‘Achter ’t eten’ is alweer de vierde vrucht uit de relatie van Eric De Volder (Toneelgroep Ceremonia) en Dick van der Harst (Het muziek Lod). Zo dichtbij, en toch weer anders.

‘Achter ’t eten’ van Toneelgroep Ceremonia, Het muziek Lod en Theater Zuidpool gaat in première op 28/5 in de Minard, Gent, en is er te zien tot en met 7 juni. Heropvoering volgend seizoen. Reserveren via Vooruit: tel. 09 267 28 28. www.vooruit.be Info: www.hetmuzieklod.be

Eric De Volders nieuwe affichebeeld, in aardse Permekekleuren, toont twee slanke vrouwenarmen die iets weg hebben van ranke boomstammen. Het schilderij vat mooi samen waar het in Achter ’t eten over gaat: een soort verdriet van een stukje Vlaanderen, het zeer van twee sterke vrouwen.

Ineke Nijssen, trouwe De Volder-actrice, en Marijke Pinoy (Theater Zuidpool) spelen een ‘quasimoedervrouwe’ en haar ’toegestoken dochterskind’, plus een handvol andere dorpsfiguren. De relatie tussen de vrouwen is verstoord, hun pijn en bijna waanzin wint het van liefde, geborgenheid en échte communicatie. Als de pijn te groot wordt, worden woorden klanken, en uiteindelijk gezangen en muziek. En daar kruisen De Volder en Van der Harst elkaar. Was deze nieuwe samenwerking een vanzelfsprekendheid, of een gevecht?

Dick van der Harst: ‘In de loop der jaren word je een stuk rustiger, maar het is toch telkens weer alles of niks, en dus ook wat vechten. Achteraf weet je soms niet goed meer hoe iets echt tot stand kwam. Eens een idee er is, gaat het wel allemaal vrij snel. We wisten vooraf dat het dit keer iets kleins zou worden, met twee of drie actrices. Elk stuk uit onze reeks heeft ook een eigen opzet qua mengvorm tussen theater en muziek. Bij Diep in het bos vertrok ik echt met zeven zingende dames. Dat moet je dan niet nog een keer doen. Die zangeressen hadden ook een universeler kantje. Zwarte vogels was een combinatie van professionele muzikanten en acteurs. Nu hebben we twee actrices die zingen, terwijl de tekst en hun emotionaliteit doorlopen, zoals in een opera. Ze zingen meer vanuit hun personage, vanuit een ‘ik’. Ik noem het veeleer ‘voordragen’. Mijn aandeel is bijgevolg kleiner: er zijn geen bijkomende muzikanten, en maar acht liederen. Toch is de betrokkenheid groot: we hebben elke ochtend zangrepetitie, en doordat de liederen speciaal voor hen zijn geschreven, groeien de actrices en hun stemmen naar elkaar toe.’

Vergeleken bij ‘Diep in het bos’ en ‘Zwarte vogels’ lijkt ‘Achter ’t eten’ minder breed maatschappelijk en meer ‘huiskamerdramatisch’.

DICK VAN DER HARST: Zwarte vogels vertrok inderdaad vanuit de boerenproblematiek, maar als je daar heel lang naar kijkt, gaat het in hoofdzaak ook over een familie: hoe gaan die mensen met elkaar om, in die situatie? Ook in Achter ’t eten zie je pas naarmate het stuk vordert, waarom die vrouwen ze niet meer allemaal op een rij hebben. Het stuk evoceert en kritiseert een soort dorpsachtige sfeer uit de jaren ’50 en ’60, met situaties, vetes, typisch katholieke processies en vereringen, en dingen die iedereen weet, maar waar niemand over spreekt. Horen, zien en zwijgen.

In tegenstelling tot hun personages hebben De Volder en Van der Harst wel een goeie band. Op welke gelijkenissen en verschilpunten steunt die?

VAN DER HARST: Moeilijke vraag. Eric en ik delen vast een soort kwajongensachtigheid. Die ‘deugnieterij’ zit in onze stukken: als het even kan, zullen we er wel op trappen. In de details verschilt die deugnieterij dan weer. Verder hebben we allebei een enorme voorliefde voor alles wat authentiek en volks is. Van 1-mei-optochten tot fanfares. Eric is heel muzikaal, maar leunt aan bij de volksmuziek. Ik kom meer uit de klassieke hoek. Dat versterkt elkaar.

De Volder schrijft een ‘moedertekst’, laat die lezen aan Van der Harst. Die haalt er twee lijntjes uit, schrijft wat muziek, een lied. Op die muziek maakt De Volder dan weer een andere tekst. Of: vanuit Erics tekst wordt op de werkvloer geïmproviseerd, en groeien de personages. Zo ontstaat het ongeveer allemaal.

VAN DER HARST: De kracht van Erics werk schuilt in de manier waarop hij het voorbereidt. Dat merk je misschien niet zo als buitenstaander. Hij vertrekt met bijna niks, of met een tekst die dan later eventueel helemaal verdwijnt. Met kleine dingen weet hij een sfeer te scheppen, en zo drukt hij een stempel op zijn acteurs – die hij meestal goed kent. Met niks creëert Eric uiteindelijk een heel universum, waarbij je als toeschouwer naar mijn gevoel toch niet wordt gedwongen. Je kunt op je eigen tempo die wereld induiken. Daardoor blijft het langer hangen dan wanneer je het zo over je heen krijgt.

Annelies De Waele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content