Hendrik Vuye & Veerle Wouters

‘De doorkijktaks als eerlijke vermogenswinstbelasting’

Hendrik Vuye & Veerle Wouters Hoogleraar (UNamur) en lector (Hogeschool PXL), voormalige V-Kamerleden

‘Het is niet makkelijk om grote vermogens te belasten, ze vinden steeds weer een ontsnappingsroute. Steeds weer nestelen ze zich in een heffingsvacuüm. De doorkijktaks of kaaimantaks biedt hiervoor een oplossing’, stellen N-VA-Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters.

In een ideale wereld is het belastingstelsel eenvoudig. De inning gebeurt op een efficiënte wijze. De belasting is billijk en rechtvaardig. Dit laatste houdt in dat iedereen bijdraagt tot zijn eigen draagkracht.Hier knelt het schoentje. Velen hebben het gevoel dat belastingen in België niet eerlijk zijn, en terecht.

Voor sommigen ligt de ontsnappingsroute zomaar voor het grijpen. Blijkt dat sommige belastingplichtigen een deel van hun vermogen onderbrengen bij trusts, stichtingen of andere constructies in het buitenland, zo bijvoorbeeld de Anstalt in Lichtenstein of de Limiteds op de Bahama’s. Zo ontsnappen grote vermogens vrij makkelijk aan belastingheffing. Er ontstaat een heffingsvacuüm.

De doorkijktaks als eerlijke vermogenswinstbelasting

De doorkijktaks laat de fiscus toe om door de financiële constructies in het buitenland te kijken en de daarin ondergebrachte vermogens in eigen land te belasten. Soms spreekt men ook van kaaimantaks, verwijzend naar het belastingparadijs de Kaaimaneilanden.

Nederland als voorbeeld

In Nederland worden al deze juridische constructies omschreven als ‘afgezonderde particuliere vermogens’ (APV). Hoe werkt zo’n APV? Er is steeds een inbrenger (of oprichter) die een vermogen afzondert, bv. in een trust. Dit afgezonderd vermogen wordt beheerd door een bestuurder, ten voordele van één of meerdere begunstigden.

Het afgezonderd vermogen maakt niet langer deel uit van het vermogen van de inbrenger. Al evenmin maakt het deel uit van het vermogen van de bestuurder. Tenslotte behoort het nog niet tot het vermogen van de begunstigden, want deze hebben geen zeggenschap ten opzichte van het afgezonderde vermogen. Het afgezonderde vermogen zit dus in een heffingsvacuüm. Niemand betaalt belastingen: de inbrenger niet, noch de bestuurder en al evenmin de begunstigden. Het afgezonderd vermogen zelf is ondergebracht in een belastingparadijs en is (nagenoeg) volledig onbelastbaar.

Zo’n constructie is legaal, maar dan moet het daadwerkelijk gaan om een APV. Dit houdt onder meer in dat de bestuurder van het afgezonderd vermogen dit beheert onafhankelijk van de inbrenger.

In werkelijkheid is het vaak de inbrenger-oprichter die het voor het zeggen heeft. Dit gebeurt via een ‘side letter’ of een ‘letter of wishes’ die niet openbaar gemaakt wordt. In deze brief staat dan dat de bestuurder de instructies van de inbrenger zal volgen. In dergelijk geval is er geen APV, maar wel een papieren constructie die dient om belasting te ontduiken. Helaas is het voor de fiscus haast onmogelijk om dit te bewijzen.

De Kaaimaneilanden, een notoir belastingparadijs
De Kaaimaneilanden, een notoir belastingparadijs© ThinkStock

Nederland heeft al in 2010 een doorkijkbelasting ingevoerd. Vijf jaar later volgt de Belgische wetgever dit voorbeeld.

De meldingsplicht en het doorkijkprincipe

Er bestaat een meldingsplicht van dergelijke juridische constructies. De meldingsplicht maakt het onderscheid tussen legale en illegale fiscale constructies in het buitenland meer dan ooit duidelijk. Wie een constructie niet aangeeft, is illegaal bezig. Zo eenvoudig is dat. Voor dergelijke fiscale fraude geldt wat ons betreft nultolerantie.

Het ‘doorkijkprincipe’ maakt alvast dat men kapitaal niet meer op een legale wijze kan verstoppen. Men doet alsof de constructie niet bestaat. De roerende inkomsten die deze constructies genereren zullen voortaan een bijdrage opleveren voor onze maatschappij. Wie in het buitenland belastingen ontwijkt, zal met de kaaimantaks voortaan zijn bijdrage leveren.

Een stap richting meer eerlijke belastingen

Rest de vraag wie de belasting verschuldigd is? De kaaimantaks stelt een vermoeden in dat de oprichter de begunstigde is van de inkomsten. Hij is dus de belasting verschuldigd. Het vermoeden is wel weerlegbaar. De oprichter kan dus aantonen dat er andere werkelijke begunstigden zijn. In dat geval zijn zij de belasting verschuldigd.

Een eerlijke belasting

De doorkijkbelasting is een belasting die inkomsten die vroeger niet belastbaar waren, wel belastbaar maakt. Het is een stap richting meer eerlijke belastingen. Dergelijke juridische constructies in het buitenland worden niet verboden, maar voortaan dragen ze wel bij tot de samenleving.

De doorkijkbelasting is geen amnestiemaatregel. Zijn er aanwijzingen van fiscale fraude, dan zal de fiscus de oorsprong van de ingebrachte gelden nagaan. En nogmaals, ingeval van fraude geldt wat ons betreft nultolerantie.

Positieve evaluatie

De toenmalige Nederlandse staatssecretaris voor Financiën F.H.H. Weekers (VVD) heeft in 2013 de Nederlandse versie van de doorkijktaks geëvalueerd. Deze evaluatie is positief. Blijkt dat het aantal APV’s is afgenomen. Constructies werden ontmanteld. Maar sommige afgezonderde vermogens hebben zich nog verder verstopt achter andere verhullingsstructuren, bijvoorbeeld boven elkaar hangende stichtingen.

België is gewaarschuwd, want dit zal waarschijnlijk ook bij ons gebeuren. Waakzaamheid is geboden en nieuwe misbruiken dienen aangepakt van zodra deze opduiken.

De doorkijktaks of kaaimantaks is uiteindelijk een vermogenswinstbelasting, waarbij Belgen die hun vermogen verstoppen in buitenlandse offshoreconstructies, toch worden belast

De doorkijktaks of kaaimantaks is uiteindelijk een vermogenswinstbelasting, waarbij Belgen die hun vermogen verstoppen in buitenlandse offshoreconstructies, toch worden belast. Het is alvast een belasting die de grootste vermogens laat betalen en die de middenklasse ongemoeid laat. Volgens een raming van de Nationale Bank staat er voor 57 miljard euro activa in het buitenland. De Verenigde Staten, Zwitserland en Luxemburg worden hierbij nog niet eens in rekening gebracht. Alhoewel op dit punt voorzichtigheid geboden is, werd door de minister van Financiën al gesteld dat de taks op kruissnelheid jaarlijks 460 miljoen euro kan opleveren.

Het is al te makkelijk om in een land met meer dan 50 procent overheidsbeslag, bestaande belastingen nog te verhogen. Men maakt er de fiscaliteit vaak alleen nog oneerlijker door: wie al betaalt, zal nog meer betalen. De beet van de Kaaiman is wel een belangrijke stap richting eerlijke belastingen. Wie vandaag niet bijdraagt, zal voortaan wel bijdragen. Maar het werk is niet af. Er blijft werk aan de winkel.

Partner Content