Vredesactivisten hekelen versoepeling wapenexport: ‘De handtekening van de Vlaamse wapenindustrie staat eronder’

Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA). © Werner Lerooy
Kristof Clerix
Kristof Clerix Onderzoeksjournalist

De Vlaamse regering versoepelt de regels rond wapenexport. Dat kondigde minister-president Matthias Diependaele (N-VA) aan. Offert Vlaanderen ethiek op voor exportcijfers?

In een gesprek in De ochtend op Radio 1 gaf Vlaams minister-president Matthias Diependaele maandagochtend toelichting bij de versoepeling van de regels rond wapenexport: ‘We gaan makkelijker exportvergunningen toestaan wanneer het risico lager is dat de [wapen]systemen in verkeerde handen vallen’, bevestigde Diependaele. ‘Bijvoorbeeld als het gaat om systemen die mee ontwikkeld zijn door de Belgische defensie of door instellingen van de EU.’

Knack sprokkelde reacties bij Nicolas Bas (industriekoepel BSDI), Nils Duquet (Vlaams Vredesinstituut) en Jo Dirix (Vredesactie).

Vredesactie vzw: ‘We besteden onze exportcontrole de facto uit’

‘Vlaamse minister-president Mathias Diependaele kondigt al een tijdje aan dat hij het wapenhandeldecreet wil versoepelen’, zegt Jo Dirix, campaigner bij Vredesactie vzw. ‘Maar onderzoek van Vredesactie toont aan dat nog heel veel wapenleveringen door de mazen van het net glippen. In een zaak die wij hadden aangespannen heeft de Brusselse kortgedingrechter begin juli de Vlaamse overheid nog veroordeeld omdat een Frans bedrijf via de Antwerpse haven wapenonderdelen had doorgevoerd naar Israël. Vlaanderen heeft de plicht die doorvoer te controleren. De rechter gaf ons gelijk.

‘Met de controle op de naleving van de Vlaamse regels schort het dus al. En nu gaat men ook nog eens de regels zelf versoepelen. Volgens Diependaele is dat om rechtszekerheid te creëren voor de bedrijven en de overheid. Maar juist het tegenovergestelde zal gebeuren. Onder het Wapenhandelverdrag blijft de Vlaamse overheid verantwoordelijk voor exportcontrole. Van rechtszekerheid is dus helemaal geen sprake.

‘Door dit voorstel zullen we de eindgebruiker niet meer kunnen controleren zoals dat nu gebeurt. Eigenlijk besteden we onze exportcontrole de facto uit aan grote Europese spelers – in casu Duitsland en Frankrijk. Maar Duitsland staat bekend als de grootste Europese leverancier van militair materieel aan Israël. Als we ook nog eens de uitvoer naar NAVO-bondgenoten minder gaan controleren, is het hek helemaal van de dam. Dan zou je naar de VS kunnen uitvoeren zonder eindgebruikerscontrole. ‘

‘Onderaan dit voorstel voor een nieuw decreet staat eigenlijk gewoon de handtekening van de Vlaamse wapenindustrie. Dit wordt met drogredenen verkocht aan het publiek. Het zou gebeuren onder het mom van meer veiligheid creëren voor Europa. Maar daar is helemaal geen sprake van. Als we de internationale rechtsorde en mensenrechten genegen zijn en we niet willen dat wapens bij oorlogsmisdadigers terechtkomen, dan zouden we die wapenexportcontrole juist strenger maken. Nu gebeurt het tegenovergestelde. Bedrijven krijgen rechtsonzekerheid, de veiligheid in Europa neemt niet toe, en de Vlaamse overheid is meer kwetsbaar voor rechtszaken.

‘Toen het ging over wapenleveringen aan Israël, hebben coalitiepartners Vooruit en CD&V hun hakken in het zand gezet. Maar nu stappen ze mee in een voorstel van de N-VA dat het tegenovergestelde zal bereiken. Als deze regels worden aangenomen, zal onze overheid haar eigen, in september afgekondigde embargo niet kunnen handhaven.’

‘Duitsland laat nauwelijks wapenexport toe naar Saudi-Arabië maar Frankrijk net heel veel. Op basis van dezelfde criteria.’

Vlaams Vredesinstituut: ‘Veel export naar Israël zullen we niet meer in kaart kunnen brengen’

‘De defensie-industrie kan profiteren van de stijgende defensie-uitgaven wereldwijd. Ook Vlaamse bedrijven pikken zeker een graantje mee. Ze staan bekend om hun goede technologie en zijn dus zeer begeerde partners. We verwachten dat de grote boom nog moet komen. Vlaamse defensiebedrijven zijn nu al meer exportvergunningen aan het aanvragen’, zegt Nils Duquet, directeur van het Vlaams Vredesinstituut. Hoe kijkt hij naar de aangekondigde versoepeling?

‘De volledige tekst van het voorontwerp van decreet dat vrijdag is goedgekeurd heb ik niet gezien, maar de bijbehorende nota heb ik wel kunnen raadplegen. De Vlaamse regering kijkt door een economische bril en wil zo veel mogelijk barrières versoepelen of afbouwen. Dat is de kern van de zaak. Zodat bedrijven zo veel mogelijk kunnen meeprofiteren van de wereldwijde wapenwedloop die aan de gang is.

‘Een heleboel transacties binnen Europa halen ze uit de vergunning. In sommige gevallen is dat logisch, maar zo geef je wel je eigen beleidsmarge op. Ook andere Europese landen vergemakkelijken de transfers van wapens binnen de Europese Unie. Maar via bijvoorbeeld algemene vergunningen (met rapportageplicht voor bedrijven, nvdr) kunnen ze toch nog een beetje zicht houden op wat er precies gebeurt. Denk aan leveranciers die via een ander EU-land naar Israël zouden uitvoeren. Het feit dat we dat nu niet meer onder vergunning plaatsen, betekent ook dat Vlaanderen er geen zicht meer op zal hebben. We zullen het gewoon niet meer weten.

‘Bovendien wil men het systeem dat nu alleen voor Europese transfers bestaat ook openzetten voor “betrouwbare” derde landen, met een verwijzing naar onder meer de NAVO. Lees: de VS, mogelijk Turkije enzoverder. Dat betekent ook dat het een stuk makkelijker wordt om via Amerika bijvoorbeeld naar Israël te exporteren.

‘Het is opmerkelijk dat de Vlaamse regering in de zomer haar standpunt over wapenexport naar Israël nog heeft versterkt, maar nu via deze nieuwe regels ervoor zorgt dat we heel veel van die export naar Israël mogelijk niet meer in kaart kunnen brengen. Binnen Europa verliezen we zelfs nog meer het zicht.

‘Vlaanderen zegt dat het zijn toetsingscriteria zal gelijkstellen met de Europese criteria. Maar het is niet zo dat er één Europese lijn is. Alle EU-landen interpreteren die criteria op een andere manier. Duitsland laat nauwelijks wapenexport toe naar Saudi-Arabië, maar Frankrijk net heel veel. Op basis van dezelfde criteria. Vanuit Vlaanderen schuiven we onze beslissingsmarge nu eigenlijk volledig door naar andere landen.’

‘Op dit moment is er heel veel aangekondigd, maar het is belangrijk dat de contracten ook volgen.’

Belgian Security and Defense Industry: ‘De administratieve rompslomp vermindert’

‘Dat de EU voortaan als referentiekader wordt gebruikt, is duidelijk een vooruitgang’, zegt Nicolas Bas, pr-verantwoordelijke van de industriekoepel Agoria – Belgian Security and Defense Industry (BSDI). ‘En het gebeurt zonder in te boeten op het ethische kader. De Vlaamse regering past hier – net als op veel andere domeinen – gewoon het principe van no gold plating toe: erop toezien dat je als lidstaat niet strenger bent dan de Europese regelgeving.’

‘Positief is dat onze bedrijven niet telkens een exportvergunning zullen moeten aanvragen wanneer ze exporteren naar een land dat deelneemt aan Europese programma’s, of aan programma’s waaraan ook de Belgische defensie deelneemt. De administratieve rompslomp vermindert. En het is ook logisch dat je niet telkens een exportvergunning moet aanvragen wanneer het gaat om een programma dat Defensie mee opstart, samen met geallieerde Europese lidstaten.

‘Overal worden veel middelen vrijgemaakt voor defensie. Als wij als Belgische industrie competitief willen zijn binnen een Europees kader, moeten we over een gelijk speelveld beschikken. Vereenvoudiging kunnen we alleen maar toejuichen.

‘Het zal voor onze bedrijven aanlokkelijk zijn om deel te nemen aan die programma’s. Deze nieuwe regelgeving kan wel voor een boost zorgen. Je moet realistisch zijn: het is niet dat daar gigantisch veel projecten zullen uitkomen. Maar dit neemt wel een barrière weg.

‘We moeten opnieuw werken aan onze verdediging en veiligheid. Dat brengt ook economische opportuniteiten met zich mee. Op dit moment is er heel veel aangekondigd, maar het is belangrijk dat de contracten ook volgen. We begrijpen natuurlijk dat dit een administratief proces is, dat zijn tijd neemt. Maar kan het niet efficiënter? Het is belangrijk dat de contracten ook echt in de markt worden gezet. Want dat creëert vertrouwen voor bedrijven om te investeren in productiecapaciteit.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise