van de vierde generatie, maar dat is niet zo. Wel gebruiken we technieken die ook in vierdegeneratiereactoren gebruikt zullen worden, en zo draagt Myrrha wel bij tot de ontwikkeling van die reactoren. Een belangrijk doel is ook het onderzoek naar de verwerking van bestaand nucleair afval door de stralingsduur ervan te verminderen.’

Ook laat het Myrrhaproject toe materiaalonderzoek te doen voor de ontwikkeling van kernfusie. Kernfusie is het tegenovergestelde van kernsplitsing, de techniek waarmee al onze kerncentrales werken. Het is de energiebron van de zon en andere sterren, en zou – als ze op aarde kan worden toegepast – een welhaast onuitputtelijke bron van energie kunnen zijn. Maar omdat de temperaturen waaronder kernfusie plaatsvindt zo hoog zijn, zijn er materialen en processen nodig die die temperaturen kunnen verdragen. Kernfusie wordt weleens de heilige graal van onze energievoorziening genoemd, maar de opwekking van op grotere schaal bruikbare energie wordt pas na 2050 verwacht.

‘Myrrha kan bijdragen tot het onderzoek naar kernfusie, maar zover zijn we nog niet’, aldus Abderrahim. ‘Het valt wel binnen de toelating die het SCK in 2006 kreeg om onderzoek te doen naar innoverende systemen die kernfusie verder kunnen ondersteunen, naar andere manieren om energie op te wekken.’

960 miljoen euro

‘In januari 2010 beschikken wij via het Guinevere-project over een aangepaste nulvermogenreactor, een voorloper van de uiteindelijke Myrrhareactor, die een vermogen zal hebben van 80 megawatt. Tot nu toe hebben we het project met eigen, en sinds 2005 ook met Europese middelen kunnen financieren, maar om de experimenten uit te voeren voor de bouw van de echte reactor, die in 2014 zou moeten beginnen, is er meer geld nodig. Anders blijven we met vraagtekens zitten of onze experimenten ooit ergens toe zullen dienen.’

Het gaat in deze economisch zware tijden om een investering van 960 miljoen euro tot 2020. Het SCK vraagt van de federale overheid 40 procent van dat bedrag, wat neerkomt op 32 miljoen euro per jaar. Het SCK heeft in Bart Wuyts, directeur van de Strategische Projectenorganisatie Kempen, een medestander gevonden die het project niet alleen wetenschappelijk kan verantwoorden, maar ook de in het verleden wat verwaarloosde sociaaleconomische component gewicht moet geven.

‘We zijn er in de Kempen altijd in geslaagd nadelen in ons voordeel om te buigen’, zegt Wuyts. ‘De Kempen worden als industriële regio hard getroffen door de crisis. Het is niet erg als je veel bedrijven hebt die in de productie zitten, want dat is nog altijd de basis van de economie. Maar je moet er dan wel voor zorgen dat die bedrijven kennisintensief werken, en dat de innovatieve kracht zo groot is dat men een crisis kan overleven. Daarom willen we een economisch ecosysteem uitbouwen dat sterker is dan vandaag.’

In dat systeem speelt het SCK in de visie van Wuyts een centrale rol. Het centrum in Mol heeft daarom in samenwerking met de SPK becijferd dat het project goed is voor 250 à 300 arbeidsplaatsen in het project zelf gedurende veertig jaar – de levensduur van Myrrha. Iedere arbeidsplaats op het SCK zou twee à drie arbeidsplaatsen in de regio opleveren, wat neer zou komen op 500 à 900 banen. Wanneer Myrrha volledig operationeel is, in 2020, moet Myrrha werk bieden aan 2000 mensen, van wie twee derde in de Kempen.

‘Kernenergie is verleden tijd’

Van de grote Europese onderzoeksprojecten, 68 in totaal, is Myrrha het enige Belgische project. Aït Abderrahim verdedigt ‘zijn’ Myrrha dan ook met vuur. Hij heeft weinig op met de bezwaren tegen hetMyrrhaproject. Zo gewaagt Groen!-parlementslid Tinne Van der Straeten van ‘een nucleaire renaissance’ omdat er doorMyrrha nieuwe investeringen zouden worden gedaan in de nucleaire sector. Bovendien hekelt ze de timing. Van der Straeten: ‘Ik vind het nogal wat, in een tijd dat er een tekort van 25 miljard euro is honderden miljoenen euro’s vragen. Een paar jaar geleden ging het nog om 400 miljoen euro, later 700 miljoen, en nu gaat het al naar het miljard. De kosten rijzen de pan uit, zonder dat er duidelijk zicht is op het resultaat. Men schermt dan wel met de vervanging van de BR2, maar om radio-isotopen te produceren heeft men geen reactor van 80 megawatt nodig. Dat er onderzoek wordt gedaan naar de verwerking van nucleair afval en de verkorting van de stralingsduur, prima, maar daar hebben we toch het NIRAS (Nationale Instelling voor Radioactief Afval en verrijkte Splijtstoffen) voor?’

Van der Straeten beschouwt investeren in Myrrha als geld stoppen in een voorbijgestreefde technologie. ‘Kernenergie is iets van het verleden. Ik begrijp dat het voor de Kempen van groot belang is werkgelegenheid te creëren, maar waarom richt men zich dan niet naar investeringen in duurzame energie? Ik kom zelf uit de wetenschappelijke wereld en ik weet: wanneer je het lef hebt om te investeren in innovatieve research, complexe materie, die bovendien in een taboesfeer zit, dan komen daar een hoop dingen uit die we vandaag nog niet kunnen omschrijven. Maar het is lastig om dat te verdedigen in de politieke wereld.’

‘De Kempen zijn een groene plattelandsregio, maar we willen onze economie kennisintensiever maken. Voor ons past dit project helemaal in de duurzame ontwikkeling. Niet omdat je daar een vierde reactorgeneratie aan het ontwikkelen bent – dat is maar een klein onderdeel van Myrrha -, maar vooral vanwege het onderzoek naar de verwerking van het hoognucleaire afval dat we de afgelopen veertig jaar hebben geproduceerd. Daar willen we geen duizenden generaties mee belasten. We moeten onderzoek doen zodat we er nog maar drie generaties mee zitten.’

Minister Magnette wacht op een studie van Europese experts van de OESO naar het Myrrhaproject, die op 15 oktober afgerond wordt. Vermoedelijk zal hij eind oktober beslissen of de miljoenen naar SCK, en dus ook naar de Kempen zullen gaan.

DOOR BART WILLEMS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content