Hendrik Vuye & Veerle Wouters

‘Een Vlaamse Grondwet: zou Vlaanderen nu echt niet mogen wat België of Wallonië deed?’

Hendrik Vuye & Veerle Wouters Hoogleraar (UNamur) en lector (Hogeschool PXL), voormalige V-Kamerleden

Hoe komt het toch dat Vlaanderen na zes staatshervormingen nog steeds geen grondwetgevende bevoegdheid heeft, vragen Kamerleden Veerle Wouters en Hendrik Vuye (N-VA) zich af. Of heeft Vlaanderen er wel?

Minister-president Geert Bourgeois plaatst de Vlaamse Grondwet op de agenda. Hoe komt het toch dat Vlaanderen na zes staatshervormingen nog steeds geen grondwetgevende bevoegdheid heeft, vragen Kamerleden Veerle Wouters en Hendrik Vuye (N-VA) zich af. Of heeft Vlaanderen er wel?

In zijn toespraak te Leuven ter gelegenheid van de voorstelling van het handboek staatsrecht van professor Stefan Sottiaux, verwijst minister-president Geert Bourgeois (N-VA) naar de al te beperkte constitutieve autonomie van de deelstaten. Hij heeft een punt.

De autonomie is dermate beperkt dat grondwetsspecialist Francis Delpérée (Ucl) eerder spreekt van ‘vrijheid van organisatie’ (‘liberté d’organisation‘). Professor Marc Nihoul (UNamen) schrijft dat de constitutieve autonomie ‘relativement insignifiante‘ is. Tot op heden betreft deze autonomie slechts zaken als de indeling van de kieskringen, het aantal leden van de regeringen en de parlementen, het invoeren van nieuwe onverenigbaarheden, …

Vlaanderen is reeds lang vragende partij voor een volwaardige constitutieve autonomie. De resoluties van het Vlaams Parlement (1999) vragen een ‘eigen grondwetgevende autonomie’. Minister-president Bourgeois sluit hierbij aan waar hij stelt: ‘Indien België echt een federale staat wil zijn, dan moet zijn Grondwet het aan de deelstaten overlaten om hun institutionele vormgeving te regelen’.

België als vergrendelende federatie

De constitutieve autonomie is echter geen autonomie. Het is zelfs een drievoudige grendel. De constitutieve autonomie zit verankerd in de Grondwet (2/3 meerderheid) en elke uitbreiding vereist de tussenkomst van de bijzondere wetgever (2/3 meerderheid en meerderheid in beide taalgroepen). De federale overheid vergrendelt aldus de autonomie van de deelstaten. Een deelstaat die gebruik maakt van deze constitutieve autonomie, moet dit bovendien doen bij bijzonder decreet (2/3 meerderheid).

‘Een Vlaamse Grondwet: zou Vlaanderen nu echt niet mogen wat België of Wallonië deed?’

De constitutieve autonomie is een politiek onderhandelingswapen van de Franstaligen. Staatshervorming na staatshervorming kennen zij onbenullige deeltjes constitutieve autonomie toe aan de deelstaatparlementen. En steevast verkondigen de Vlaamse onderhandelaars dat dit een belangrijke doorbraak is. De zesde staatshervorming is hiervan een typevoorbeeld. De constitutieve autonomie wordt uitgebreid met de ‘aanvullende samenstellingsregels’ van de parlementen.

Die regels over de verkiezing zitten voor het Vlaams parlement vervat in de bijzondere wet van 8 augustus 1980. Alleen is die wet van 1980 dermate nauwkeurig, dat er nauwelijks aanvullende regels denkbaar zijn. Wil men op het Vlaamse niveau toch ‘aanvullende samenstellingsregels’, dan moet men eerst de kaap nemen van de twee federale grendels (Grondwet en bijzondere wet) om vervolgens gestemd te worden met een 2/3de meerderheid in het Vlaams parlement. Op deze manier zal het nog heel lang duren voor men komt tot een volwaardige constitutieve autonomie.

Maar wat als men op federaal niveau het federale Kieswetboek wil wijzigen om ‘aanvullende samenstellingsregels’ in te voeren? Hoe verloopt het dan? Heel gewoon, met een gewone meerderheid in het federale parlement en zonder grendels. Wat federaal kan met een gewone meerderheid, zit voor Vlaanderen verborgen achter drie grendels. Dat is België als vergrendelende federatie.

Een symbooldossier?

Grondwetsspecialiste Patricia Popelier (UAntwerpen) vindt de gedachte van een Vlaamse Grondwet een symbooldossier (DS, 9 maart). Waarom zou Vlaanderen steeds zelf moeten beslissen? Zij kiest voor een federale Grondwet, met design op maat voor de deelstaten. Er zijn volgens haar ook redenen om de grondwetgevende autonomie te beperken, namelijk de complexiteit van het Belgische model.

Dit standpunt delen we niet. De keuze van Popelier werkt net de complexiteit in de hand. Beslissingen op federaal niveau vergen steeds bijzonder moeilijke onderhandelingen. Dit is zeker het geval in institutionele aangelegenheden. Er is echter een belangrijker punt, het standpunt van Popelier zorgt voor een democratisch deficit. Waarom moet Vlaanderen over eigen institutionele aangelegenheden onderhandelen met Franstaligen? Is vergrendeling dan het summum van democratie?

Federale bevoogding is uit den boze

Tot vandaag bepaalt het federale parlement hoever de constitutieve autonomie van de deelstaten reikt. In een volwassen federaal land is dergelijke federale bevoogding uit den boze. Na zes Belgische staatshervormingen is de Vlaamse staatsvorming ver gevorderd. Vlaanderen beschikt over vele bevoegdheden, zelfs al zijn deze vaak niet homogeen. Vlaanderen beschikt ook over eigen instellingen, een parlement en een regering. Er is bovendien, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Duitsland, geen hiërarchie tussen de deelstaten en de federatie. Ten slotte zijn de deelstaatparlementen democratisch verkozen organen.

Democratische legitimiteit

Parlementen halen ons inziens hun grondwetgevende bevoegdheid uit hun democratische legitimiteit. Net op dit punt verschillen de parlementen van de deelstaten helemaal niet van het federale parlement. Niet alleen de Kamer, maar ook de parlementen van de deelstaten worden rechtstreeks verkozen. Vlaanderen heeft dus reeds grondwetgevende bevoegdheid. Hetzelfde geldt voor de andere deelstaatparlementen. Alleen is er vooralsnog geen meerderheid om deze grondwetgevende bevoegdheid te gebruiken. Vlaanderen vergrendelt ook zichzelf.

Is dit een al te revolutionaire visie? Helemaal niet. Ons standpunt is niet verschillend van dat van professor staatsrecht (ULiège) en politicus François Perin. In een berucht opiniestuk gepubliceerd in Pourquoi pas? (9 maart 1983) verwijst hij naar de democratische legitimiteit van de Vlaamse instellingen die toelaat om België eenzijdig op te zeggen.

Intussen is deze legitimiteit alleen maar toegenomen, in 1983 was er nog geen rechtstreekse verkiezing van de deelstaatparlementen. Gaat Franstalig België nu uit de bol gaan? Neen toch, want het parlement van de Franse Gemeenschap heeft net op deze manier eenzijdig de ‘Fédération Wallonie-Bruxelles’ in het leven geroepen. En op die manier heeft het nationaal congres in 1830 België opgericht. Zou Vlaanderen nu echt niet mogen wat België of Wallonië deed?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content