Kinderen met zorgnoden belanden van ene zorgplek in andere

(Belga) Het Vlaamse zorgaanbod schiet nog vaak tekort. Kinderen en jongeren die nood hebben aan specifieke hulp, worden heen en weer geslingerd van de ene zorgplek naar de andere. Dat blijkt uit het jaarverslag van het Vlaams Kinderrechtencommissariaat. “De rechten van het kind worden nog te vaak over het hoofd gezien”, zegt kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen.

Uit de klachten die het commissariaat binnenkrijgt, blijkt dat de Vlaamse jeugdzorg nog te veel hiaten vertoont. Kinderen en jongeren met specfieke zorgnoden, soms in combinatie met gedragsproblemen, krijgen moeilijk of geen toegang tot het hulpaanbod. “Ze komen terecht in een carroussel en worden heen en weer geslingerd van de ene zorgplek naar de andere. Of ze belanden in een gesloten gemeenschapsinstelling, of ze belanden weer thuis. En daar geven de ouders aan dat ze radeloos zijn omdat ze de specifieke zorg niet kunnen bieden”, aldus Vanobbergen. Vanobbergen benadrukt dat sommige kinderen niet passen in het bestaande aanbod. Hij stelt zich ook vragen bij de wachtlijsten. “Hoe ernstig kunnen we de wachtlijsten nog nemen als we merken dat veel kinderen niet op hun plaats zitten? Is dat geen vicieuze cirkel?” Voorts stelt het Kinderrechtencommissariaat vast dat jongeren binnen de Europese Unie van het ene land naar het andere trekken. “Kinderen uit EU-landen zijn soms op de vlucht en ‘niet-begeleid’, net zoals minderjarigen uit niet-lidstaten. Alleen hebben de minderjarigen uit EU-landen geen recht op een voogd. De praktijk laat zien dat er niemand is die deze minderjarigen volgt en steunt in hun traject en verblijf in België”, zegt Vanobbergen. Hij vraagt daarom dat ook niet-begeleide minderjarigen uit de EU recht hebben op een voogd. (JDE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content