Wilfried Vandaele (N-VA), de opvolger van Kris Van Dijck: ‘Ik zat hier echt niet op te wachten’

Wilfried Vandaele (N-VA) © Ilia Lavrysen

Na de rollercoaster van 11 juli mocht Wilfried Vandaele de voorzittersstoel van het Vlaams Parlement overnemen van de opgestapte Kris Van Dijck. ‘Ik denk dat élk parlementslid wel eens iets doorstuurt naar een kabinet of een minister.’

Of hij zijn das en jasje moet aantrekken voor de foto, vraagt Wilfried Vandaele tot tweemaal toe aan de fotograaf. Hij besluit het toch maar te doen. De West-Vlaming is nog niet helemaal zeker van de manier waarop hij zich aan de buitenwereld moet presenteren.

Het is dan ook snel gegaan voor Vandaele. Op zijn zestigste heeft hij plots het hoogtepunt van zijn politieke carrière bereikt. In januari promoveerde hij van schepen naar burgemeester van De Haan. Sinds 13 juli mag hij zich zelfs eerste burger van Vlaanderen noemen.

De weg naar dat voorzitterschap was allesbehalve conventioneel. De affaire rond voorganger en partijgenoot Kris Van Dijck deed de Vlaamse politiek op haar grondvesten daveren. Op de commotie rond een dronken auto-ongeval volgde een hallucinante 11-juliviering in het Brusselse stadhuis, waarbij P-Magazine een beschadigend artikel over Van Dijck publiceerde rond de tijd dat hij het woord nam in Brussel. Na zijn ontslag werd Vandaele opgebeld met de vraag om de fakkel over te nemen.

‘Voor onze gemeente is dit natuurlijk leuk. Ik was al het eerste parlementslid dat in De Haan is geboren en getogen. En nu ben ik als eerste West-Vlaming voorzitter van het Vlaams Parlement’, zegt hij.

Hij kan zonder moeite alle West-Vlaamse politici opnoemen die ooit in De Haan hebben gewoond. ‘En ook Herman Van Rompuy (CD&V) had hier vroeger een optrekje in het recreatiepark. Toen ik schepen van Cultuur was, heb ik hem ereburger gemaakt.’

Maar ook partijvoorzitters Wouter Beke (CD&V) en Gwendolyn Rutten (Open VLD) hebben een verblijf in zijn kustgemeente, vertelt Vandaele. ‘De regeringsvorming kan perfect hier gebeuren (lacht).’

Knack: Kan u nog rustig op de dijk wandelen?

Wilfried Vandaele: Ik kreeg al veel meer opmerkingen sinds ik burgemeester werd in januari, maar het Vlaams Parlementsvoorzitterschap geeft het een extra boost. Er was natuurlijk wel wat lawaai in de pers rond gemaakt.

U bent dan ook op een aparte manier voorzitter geworden, om het met een understatement te zeggen.

Vandaele: Het was een bevreemdende gang van zaken. Dat men iemand zo aan de schandpaal heeft genageld, zonder dat men hem zelfs op voorhand belt… Dat wens je je ergste vijand niet toe.

Wilfried Vandaele (N-VA)
Wilfried Vandaele (N-VA)© Ilia Lavrysen

Wat ging er in u om toen uw partij u vroeg als opvolger?

Vandaele: Ik was me net aan het klaarmaken voor de 11-juliviering hier in De Haan. Ik was mijn tanden aan het poetsen toen ik plots een oproep kreeg op mijn telefoon. Ik heb mijn tandpasta snel ingeslikt om te kunnen antwoorden op de vraag of ik het wilde doen. Het kwam als een verrassing. Ik heb de dag nadien met Kris gebeld. Voor hem was het een hele moeilijke.

(denkt na) Het is alleszins een moeilijk moment voor mij om te starten. Ook binnen de partij is het vervelend om over te nemen van iemand als Kris Van Dijck, die de grootste anciënniteit heeft. Iedereen gunde het hem. Al was het wel plezierig dat er over de partijgrenzen consensus was over mijn persoontje.

We hebben te weinig gegevens over het specifieke geval van Kris om ons daarover uit te spreken.

Heeft Van Dijck een deontologische grens overschreden met zijn e-mail naar toenmalig vicepremier Kris Peeters (CD&V) met een verzoek om vaart te zetten achter een dossier ten gunste van een escortdame?

Vandaele: Het gaat op z’n minst over een grijze zone. Er bestaan deontologische voorschriften. Als je dat document goed leest, blijven er nog lacunes over. Ik denk dat élk parlementslid wel eens iets doorstuurt naar een kabinet of een minister. Mensen helpen mag, bevoordeligen niet.

Zo zijn er altijd mensen van je gemeente of streek die verwachten dat je je beste beentje voorzet in het parlement voor die gemeente. Ook hier: hoever kun je gaan met lobbywerk? We hebben te weinig gegevens over het specifieke geval van Kris om ons daarover uit te spreken. PVDA heeft gevraagd om de deontologische commissie samen te roepen en die zal daarover moet oordelen.

Er was niet alleen de affaire-Van Dijck. U moest de voorzittersstoel ook nog eens overnemen van Filip Dewinter (Vlaams Belang). Vormde dat een probleem voor u?

Vandaele: Dat waren nu eenmaal de regels van het spel. Dewinter heeft zich gedragen en heeft zijn rol, hoe kort die ook duurde, keurig ingevuld.

Binnen uw partij denken sommigen dat Dewinter achter het lek naar P-Magazine zit.

Vandaele: Ik heb daar geen bewijzen voor, voor noch tegen.

Bart De Wever (N-VA) heeft in zijn rol als Vlaams informateur lang de indruk gewekt dat hij openstond voor verregaande samenwerking met de partij van Dewinter. Wat vindt u daarvan?

Vandaele: Ik heb veel dingen gemeen met voormalig parlementsvoorzitter Jan Peumans (N-VA), maar in tegenstelling tot hem zal ik over dat soort dingen mijn mening niet geven. Alleszins kan je na de verkiezingen niet doen alsof er niets is gebeurd. Je moet op z’n minst grondig praten en Bart De Wever heeft dat ook gedaan.

Een gesprek voeren is een ding, een gezamenlijke nota opstellen is nog iets anders.

Vandaele: Wat is het verschil tussen een goed gesprek en wat dingen op papier zetten? Wat er verder gebeurt, is iets anders, maar dat is een beslissing voor de tenoren van de partij.

De basisvoorwaarde is dat het milieu in orde is. Een Vlaams-nationalist kan niet anders dan daarvoor pleiten.

Iets zegt me dat u niet afkerig staat tegenover een zachtere coalitie, bijvoorbeeld met SP.A.

Vandaele: Daarover spreek ik me ook uit. Maar het is geen geheim dat ik het sociale en het ecologische gelaat van de N-VA belangrijk vind. Tegen N-VA-mensen zeg ik altijd dat ze niet zich kunnen inzetten voor de Vlaamse welvaart als er geen kwaliteitsvolle lucht is om te ademen of dito water om te drinken. De basisvoorwaarde is dat het milieu in orde is. Een Vlaams-nationalist kan niet anders dan daarvoor pleiten.

Voelt u zich dan nog thuis bij de ‘ecorealisten’ van N-VA?

Vandaele: Zolang we onze mening binnenskamers kwijt kunnen en we voldoende resultaten zien in het beleid, voel ik me er thuis. Veel zal natuurlijk afhangen van de resultaten van de regeringsonderhandelingen. Er zijn immers heikele punten zoals het klimaatverhaal en het vrijhouden van de open ruimte, waar we als N-VA hard op hebben ingezet.

Wilfried Vandaele (N-VA)
Wilfried Vandaele (N-VA)© Ilia Lavrysen

Is die betonstop, die de netto-inname van de vrije ruimte herleidt tot nul hectare in 2040, nog haalbaar?

Vandaele: Dat is een van de grote uitdagingen voor de regeringsvorming. Voormalig minister-president Geert Bourgeois (N-VA) heeft die kar zeer voluntaristisch getrokken. We hebben daar dan ook politiek voor betaald tijdens onderhandelingen. Maar door een samenloop van omstandigheden is dat geflopt (de Raad van State had bezwaren bij de teksten, nvdr.). Nu is de vraag wie het terug op tafel wil leggen en, belangrijker, wie er politiek wil voor betalen.

Open VLD heeft zich altijd minder enthousiast getoond.

(ontwijkend) Voor sommigen is het eigendomsrecht allesbepalend. In de plannen staat dat we 100 procent van de actuele waarde van bouwgronden zullen vergoeden als die gronden niet meer bebouwd mogen worden. Er zijn ook andere instrumenten, zoals de ‘planologische ruil’, waarbij je een niet-bebouwbare kavel kan inruilen voor een andere. Maar als één van de mogelijkheden is dat de actuele waarde wordt vergoed, waarom zou je dan nog beroep doen op de rest van het scala?

Kan de Vlaamse begroting dat wel aan?

Vandaele: Ik vrees dat we een probleem hebben. Niks doen kost ook geld, alleen wordt die kostprijs gespreid tussen verschillende spelers: lokaal, gewestelijk, federaal. In het betonstopverhaal is er maar één overheid die betaalt: de Vlaamse.

Dreigt hier een rekeningrijden-scenario, waarbij gepland beleid overboord wordt gekieperd wegens ‘geen draagvlak’?

Vandaele: Ik vrees ervoor. Hoe goed bedoeld iets ook is, het kan altijd dat je vaststelt dat niemand er meer achter staat.

U was ook voorstander van het rekeningrijden.

Vandaele: (fijntjes) Dat staat ook zo in het N-VA-programma, ja.

Over milieu gesproken: ik zag nog geen enkele windmolen in De Haan. Kan dat?

Vandaele: Dat kan. De grote windturbines mogen in havens en langs grote snelwegen, die er bij ons niet zijn. Er zitten nu wel enkele middelgrote turbines voor een landbouwbedrijf in de pijpleiding.

Als je ziet naar de ruimtelijke impact van windmolens en zonnepanelen, dan is die groter dan die van kernreactoren.

Vindt u dat we de twee jongste kerncentrales langer moeten openhouden?

Vandaele: Ik was vroeger tegen kernenergie en ik ben nog steeds een koele minnaar. Maar ik moet toegeven dat we vroeger geen rekening hielden met de CO2-discussie. Als je ziet naar de ruimtelijke impact van windmolens en zonnepanelen, dan is die groter dan die van kernreactoren. We moeten kernenergie dus minstens als overgangsmaatregel behouden in afwachting van een technologische doorbraak.

Is een nieuwe reactor een optie?

Vandaele: Ik hoor dat mijn goede collega-burgemeester Jean-Marie Dedecker er eentje wil in Middelkerke. Dat aanbod zal er niet komen voor De Haan (lacht).

Over Dedecker gesproken: heeft zijn komst als onafhankelijke geen littekens achtergelaten binnen de West-Vlaamse N-VA?

Vandaele: (blaast) Ik heb met Dedecker persoonlijk geen problemen. Toen hij de eerste keer bij N-VA kwam in 2006 had ik daar wel een probleem mee. Het was de beslissing van de partij om hem in mei als onafhankelijke op de lijst te zetten. (droog) Hij stond op de Kamerlijst, ik op de Vlaamse.

Even terzijde: eigenlijk bent u veel langer dan vandaag een Bekende Vlaming.

Vandaele: Oei?

Meer bepaald voor de allerkleinsten.

Vandaele: Floepje! (het milieuvriendelijke tekenfiguurtje dat nog steeds wordt gebruikt in het kleuter- en lager onderwijs, nvdr.). Een creatie van mijn tijd als woordvoerder bij de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM).

In de jaren 1990 stond overheidscommunicatie nog in haar kinderschoenen. Ik ben met een educatief project begonnen dat is uitgemond in Floepje. Het was een dermate succes dat het door de Europese Commissie werd geadopteerd en is uitgebracht in vijftien landen. Ik beslis wat er met Floepje gebeurt, maar ik krijg er geen inkomsten uit. In Roemenië zijn ze er heel actief mee bezig. In Griekenland is er zelfs een piraatversie. Floepje bestaat ook in Zuid-Afrika. Al stootten we daar destijds op de politieke correctheid.

Ik ga ervan uit dat dit een tijdelijke opdracht is.

Hoezo?

We wilden de verhalen in de vele verschillende talen die Zuid-Afrika rijk is uitbrengen. Maar door de gevoeligheden mocht het enkel in het Engels. Onzin, want het was voor de kleintjes, ook zij die geen les krijgen in het Engels.

Tot slot: bent u nu vertrokken voor vijf jaar als voorzitter?

Vandaele: Ik ga ervan uit dat dit een tijdelijke opdracht is. Ik zat er ook echt niet op te wachten. Zo was ik zelfs uit het partijbestuur gestapt, zodat ik meer tijd kon vrijmaken voor mijn burgemeesterschap. Maar ik mag niet wegsteken dat het een eervol ambt is.

Is die eer groter voor een Vlaams-nationalist?

Vandaele: Het ligt inderdaad gevoeliger voor ons. We hebben jarenlang geijverd voor een eigen Vlaams Parlement. Men doet ons ook geen plezier door te zeggen dat het een ‘veredelde gemeenteraad’ is.

Het was Jean-Marie Dedecker die dat ooit zei.

Vandaele: Niemand is perfect (lacht). Maar het klopt gewoon niet. In heb in de Senaat gezeten. Als je die vergaderingen ziet, kan je het Vlaams Parlement echt niet vergelijken met een gemeenteraad.

Wilfried Vandaele (N-VA)
Wilfried Vandaele (N-VA)© Ilia Lavrysen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content