‘Het prikkelbaredarmsyndroom: het kneusje van de darmziekten’

Voor de Universiteit Van Vlaanderen staat gastro-enteroloog Heiko De Schepper stil bij de meest voorkomende darmaandoening ter wereld, die nog altijd relatief onbekend is.

Wanneer ik willekeurige voorbijgangers op straat op veilige afstand vraag een darmziekte te noemen, is de kans groot dat darmkanker of de ziekte van Crohn wordt genoemd. Maar de meest voorkomende darmaandoening ter wereld is veel minder bekend, ook al is het de ziekte die wij als gastro-enteroloog op dagelijkse basis het vaakst zullen vaststellen: het prikkelbaredarmsyndroom (PDS), vroeger ook wel “spastisch colon” genoemd (een vreselijke en negatieve omschrijving die ik liefst uit het vakjargon zie verdwijnen).

PDS komt voor bij 8-10% van de bevolking, kan op eender welke leeftijd ontstaan en leidt soms tot invaliderende klachten. Waarom is deze aandoening desondanks onbekend en spijtig genoeg ook onbemind? Onterecht heeft PDS het imago een weinig opwindende ziekte te zijn, waar weinig aan te doen valt met frustratie bij arts én patiënt als gevolg.

Het prikkelbaredarmsyndroom: het kneusje van de darmziekten.

PDS wordt gekenmerkt door opstoten van buikpijn en veranderingen in het stoelgangspatroon. Dit laatste kan zowel diarree betekenen als constipatie, of een afwisseling van beide. PDS is een typische functionele darmaandoening, waarbij er herkenbare klachten voorkomen, maar de onderzoeken die we doen als gastro-enteroloog in regel normaal zijn: geen ontsteking, geen zweren, geen tumoren,… . Dit impliceert dat we voor de diagnose aangewezen zijn op de symptomen van de patiënt, en niet op resultaten van testen. Een flink eind buiten de comfort zone van de moderne, technisch gedreven geneeskunde dus. Functionele darmaandoeningen vormen om die reden een frustrerende en weinig populaire bezigheid voor veel collega’s, temeer omdat met name PDS erg moeilijk te behandelen is, en het therapeutisch arsenaal eerder beperkt.

Toch is er de laatste 10-15 jaar een toenemende interesse in deze mysterieuze ziekte binnen de wetenschappelijke wereld, en beginnen we stilaan de ontstaansmechanismen van PDS en andere functionele darmaandoeningen te begrijpen. Het concept dat als ruggengraat van deze kennis fungeert, is de “brain-gut-microbiome” as (of “brein-darm-. Dit is de continue stroom van informatie tussen de bacteriën die in de darm resideren, de darmwand zelf en de hersenen. De bi-directionele communicatiestroom over deze as zorgt er voor dat ons lichaam in balans blijft en draagt bij tot psychologisch evenwicht en welbehagen. De brain-gut schakel van deze as ondervinden we allemaal in het dagelijkse leven. Denk maar aan de knoop in je maag als je voor publiek moet spreken, of de vlinders in je buik als je een acute verliefdheid ervaart. Signalen tussen beide stations verlopen over zenuwbanen en via de bloedbaan onder vorm van hormonen.

Maar ook het microbioom lijkt een belangrijke rol te spelen in de interactie tussen darm en brein. Een onevenwichtig microbioom lijkt immers voor te beschikken tot een aantal psychologische problemen (stress) en zelfs tot psychiatrische aandoeningen (angststoornis en depressie). Omgekeerd zorgt psychologische stress of angst voor veranderingen ter hoogte van de darmwand, die meer doorlaatbaar of lekker wordt, en voor veranderingen in de samenstelling van het microbioom, die minder divers en armer wordt. De bacteriën zijn dus minder gunstig samengesteld, en zullen makkelijker interageren met hun gastheer en diens brain-gut as.

Als de brain-gut-microbiome as chronisch verstoord raakt ter hoogte van 1 van de schakelpunten heeft dit blijvende gevolgen voor de andere stations en kan dit resulteren in ziekte. Ter illustratie van dit fenomeen weten we dat PDS patiënten vaker angstig of depressief zijn dan gezonde personen, en kan een traumatische levensgebeurtenis het syndroom uitlokken. Op niveau “gut” bevat de darmwand van PDS patiënten meer en abnormaal functionerende ontstekingscellen en is deze ook lekker dan bij gezonde personen, waardoor prikkels vanuit de darminhoud makkelijker kunnen doordringen in de darmwand en zelfs tot in de bloedbaan met klachten tot gevolg. We weten ook dat de ziekte kan ontstaan na het ondergaan van een ernstige darminfectie. Tenslotte is het microbioom van PDS patiënten anders van samenstelling en functionaliteit. Een volledige dysfunctie van de as dus.

Exponentieel toenemend inzicht over deze mechanismen heeft de laatste jaren geleid tot het ontwikkelen van nieuwe en meer gerichte behandelingsstrategieën voor PDS. We kunnen het niveau “brain” bijsturen met antidepressiva die inwerken op pijnperceptie, of met cognitieve gedragstherapie. Zelfs hypnosetherapie kan hier zinvol zijn. Op “gut” niveau beschikken we over specifieke spierontspanners en pijnstillers. Ook het microbioom kan in toenemende mate gemanipuleerd worden door probiotica of in de toekomst zelfs stoelgangstransplantatie. We kunnen ook de afvalstoffen van het bacteriële metabolisme bijsturen met behulp van specifieke diëten. Een heel palet aan behandelingsmogelijkheden dus, dat zowel medicamenteuze behandelingen als levensstijlaanpassingen bevat. Op dit moment is het nog steeds moeilijk om vroeg in het verhaal de meest geschikte therapie voor een specifieke PDS patiënt te selecteren, of om te bepalen welk niveau van de as het meest vatbaar is voor behandeling. De zoektocht naar biomerkers die ons hierin kunnen gidsen is dan ook volop gaande, ook binnen onze onderzoekseenheid.

Het zijn opwindende tijden voor de functionele darmaandoeningen, en de toekomst ziet er veelbelovend uit. Nu enkel onze collega artsen, onze patiënten en het RIZIV er nog van overtuigen dat hersenen beter functioneren als de darm goed verzorgd en gesubsidieerd wordt. De drol is immers de enige echte spiegel van de ziel.

Professor Heiko De Schepper werkt op de dienst Gastro-enterologie & Hepatologie van het U.Z. Antwerpen.

Partner Content