‘Herman de Coninck was een doodbrave, katholieke jongen’ (Piet Piryns)

Wanneer het standbeeld er komt is nog niet zeker, maar dat het er komt staat vast aldus Kristien Hemmerechts. © Coverafbeelding NWT

Thomas Eyskens schreef een wandelgids over de Mechelse jeugd van Herman de Coninck. Piet Piryns haalt voor Knack.be herinneringen op aan hun beider Mechelse jaren.

Morgenavond wordt in de Mechelse boekhandel De Zondvloed ‘Er is niets te zien en dat moet je zien’, de wandelgids van Thomas Eyskens over de Mechelse jaren van Herman de Coninck (1944-1997), voorgesteld. Voordat De Coninck in de jaren 70 zijn huis kocht in de Berchemse Cogels-Osylei, woonde hij in Mechelen, waar hij geboren was en school liep. Zijn eerste gedichten publiceerde De Coninck in het schoolkrantje van het Mechelse Sint-Romboutscollege begin jaren 60. Hij deelde er de retorica met onder anderen de latere studentenleider-journalist Paul Goossens, literatuurprof Joris Gerits en VRT-coryfee Etienne Van den Bergh.

Maria-legioen

‘Knack’-redacteur Piet Piryns, wiens ouders in Onze-Lieve-Vrouw Waver vlakbij Mechelen woonden, leerde De Coninck al in de jaren 60 kennen in het Mechelse cultcafé Herten Aas. Piryns kwam geregeld bij hem thuis over de vloer. Piryns: ‘Herman woonde samen met zijn zus Magda in een appartementje boven zijn mama op de Tervuurse Steenweg in Mechelen. Het was toen het jaar van Leonard Cohen met wie hij dweepte. Ik overnachtte wel eens bij hem en dan was zijn moeder niet te spreken over mijn bontgeschilderde tweedehands Ford Cortina die ik van zanger Roland Van Campenhout had gekocht: “Wat zullen de geburen wel zeggen als ze die auto hier zien staan!” Afijn, het was de hippietijd dus.’

De Coninck, zo Piryns, was in zijn tienerjaren nog een doodbrave, katholieke jongen. Hij was zelfs lid van het Maria-legioen. En Paul Goossens trouwens ook: ‘Nu ja, De Coninck heeft zwaar gestreden met die katholieke erfenis.Het is pas tijdens zijn studententijd en legerdienst dat hij van het katholieke geloof is afgevallen.’

Achter gesloten gordijnen

De Coninck was dus geen soixante-huitard? Piryns, zelf vier jaar jonger dan De Coninck: ‘Nee, hij was te oud voor mei 68. Net zoals Leonard Nolens behoorde hij tot een totaal andere generatie. Herman heeft nooit aan een betoging deel genomen. Hij zat in Leuven altijd met zijn neus in de boeken achter gesloten gordijnen terwijl er buiten werd gedemonstreerd. Hij heeft steeds dat voorzichtige gehad en het heeft heel wat overtuigingskracht van mij gekost om hem begin jaren 70 bij ‘Humo’ te kunnen inlijven. Hij was als germanist immers leraar Nederlands in Sint-Lucas te Brussel waar hij nog les heeft gegeven aan Zjef Vanuytsel en Rik Van Cauwelaert. Iets wat hij weliswaar met frisse tegenzin deed. Toen hij een negatief inspectierapport kreeg – hij was niet altijd even stipt op tijd – had hij eindelijk oren naar mijn sirenenzang voor ‘Humo’.’

Pedofilie

Staan er voor Piryns nieuwe dingen in de wandelgids van Eyskens? Piryns: ‘Niet echt, nee. Er wordt heel veel aandacht besteed aan het pedofiliedossier van zijn vader Frans, iets waar Herman in ‘Humo’ trouwens zelf mee naar buiten is gekomen. Voor de rest biedt dit schrijversprentenboek een charmant overzicht van de talloze plaatsen waar De Coninck in Mechelen heeft rondgestruind: van het college tot het café en het Vrijbroekpark. Natuurlijk komt ook het ouderlijke huis – de krantenwinkel annex boekhandeltje – aan bod. Maar het blijft wachten op een echte biografie over Herman.’

Thomas Eyskens, ‘Er is niets te zien en dat moet je zien. De Mechelse jaren van Herman de Coninck’, De Arbeiderspers, 128 blz., 18,95 euro

Vanaf 20 maart loopt er in de Mechelse Bibliotheek een audiovisuele tentoonstelling over de Mechelse jaren van De Coninck en de sporen ervan in zijn werk.

Frank Hellemans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content