Christelijk ideoloog Mark Van de Voorde: ‘Waar is Hendrik Bogaert in godsnaam mee bezig?’

Mark Van de Voorde: 'U moest eens weten hoeveel kloek-Vlaamse politici geweigerd hebben om mij de hand te schudden omdat ze het oneens met me waren.' © Eric de Mildt
Simon Demeulemeester

Gelovige politiek is als een vis op een fiets. Iemand voor gutmensch uitmaken, was al volgens Christus een onuitwisbaar vergrijp. En Kris Peeters is géén opportunist. Zo, dat was een pittig gesprek met Mark Van de Voorde, overtuigd christen(democraat).

De heisa rond Aron Berger? ‘Zinsverbijstering.’ Kruisjes in alle Beierse overheidsgebouwen? ‘Een verkrampte provocatie van de islam.’ Hoofddoeken verbieden? ‘Waar is die Hendrik Bogaert mee bezig?’ Nee, vrolijk wordt Mark Van de Voorde niet van de schier eindeloze stoet identiteitsdebatjes. Van de Voorde was jaren persverantwoordelijke van het bisdom Brugge, daarna hoofdredacteur van Kerk&Leven en adviseur op CD&V-kabinetten. Vandaag is hij columnist voor het christelijke opinieblad Tertio en een veelgevraagd spreker over geloof, politiek en de kruisbestuiving daartussen. Tussendoor schreef hij voor binnen- en buitenlandse katholieke publicaties, en publiceerde hij een tiental boeken over kerk, geloof en spiritualiteit.

Zij die ons verwijten gutmenschen te zijn, zoals de N-VA-voorzitter, weten maar al te goed dat ook de nazi’s het woord gebruikten.

Religie is niet uit de actualiteit weg te branden. Van de Voorde bekijkt het vaak met ongeloof. ‘We zitten in de greep van hypes en populisme’, zegt hij wanneer we plaatsnemen in zijn salon in een Brugse verkavelingswijk. Het gesprek begint meteen met een nabeschouwing van de kwestie-Aron Berger, de chassidische jood die kortstondig CD&V-kandidaat in Antwerpen was. Van de Voorde is nog altijd niet over zijn verbazing heen. ‘Iedereen is op die meneer Berger en zijn vreemde gewoontes gesprongen, maar wanneer even later blijkt dat de Kaaimantaks amper wat opbrengt, dan veroorzaakt dat hoogstens een rimpel.’ Het maakt hem kwaad, zegt hij. ‘De ene partij verwijt ik het al meer dan de andere, maar uiteindelijk lopen ze allemaal mee in die fanfare.’ Oh, en nog iets: sinds wanneer is de handdruk een onwrikbare westerse waarde? ‘Ik ben er ook aan gehecht, maar het is niet méér dan een gewoonte, hoor. U moest eens weten hoeveel kloek-Vlaamse politici geweigerd hebben om mij de hand te schudden omdat ze het oneens met me waren. Dát is pas onrespectvol.’

U zag geen probleem in Aron Bergers kandidatuur voor de CD&V, hoewel hij vrouwen geen hand wil schudden?

Mark Van de Voorde:Niet per se, nee. Die meneer Berger heeft geprobeerd om zijn gemeenschap aansluiting te laten vinden bij de samenleving. Dat is prijzenswaardig. Daarnaast, en dat is fundamenteel maar het lijkt de meeste mensen te ontgaan: die man heeft nooit zijn visie willen opdringen aan de samenleving. Hij wil gewoon geen andere vrouw dan de zijne een hand geven. En zijn vrouw wil dat ook niet doen met een andere man – wég vrouwonvriendelijk motief, dus. Die heisa ging helemaal niet over de gelijkheid van man en vrouw.

Waarover dan wel?

Van de Voorde:Over het simpele feit dat iemand het aandurft om anders te willen leven dan wij. Daar kunnen we niet meer tegen. Ik zie er een bewuste strategie in. Men denkt dat we de spanningen in de samenleving kunnen oplossen door ze te negeren. En dus praten we alleen nog over wel of niet handjes schudden, en juicht Bart De Wever (N-VA) het toe dat joden zich terugtrekken in hun getto’s, in tegenstelling tot moslims.

U noemt Bart De Wever, maar CD&V’er Hendrik Bogaert wil zelfs hoofddoeken verbieden.

Van de Voorde:Ik word boos als ik die man bezig hoor. Waar is die in godsnaam mee bezig? Hij zal intern wel wat uit te vechten hebben, maar de haast waarmee hij Kris Peeters‘ initiatief de grond in boorde, viel mij op. Totaal onbegrijpelijk vind ik dat ook Hilde Crevits eraan meedeed. Dat kan ik niet plaatsen.

Wat vond u van de pragmatische oplossing van de hoofdredacteur van Joods Actueel, Michael Freilich: dat Berger een vleeskleurige handschoen zou dragen?

Van de Voorde:Een beetje vreemd, maar wel prachtig dat iemand de tegenstellingen probeert te verzoenen. Daar draait politiek om. Wie die suggestie weglacht, is een grotere fanaticus dan Berger.

Christelijk ideoloog Mark Van de Voorde: 'Waar is Hendrik Bogaert in godsnaam mee bezig?'
© Eric de Mildt

Denkt u dat er bij Peeters enig opportunisme meespeelde?

Van de Voorde:Denk even na. Als het alleen om de stemmen zou draaien, zou hij dan echt een ultraorthodoxe jood rekruteren? Die man is niet naïef, hè. Ik ken hem nog uit zijn periode bij de zelfstandigenorganisatie Unizo. Het simpele feit dat hij iemand uit de marge van de joodse gemeenschap heeft aangezocht, veegt de optie van opportunisme van tafel. Trouwens, gaan we nu plots de CD&V berekening verwijten, terwijl ook de Open VLD en de N-VA joodse mensen op hun lijsten hebben?

Iets anders. Christelijke politiek bestaat niet, schreef u ooit in uw essay Geloof en politiek: een vis op een fiets. Hoezo, dat bestaat niet?

Van de Voorde: Christelijk geïnspireerde politiek bestaat, en christelijk geïnspireerde politici kunnen aan politiek doen. Maar de Bijbel is geen partijprogramma. Vandaar mijn metafoor van de vis, wat staat voor het geloof, op een fiets, wat staat voor de samenleving. Een vis heeft geen voeten en kan dus niet trappen. Kijk, je hebt niet per se geloof nodig om te beletten dat de samenleving zou omvallen. De scheiding van kerk en staat is toe te juichen. Meer zelfs: ze zit ingebakken in het christendom, al van bij het scheppingsverhaal.

Dat moet u toch even uitleggen.

Van de Voorde: Er is niet één scheppingsverhaal, er zijn er twee. En wat echt prachtig is: ze zijn tegengesteld aan elkaar. In het eerste, wat we het scheppingsgedicht noemen, eindigt de schepping bij de mens. Dat loopt dus gelijk met de evolutietheorie. Het tweede, het scheppingsverhaal, begint met de mens. (glimlacht breed) Fantastisch toch? De Bijbel begint met twijfel. Weet u waarom? Net omdat het niet om de technische details gaat, maar om de metafysische betekenis van die verhalen: dat de mens hier is om de aarde te beheersen en te bewaren. God zegt eigenlijk: ‘Trek er uw plan mee, organiseer het zoals je wilt.’ In het Nieuw Testament verfijnt Christus dat nog wanneer hij zegt: ‘Geef aan de keizer wat de keizer toekomt, en aan God wat God toekomt.’ Bijzonder clever, want zo zegt hij meteen ook wat de keizer níét toekomt. De Romeinse keizer met zijn goddelijker allures mag van zijn troon vallen. Hij is er om de wereldse zaken te beheren. Niet minder dan dat, maar ook niet meer.

Begrijpt u als overtuigd christen en christendemocraat dat kiezers vandaag eerder vallen voor de duidelijke identiteit van de N-VA dan voor het soms lauwe enerzijds-anderzijds van CD&V?

Van de Voorde: (blaast) Ik vind De Wevers identiteit niet duidelijker dan die van Wouter Beke, hoor. Het is een andere identiteit, dat wel. Denk eens door op De Wevers fameuze ‘Vlaamse waarden’ of ‘westerse verlichtingswaarden’. Ik las vorige week in Knack over de Congolese dokter Denis Mukwege. Wel, in die man, die de zwakkeren helpt en kracht geeft, herken ik mijn zogenaamde ‘westerse waarden’. Die man toont mij, bijna 10.000 kilometer weg van hier, wat mijn identiteit is – of wat ik zou willen dat ze is. Maar nee, wij roepen (zingt langerekt) ‘Vlaaaaaaamsche identiteit’.

Mark Van de Voorde

– 1947: geboren in Brugge

– 1966-1970: studeert politieke en sociale wetenschappen en communicatiewetenschappen (UGent)

– 1970-1987: persverantwoordelijke Bisdom Brugge

– 1987-2004: hoofdredacteur Kerk&Leven

– 2004-2011: adviseur-speechschrijver van toenmalige premiers Yves Leterme en Herman Van Rompuy en buitenlandminister Steven Vanackere (CD&V)

– Vandaag: onafhankelijk opiniemaker bij onder meer Tertio, VRTNWS en Knack.be

Legt u eens uit wat de christendemocratische identiteit is.

Van de Voorde: Het is iets prachtigs. (lacht) Christendemocraten beschouwen de mens in de eerste plaats als een medemens. Een individu, ja, maar wel één in verbondenheid. Politiek vertaalt dat zich in het streven naar een algemeen welzijn. Daarbij vertrekken wij vanuit vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid…

Nu begint u zelf over de verlichting.

Van de Voorde: Het is niet omdat iedereen roept dat dit dé verlichtingswaarden zijn dat het ook zo is. U denkt toch niet dat het toevallig is dat de verlichting in christelijk Europa is ontstaan, en niet in hindoeïstisch India? De verlichting nam die waarden gewoon over omdat het christendom ze jammer genoeg was vergeten.

Zeggen liberalen en socialisten ook niet dat ze het algemeen welzijn nastreven?

Van de Voorde: Dat doen ze ook, elk vanuit een van de twee grote pijlers in de politieke orde: liberalen vanuit de vrijheid, socialisten vanuit de rechtvaardigheid. Wij zorgen voor een derde pijler: de verbondenheid die de vrijheid en de rechtvaardigheid verzoent. Breng die drie samen, en je krijgt magnifieke zaken, zoals ons Rijnlandmodel. Dat laat vrij initiatief toe, maar vraagt ook een bijdrage van wie succes heeft om de minderbedeelden een handje te helpen. Het model is gegroeid uit de puinhopen van de Tweede Wereldoorlog, het gevolg van een virulent nationalisme, maar het staat onder druk. Ook bij ons. We prikken de Kaaimantaks lek door achterpoortjes open te houden, en ondertussen dreigen we de sukkelaars af door te zeggen dat we hun uitkeringen zullen afpakken.

U ziet geen gemakkelijke besparingen meer in de sociale zekerheid?

Van de Voorde: Ik begrijp vooral niet waar het idee vandaan komt dat de sociale zekerheid onbetaalbaar is geworden. Misschien hebben we ze niet goed georganiseerd, maar moet ze daarom op de schop? Hetzelfde geldt voor het middenveld: dat is nochtans de motor van de samenleving, zoals de markt dat is voor de economie. Er ontstaat een nieuw soort etatisme, vreemd genoeg vanuit Vlaams-nationalistische hoek. De staat moet opnieuw de mens controleren. Dat maakt mij bang.

Moet de CD&V de partij van de gelovigen worden?

Van de Voorde: De CD&V is geen confessionele partij, ze is dus geen partij van gelovigen. Maar als christendemocratische partij erkent ze het belang van het religieuze in de samenleving, in het bijzonder van het christendom als beschavingspijler. Vanuit die gevoeligheid erkennen wij ook de waarde van andere religies. Dan is het logisch dat ook joden en moslims zich bij ons welkom voelen. Maar het gaat nog verder dan die religies, want de grote bekommernis voor een christendemocraat is verbondenheid, de gemeenschap.

Na de kerk is het vandaag aan de vrijzinnigheid om de scheiding van kerk en staat niet goed te begrijpen

U was lange tijd adviseur van top-CD&V’ers. Wat zou u de partij vandaag adviseren?

Van de Voorde: In de eerste plaats: stop met de N-VA achterna te lopen, zoals Bogaert en anderen dat doen. Je moet van die partij maar één ding overnemen: de moed hebben om jezelf te zijn. Bepleit de dialoog en het compromis, stop met de klaagzang over de sociale zekerheid maar herstel het Rijnlandmodel. En doe wat meer je mond open in de regering – maar dan achter gesloten deuren.

Open VLD’er Alexander De Croo zei in De Standaard dat een kruisje aan de muur van het gemeentehuis een groter probleem is dan een loketbediende met een hoofddoek. Heeft hij gelijk?

Van de Voorde: Ja. De ruimte van het gemeentehuis moet neutraal zijn, en dat is ze niet langer met een kruisje aan de muur. Dat vind ook een katholiek zoals ik. Maar de loketbediende heeft recht op een eigen overtuiging. Je kunt natuurlijk discussiëren over de opzichtigheid van de uiting daarvan, maar waar stopt zoiets? Als je je ergert aan een hoofddoek, dan kun je je evengoed ergeren aan iemand met een donkere huid. Ik ken Vlamingen die daar ideeën bij hebben. Als we daaraan beginnen, waar stopt het dan?

Iedereen aan de boerka? Radicale vrijzinnigen en islamisten: bien étonnés de se trouver ensemble?

Van de Voorde: (lacht) Of een luikje met gaatjes erin, zoals in de biechtstoel! En als het even kan, graag ook een stemvervormer, zodat je geen accenten kunt horen. Komaan, zeg. Hoeveel verkramptheid spreekt daaruit?

In Beieren verplicht de nieuwe minister-president Markus Söder (CSU) kruisbeelden in alle overheidsgebouwen. Bisschoppen spreken schande van wat ze ‘misbruik van hun symbool’ vinden.

Van de Voorde: Ze hebben gelijk. Wat een verkrampte identiteitspolitiek is me dat? Een pure provocatie van de islam, bovendien. Dit zal een terugslag krijgen. Een partij zoals de CSU, die de AfD achternaloopt, of de N-VA, die hetzelfde doet met het Vlaams Belang, zit op een gevaarlijke helling. De N-VA doet bij ons hetzelfde als de CSU in Beieren: ze probeert niet alleen de verlichtingswaarden maar ook het christendom te claimen. Ik zal iets strafs zeggen, maar ik meen het: de N-VA doet daarmee exact hetzelfde als de Action française en het Verdinaso, de Franse en Vlaamse radicaalrechtse bewegingen uit het interbellum. Beide waren atheïstisch, maar ze zwaaiden wel met het katholicisme. Uit puur etatisme en eigengewin. Ook de N-VA vindt dat de kerk dienstbaar moet zijn aan de politiek, en dus moet ze zwijgen over armen en vluchtelingen. Ook daarom worden ze bij de N-VA hoorndol wanneer directeur-generaal Lieven Boeve pleit voor dialoogscholen in het katholiek onderwijs. Het enige wat de kerk mag, is een beetje tegen abortus zijn en een beetje tegen euthanasie. Daar díént de kerk niet voor, integendeel. Ze heeft de maatschappelijke plicht om appèls te geven aan de overheid, en moet oproepen tot deugdzaamheid, barmhartigheid en zorgzaamheid. Ook en vooral wanneer dat onwelgevallig is voor de partijen aan de macht.

christelijk geïnspireerde politici kunnen aan politiek doen. Maar de Bijbel is geen partijprogramma

Zullen de mensen dat nog pikken? Toen toenmalig aartsbisschop André Léonard in 2011 zei dat De Wever zijn intelligentie ’ten dienste stelt van een foute zaak’ werd hem verweten de scheiding van kerk en staat niet te respecteren.

Van de Voorde: Na de kerk is het vandaag aan de vrijzinnigheid om de scheiding van kerk en staat niet goed te begrijpen. Volgens de grondwet houdt die in dat enerzijds de staat niet beslist over de organisatie van de erediensten, en anderzijds dat de kerk zich niet bemoeit met de ordening van de staat. Met andere woorden: dat God en keizer niet samenkomen in de keizer. En niet, zoals nu vaak foutief wordt geïnterpreteerd, dat er een schot staat tussen levensbeschouwing en samenleving. In dat laatste geval zouden we ook aan vrijzinnigen moeten vragen om niet meer vanuit hun vrijzinnigheid aan politiek te doen. Dat is onmogelijk. De kerk mág zich dus uitspreken over mens en maatschappij. Ik vind zelfs dat ze zich meer moet gedragen als een middenveldorganisatie, die mensen mobiliseert en motiveert.

U publiceerde een vlammend opiniestuk op Knack.be onder de titel ‘Gutmensch is mijn geuzennaam’. Waarom bent u zo kwaad als mensen u een gutmensch noemen?

Van de Voorde: ( fel) Goede bedoelingen ten kwade duiden, is toch van het ergste wat je kunt doen? Christus kreeg dat verwijt in zijn tijd ook. De farizeeërs en de Schriftgeleerden zeiden dat Hij niet door God was geïnspireerd, maar door Satan of boze geesten was bezeten. Zijn repliek was vernietigend. (neemt Marcus 3:28-29 erbij en citeert:) ‘Alle wandaden en godslastering, hoe erg ook, kunnen de mensen worden vergeven, maar wie lastertaal spreekt tegen de Heilige Geest krijgt in alle eeuwigheid geen vergeving, want zo iemand is schuldig aan een onuitwisbaar vergrijp.’ Christus zegt dus zelf dat godslastering vergeven kan worden, maar niet iemand die iets goeds wil doen als een onnozelaar wegzetten, als iemand met kwade bedoelingen. Zij die ons verwijten gutmenschen te zijn, onder wie de N-VA-voorzitter, weten maar al te goed dat ook de nazi’s het woord gebruikten. Weet u waarom die dat deden? Om de christelijke critici weg te honen die zich verzetten tegen hun moordprogramma’s op gehandicapten. Hoe cynisch moet je zijn om dat woord te gebruiken?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content