Sarah Claerhout

Genderevenwicht UGent: ‘Wat als twee vrouwen de beste en meest bekwame kandidaten zijn?’

Sarah Claerhout Onderzoekster aan de onderzoeksgroep Vergelijkende Cultuurwetenschap.

Vanaf de volgende verkiezing van rector en vicerector aan de UGent zullen duo’s bestaande uit een man en een vrouw zich kandidaat moeten stellen en als duo’s verkozen en benoemd worden. Kamelid Sarah Claerhout (CD&V) vraagt zich af of dat wel de goede oplossing is om te komen tot meer gendergelijkheid.

Bij het begin van dit academiejaar kondigde de minister van onderwijs aan dat ze de keuze van de Universiteit Gent voor genderevenwicht steunt. Op aangeven van de Raad van Bestuur van de UGent, gaf de Vlaamse regering haar principiële goedkeuring aan een wijziging van het relevante decreet: vanaf de volgende verkiezing van rector en vicerector zullen duo’s bestaande uit een man en een vrouw zich kandidaat moeten stellen en als duo’s verkozen en benoemd worden. Die wijziging moet het genderevenwicht aan de universiteitstop garanderen en het pluralistisch karakter van de instelling uitdrukkelijk bevestigen. Maar is dit voorstel wel in staat deze doelstelling te realiseren?

Genderevenwicht UGent: ‘Wat als twee vrouwen de beste en meest bekwame kandidaten zijn?’

Wat als twee vrouwen de beste en meest bekwame kandidaten blijken te zijn? Deze decreetswijziging maakt het onmogelijk dat die twee vrouwen samen rector en vicerector worden. Na decennia van duo’s mannen is het blijkbaar niet wenselijk dat twee vrouwen samen de universiteit leiden.

Voor de Universiteit, zoals voor alle private en openbare instellingen, is het broodnodig dat bekwame mensen aan de leiding staan. In een democratische verkiezing kunnen we nooit garanderen dat het kiesresultaat bepaald wordt enkel en alleen door de bekwaamheid van de kandidaten. Maar hieruit volgt niet dat de wet kan bepalen dat een ander criterium het bekwaamheidscriterium overtroeft.

De voorgestelde wijziging bepaalt precies wel welk ander criterium de voorkeur geniet van deze Vlaamse regering: het geslacht van de kandidaten. ‘Genderevenwicht’ is inderdaad een prachtig en na te streven moreel ideaal; maar als een dergelijk moreel ideaal de wettelijke vereiste wordt, dan heeft zoiets rampzalige gevolgen.

Inbreuk op de democratie aan de UGent

Zo vormt de decreetswijziging ook een inbreuk op de democratie aan de UGent: de kiezers kunnen niet meer kiezen op grond van hun inschatting van de bekwaamheid van de kandidaten. Ze worden verplicht om te kiezen voor een bepaalde man, ongeacht hun oordeel over diens capaciteiten, gewoon omdat ze een bepaalde vrouw capabel achten. En omgekeerd natuurlijk.

Bovendien zegt het huidige decreet dat alle hoogleraren en gewoon hoogleraren aan de UGent zich kandidaat kunnen stellen voor de positie van rector en vicerector. Maar door deze stap zal dat niet meer het geval zijn: ze zullen zich alleen kandidaat kunnen stellen voor een positie, als ze iemand kiezen van het ander geslacht voor de andere positie.

‘Wat als een kandidaat niemand vindt om samen mee op te komen? Dat is een plausibel scenario gezien het beperkte aantal vrouwelijke hoogleraren.’

Wat als een kandidaat niemand vindt om samen mee op te komen? Dat is een plausibel scenario gezien het beperkte aantal vrouwelijke hoogleraren. Deze wijziging zal het recht om zich kandidaat te stellen ontnemen aan een reeks mensen die dat recht hebben. Vormt dit geen inbreuk op de grondvesten van de rechtsstaat?

Zal het opkomen in duo’s dan wel voor genderevenwicht zorgen? De universiteitstop bestaat uit de rector en vicerector, maar ook uit de voorzitter van de raad van bestuur, de academisch beheerder en logistiek beheerder, en de regeringscommissaris. Het enige wat er verandert door deze wijziging is dat in dit gezelschap steeds één vrouw zal aanwezig zijn. Dat genderevenwicht noemen is onzin.

‘Dit is geen overwinning voor de gendergelijkheid, maar een trieste troostprijs.’

Moeten we echt tevreden zijn omdat we vanaf nu de zekerheid hebben dat ten minste de vicerector een vrouw zal zijn? Dit is geen overwinning voor de gendergelijkheid, maar een trieste troostprijs. Vooral omdat we weten dat zo een maatregel niets verandert aan de reële problemen die vrouwen ervaren doorheen hun academische loopbaan, zoals bijvoorbeeld de huidige eenzijdige benadering van de academische opdrachten.

De andere pleidooien voor de decreetswijziging zijn evenmin overtuigend. De voorzitter van de Raad van Bestuur van de UGent, Sas Van Rouveroij, stelt dat het opkomen in duo’s zal garanderen dat de rector en de vicerector een team vormen dat harmonieus samenwerkt. Maar kunnen twee kandidaten dan op voorhand weten wat hun standpunt zal zijn in de vele dossiers waarover ze zullen moeten beslissen, nog voor ze de relevante feiten, problemen en argumenten kennen? Op voorhand kan men wel geloven en beloven dat men als team zal functioneren, maar conflicten tussen rector en vicerector ontstaan niet daar – wel in specifieke dossiers.

‘Er groeit over deze soort voorstellen meer en meer ongenoegen binnen de universitaire gemeenschap.’

De vorige decreetswijziging bepaalde dat de rector niet langer de voorzitter is van de Raad van Bestuur van de universiteit. Er zijn effectief twee machtscentra gecreëerd: de rector aan de ene kant en de voorzitter aan de andere kant. Hier ligt een ernstige bron van conflict met een academica-rector die moet opboksen tegen een politicus-voorzitter. Als werken als een harmonieus team aan de top zo belangrijk is, waarom wordt over dit feit dan geen discussie gevoerd in de Raad van Bestuur?

De wijziging van het decreet houdt een ingrijpende verandering in voor de toekomst van de UGent. Nochtans heeft hierover geen breed debat plaatsgevonden in de universiteit en is er geen goede motivering gegeven voor de beslissing. Er groeit over deze soort voorstellen dan ook meer en meer ongenoegen binnen de universitaire gemeenschap. Daarom is het des te ongelukkiger dat deze beslissing wordt verkocht in naam van zeer cruciale ideeën als genderevenwicht en pluralisme.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content