‘Angst bij zwangerschap beïnvloedt de hersenen van het nageslacht’, meldden onderzoekers van de K.U.Leuven onlangs. Aanstaande moeders krijgen van minder een paniekaanval.

Al meer dan twintig jaar vullen zwangere vrouwen vragenlijsten in over de mate waarin ze nerveus, angstig of gestrest zijn. Professor in de psychologie Bea Van den Bergh (K.U.Leuven) volgde hun kinderen op en stelde vast dat het kroost van angstige moeders zelf ook onrustig is. Maarten Mennes, een van haar studenten, verdedigde onlangs een doctoraal over het onderwerp. ‘Mijn onderzoek ging vooral over de effecten van stress tijdens de zwangerschap op de cognitieve ontwikkeling van kinderen’, verduidelijkt de kersverse doctor in de psychologie. ‘Ik heb de kinderen van die moeders onderzocht toen ze veertien, zeventien en twintig jaar oud waren. De voornaamste conclusie van het onderzoek is dat angst, vooral tijdens het eerste trimester van de zwangerschap, een invloed heeft op bepaalde specifieke hersenfuncties, meer bepaald als zo’n kind later zelf bepaalde strategieën moet bedenken om een taak tot een goed einde te brengen. Deze kinderen zijn sneller afgeleid, waardoor ze minder goed presteerden op de tests die we deden.’

Een verklaring voor het fenomeen is er nog niet. Aangenomen wordt dat bepaalde stresshormonen, zoals cortisol, de ontwikkeling van de foetale hersenen beïnvloeden. Iedereen, ook een zwangere vrouw, maakt cortisol aan in stress- en angstsituaties. Cortisol wordt echter grotendeels door een enzyme in de moederkoek (placenta) afgebroken tot het ongevaarlijke cortison. Maar mogelijk is het restje dat toch de navelstreng bereikt voldoende om de hersenen te beïnvloeden.

Een andere hypothese is dat de werking van bepaalde genen die coderen voor de ontwikkeling van de hersenen verstoord wordt of dat stress en angst bepaalde genen in werking stellen die de ontwikkeling hinderen. Maarten Mennes: ‘Wij focussen in ons onderzoek op cognitieve functies. Alles dus wat met nadenken te maken heeft, zoals aandacht, werkgeheugen en planning. Die functies worden gesitueerd in de prefrontale cortex van onze hersenen, die zich achter het voorhoofdsbeen bevindt. Onze hypothese is dat de ontwikkeling van bepaalde zones in die prefrontale cortex verstoord of vertraagd wordt bij angstige moeders, waardoor hun kinderen geboren worden met een kleine ontwikkelingsachterstand.’

IMPULSCONTROLE

Kinderen van angstige moeders zouden het vooral lastig hebben met de endogene controle van hun impulsen. Endogene controle zorgt ervoor dat we bijvoorbeeld een boek kunnen lezen voor de televisie, dat we ons doelgericht op iets kunnen concentreren, en ook dat we twee dingen tegelijk kunnen doen, dat we onze aandacht evenredig kunnen verdelen over twee taken om zodoende optimaal te presteren. Kinderen van angstige moeders hebben het daar moeilijker mee dan andere.

Andere onderzoeksgroepen spitsten zich toe op het gedrag en de emoties en ontdekten onder meer dat kinderen van angstige moeders meer ADHD-symptomen hebben, dat ze bijvoorbeeld minder goed kunnen stilzitten en minder goed kunnen opletten, wat aansluit bij de aandacht- en concentratieproblemen.

Mennes vond ook dat meisjes van moeders die veel angst rapporteerden meer depressieve symptomen vertonen, meer emotionele moeilijkheden hebben.

‘Ik wil wel onderstrepen dat geen enkele studie echt zware effecten aantoont en dat geen enkel kind werd aangetroffen met een ernstige angststoornis of depressie. Wel worden symptomen gevonden die daarbij aansluiten, maar nooit heel ernstig’

Moeders hebben vaak ook na de geboorte meer last van stress. Speelt ook dat de ontwikkeling van hun kind parten? Maarten Mennes: ‘Stress na de geboorte heeft inderdaad een effect. Zo concluderen enkele studies dat de gevolgen van stress tijdens de zwangerschap minder ingrijpend zijn als de kinderen achteraf in een warme en stimulerende omgeving terechtkomen.’

Zwangere vrouwen moeten niet panikeren door de resultaten van het onderzoek. ‘Als vrouwen het gewoon wat kalmer aandoen tijdens hun zwangerschap en met alle nodige zorgen omringd worden, hoeven ze zich geen zorgen te maken. Krijg je toch nog met stress of angst af te rekenen, dan kunnen relaxatieoefeningen zeker geen kwaad. Medicatie is uiteraard minder aangewezen, want die kan ook weer de baby schaden.’

DOOR TIM VERNIMMEN

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content