De diversiteit aan virussen op aarde is ongetwijfeld groter dan de klassieke biodiversiteit.
Virussen zijn geweldig belangrijk in het leven op aarde. Ze kunnen zware ziektes veroorzaken, maar ze kunnen ook oplossingen bieden. Ze worden bijvoorbeeld gebruikt om bijgewerkte genen naar cruciale plekken in het menselijk lichaam te transfereren, om er fouten weg te werken.
Wetenschappers zijn ervan overtuigd dat er miljoenen meer virussen op de aarde leven dan er sterren in het heelal zijn. Daarom is het bizar dat er, volgens virologen als Piet Maes van de KU Leuven in Nature, nog geen vijfduizend virussoorten beschreven zijn, hoewel er waarschijnlijk miljarden zijn.
Om daar verandering in te brengen, is begin dit jaar het International Committee on Taxonomy of Viruses opgericht. Dat comité wil niets minder dan de hele ‘virosfeer’ in kaart brengen. De ‘virodiversiteit’ op aarde is groter dan wat wij als de klassieke biodiversiteit beschouwen. Hoe kleiner het leven op aarde, hoe talrijker het is, en hoe meer het onderverdeeld is in soorten met een eigen levenswijze. In het geval van virussen impliceert dat meestal ook verschillende gastheren – ze hebben het genetische voortplantingssysteem van andere soorten nodig om zichzelf te vermenigvuldigen.
Hoe moeilijk de strijd tegen virussen kan zijn, blijkt uit een bijdrage in Nature van biologe Lieselotte Cnops van het Instituut voor Tropische Geneeskunde. Samen met een aantal collega’s doet ze haar beklag over de beperkte beschikbaarheid van tests tegen het dodelijke ebolavirus. Zolang er geen grote uitbraken zijn, is het voor farmaceutische bedrijven niet rendabel om in de productie van tests te investeren.
