Vlaams-nationalistische familiebanden: waarom Filip Dewinter Bart De Wever uit de wind zette
Het was Antwaarps Theater in de gemeenteraad, vorige week. Uitgerekend Filip Dewinter eiste dat de zitting met op de agenda het bezoek van het halve schepencollege aan het verjaardagsfeest van Erik Van der Paal achter gesloten deuren plaatsvond. Het Vlaams Belang-kopstuk dat Bart De Wever uit de wind zet? Het is alleen maar te begrijpen voor wie de Vlaams-nationalistische familiegeschiedenis kent.
Het was nog eens drummen, vorige week dinsdag aan de Antwerpse raadszaal. De verzamelde Vlaamse pers keek er vol verwachting uit naar de zitting van de gemeenteraad waarop het debat geagendeerd stond over de aanwezigheid van burgemeester Bart De Wever en de meeste schepenen op het verjaardagsfeest van projectontwikkelaar Erik Van der Paal in het sterrenrestaurant ’t Fornuis. Was daar echt alleen maar één Cola Zero gedronken, zoals de burgemeester zei, of was er meer aan de hand?
Zijn eigen felle oppositie getrouw, had Filip Dewinter aangekondigd dat hij namen zou noemen, ‘ook van niet-raadsleden’. Alleen mochten die namen niet gehoord worden. Omdat het debat ‘over privépersonen’ zou gaan, eiste hij een zitting achter gesloten deuren.
Maar zelfs zonder pers en publiek erbij zou diezelfde Dewinter zich in zwijgen hullen. Van alle partijen namen politici het woord, maar niet van Vlaams Belang. Als alibi gebruikte Dewinter een achtergelaten telefoon. Toen dat toestel ergens achteraan op een bank werd ontdekt, ging burgemeester Bart De Wever over de rooie omdat hij dacht dat een journalist stiekem meeluisterde. Uiteindelijk bleek het toestel uitgeschakeld te zijn en stomweg vergeten door een PVDA-medewerker. Toch zei Dewinter niets meer: ‘Alles wat hier gezegd wordt, kan door al die microfoons en gsm’s binnen dertig seconden publiek zijn. Aan die vaudeville doe ik niet mee.’
Erik koos na één jaar rechten voor de leerschool van het snelle leven, en de harde praktijk. Hij voelde zich als een vis in het water in het milieu van zijn vader Rudi.
Zeg dat wel. Een dag later deed Dewinter zijn nummer nog eens over, dit keer voor de camera’s van Terzake. Aan dit rondje ‘moddergooien’ deed het oppositielid niet mee. In dit dossier wordt immers de reputatie van de burgemeester ‘door het slijk’ gehaald, ‘het gaat over zijn integriteit, en niets is belangrijker in de politiek dan integriteit’.
Was dit dezelfde Filip Dewinter die in 2003 tijdens de door hem uitgelokte Visa-crisis (over het misbruik van Visa-kaarten door Antwerpse schepenen en topambtenaren) met luide stem het hele schepencollege beschuldigde van gefoefel, en de pers het ene saillante detail na het andere toespeelde? Hij noemde Antwerpen ‘een poel van schandalen’. Nochtans ging het toen niet over vastgoedprojecten van miljoenen euro’s. Met luide stem nagelde hij schepenen aan de schandpaal die zich bezondigd hadden aan ‘exotische aankopen en zelfverwennerij’ – concreet, bijvoorbeeld, was er ‘voor 146,65 euro aan champagne Piper-Heidsieck Brut gekocht in Delhaize’.
Om dat gefoefel te bannen, eiste Dewinter dat het hele Antwerpse college en bloc zou aftreden en dat een externe regeringscommissaris Antwerpen zou besturen.
Zijn de tijden veranderd, of is Dewinter milder geworden? Is één van de cruciale vragen in de Antwerpse vastgoeddossiers in hoeverre de banden tussen het stadsbestuur en Land Invest Group te innig waren? Waarom kon één perceel grond in een paar uur tijd ruim 3 miljoen euro in waarde stijgen? Hoeveel dozen Piper-Heidsieck Brut vallen daarvoor te kopen? Of is er een andere reden die het Vlaams Belang-kopstuk ertoe dreef om een politieke tegenstrever in bescherming te nemen die hij meestal te kijk zet in oneliners als ‘Allah is groot en De Wever zijn profeet’. Zou er iets zijn dat Bart De Wever, Filip Dewinter en projectontwikkelaar Erik Van der Paal aan elkaar bindt?
Pater Brauns
Voor een begin van een antwoord moeten we terug naar 6 november 2010. De Sint-Willibrorduskerk in Berchem zit afgeladen vol voor de uitvaart van de 85-jarige Rudi Van der Paal. Vier sprekers nemen die dag het woord. Behalve zijn zoon Erik, de slotspreker, zijn dat: Koen Dillen, de zoon van Karel Dillen, stichter van het Vlaams Blok (vanaf 2004 Vlaams Belang); Bart De Wever, N-VA-voorzitter en sinds kort de belangrijkste politicus van het land; en ex-journalist Mark Grammens, dan nog het levende geweten van de radicale Vlaamse beweging.
Mark Grammens was de boezemvriend van Rudi Van der Paal. Net als Grammens was Van der Paal eigenlijk minder geïnteresseerd in partijpolitiek dan in Vlaamse onafhankelijkheid – dat laatste was eigenlijk het enige dat hem écht naar het hart ging: partijen waren alleen maar een doel op de weg daarheen. Daarom ijverde Van der Paal vanaf de jaren vijftig voor de oprichting van een Vlaams-nationale partij, vanaf 1954 de Volksunie. In De Bewogen Jaren, zijn memoires over de eerste decennia van de Volksunie, herinnert partijvoorzitter Frans van der Elst zich zijn medestander van het eerste uur als ‘een jonge man die de naam had een goed organisator te zijn. Hij werd zelfs de eerste algemeen secretaris, maar reeds in 1955 werd hij door een zwaar verkeersongeval een hele tijd uitgeschakeld.’
Rudi Van der Paal was een radicale en conservatieve flamingant. Hij steunde in de jaren zestig het merkwaardige initiatief van pater Brauns, een oerconservatieve jezuïet die in radicale Vlaams-nationale middens op handen werd gedragen, om de Volksunie te zuiveren van ‘cryptocommunisten’. Brauns besprak zijn strategie graag op restaurant met twee medestanders: Karel Dillen en Rudi Van der Paal.
Zakendoen in Catalonië
Van nature opereerde Rudi Van der Paal bij voorkeur achter de schermen. Bij de Volksunie was hij volgens zijn biograaf in de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging – niemand minder dan de jonge historicus Bart De Wever – achtereenvolgens algemeen secretaris (1954-1957), algemeen propagandaleider (1957-1961) en organisatieleider (1954-1969). Vanuit die functies droeg hij zorg voor wat toen de ‘financiële mobilisatie’ van de Volksunie heette en vandaag partijfinanciering heet. Maar vanaf de late jaren zestig verdween hij uit de actieve politiek, en vanaf 1970 nam hij ontslag uit al zijn functies. Hij was in Spanje en Sardinië betrokken geraakt in de frauduleuze verkoop van vastgoed. In eerste aanleg werd Van der Paal veroordeeld tot vijf jaar, in beroep kreeg hij de vrijspraak. Maar hij had blijkbaar weinig zin om nog op de publieke scène te verschijnen.
Rudi Van der Paal opereerde niet alleen in Spanje en Sardinië. Zijn vennoot was een Volksunie-partijgenoot, de Antwerpenaar Oswald Voorbraeck (1929-2009). Voorbraeck had zich net op tijd uit die gedoemde projecten teruggetrokken en was in Catalonië blijven wonen en zakendoen, met ontiegelijk veel succes. Net als zijn vriend Van der Paal verkoos hij voortaan achter de schermen actief te zijn. Op zijn gigantische landgoed van meer dan 300 hectare, op een uurtje rijden van Barcelona, zou hij de volgende decennia een resem politieke gasten uit België ontvangen. Dat waren natuurlijk Vlaams-nationalisten – Jaak Gabriëls, Johan Sauwens, Gerolf Annemans, Filip Dewinter – maar later ook liberalen als Guy Verhofstadt en Ward Beysen en CVP’ers als Leo Delcroix.
In De Morgen verklaarde Dewinter dat Voorbraeck een sponsor was van het Vlaams Blok/Vlaams Belang (‘hij stort telkens het maximaal toegelaten bedrag en neemt deel aan alle fundraisingdiners’). En voor elke Vlaamse politicus was hij dé toegangspoort tot Jordi Pujol, van 1980 tot 2003 de almachtige minister-president van Catalonië en de stichter van Convergència i Unió, het Catalaanse kartel waarin ook Carlos Puigdemont zijn eerste stappen als politicus heeft gezet. Het is dus mede via Rudi Van der Paals netwerk dat de Vlaamse politieke klasse goede contacten met de Catalaanse autonomisten heeft weten uit te bouwen.
Voor de buitenwereld beperkte het politieke engagement van Rudi Van der Paal zich tot het organiseren van debatten. Hij deed dat al in de jaren zestig, als drijvende kracht achter de Contaktclub. In 1980 was hij medestichter van de vandaag nog altijd actieve Vlaams-Nationale Debatclub.
Ook al is de Vlaams-nationalistische familie in Antwerpen nu al bijna veertig jaar lang getroffen door een scheiding, het blijft een familie. Vaak letterlijk.
Selfmade men
Rudi Van der Paal was in die tijd niet de enige vastgoedman die goede contacten met de politieke wereld onderhield. Nog veel belangrijker was Renaat Blijweert, een man die door zijn huwelijk de directeur was geworden van het belangrijke bouwbedrijf Amelinckx. Amelinckx specialiseerde zich in reusachtige buildings: hoe hoger, hoe lucratiever – zie de massieve appartementsblokken in Sint-Niklaas, Heverlee, Mechelen-Noord, Deurne of op Antwerpen-Linkeroever. Ze werden deel van het moderne Vlaanderen, en met het nodige cynisme bezong Raymond van het Groenewoud zijn ‘Amelinckx-meisjes’: ‘Ze zijn zo welgebouwd, meneer / Toch die waar ik van hou, meneer’. Die megaprojecten kregen alleen groen licht met toestemming van politici – socialisten in Deurne, christendemocraten in Heverlee enzovoort – en dus werden een aantal telgen van de familie Blijweert ware selfmade men in politieke lobbying. Financiële giften aan politici waren daarbij een gangbaar instrument, zeker in een tijd dat dat nog niet wettelijk verboden was.
Renaat Blijweert trok de sporen, nadien zette zijn zoon Koen Blijweert zijn werk voort. De sterkte van de Blijweerts is niet alleen hun chequeboek en hun netwerk, maar ook hun persoonlijke overredingskracht. Toen niemand minder dan Jean-Luc Dehaene minister van Verkeerswezen was (1988-1992), slaagde Blijweert jr. er bijvoorbeeld in om met succes te bemiddelen om een lucratief contract voor rattenverdelging in de wacht te slepen. Het gerecht ontdekte later dat Blijweert de kabinetssecretaris van Dehaene had verblijd met meubels ter waarde van een half miljoen frank (12.500 euro). ‘Die heb ik betaald,’ gaf hij tijdens de ondervraging toe, ‘maar uit persoonlijke vriendschap, niet om een gunst te krijgen.’ Vandaar Blijweerts bijnaam: ‘de man van zeventig verhoren’.
SEP
Rudi Van der Paal had al na één gerechtelijke affaire zijn conclusies getrokken: vanaf de jaren zeventig trad hij een stuk voorzichtiger op, zeker in zijn contacten met de politieke wereld. Dat moest wel, want in 1978 waren de interne tegenstellingen in de Volksunie zo groot geworden dat de partij in tweeën spleet – en dus tegelijk dat deel van zijn eigen adresboek. De sterke man van de echte Volksunie bleef de immer onderhandelingsbereide Hugo Schiltz (1927-2006). Daartegenover stond vanaf 1978 het volstrekt compromisloze Vlaams Blok van Karel Dillen. Van der Paals sympathie lag bij Dillen, juist omdat die zonder toegevingen voor Vlaamse onafhankelijkheid ging. ‘De extreemrechtse kant van de partij was niet echt zijn ding,’ getuigt een medestander, ‘maar Rudi Van der Paal stoorde zich er niet aan.’ Hij hield zich op de vlakte, zo leek het, zij het dat hij een belangrijke financier van de partij werd. ‘Ondanks zijn grote persoonlijke sympathie voor Karel Dillen raakte hij nooit actief betrokken bij Vlaams Belang’, schreef Bart De Wever.
Dat is dan een van de schaarse foutjes in de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging. In Liever wolf in het bos…, zijn biografie van Karel Dillen, ontdekt auteur Pieter Jan Verstraete dat in de eerste helft van 1979 de bizarre afkorting SEP nogal eens opduikt bij de aanwezigen op bestuursvergaderingen van de nieuwe partij. Achter die letters gaat Rudi van der Paal schuil: ‘Hij stond in de beginperiode de partij met raad en daad bij. Een van zijn suggesties was “om eerst en vooral het arrondissement Antwerpen aan te pakken, dat tot een werkelijke burcht zou moeten worden uitgebouwd”.’
Dat is precies wat vanaf de jaren tachtig gebeurde: in Antwerpen werd het Vlaams Blok groot en speelde het de Volksunie totaal van de kaart. Dat was niet meer het werk van Karel Dillen, maar van twee politici van de nieuwe generatie: op kop Filip Dewinter, in zijn zog Gerolf Annemans.
Amber
En anders dan Karel Dillen zelf zou het Vlaams Blok snel geconfronteerd worden met een bijzonderheid die beide heren delen: de voortdurende behoefte aan geld.
Al vanaf de vroege jaren negentig verschenen er in de pers berichten van ruzies binnen de Vlaams Blok-top over het financiële doen en laten van Dewinter. Een Vlaams Belanger: ‘Er werd geen potlood door de partij aangekocht of Dewinter had er een percentage op.’ Het was binnen de partij ook een publiek geheim dat hij financiële steun kreeg van de Van der Paals – Rudi Van der Paal had assistentie gekregen van zijn zoon Erik. Samen leidden ze het succesvolle familiebedrijf Amber – een acroniem van de namen van de gezinsleden: Anne (dochter), Mia (moeder), Bart en Erik (tweelingbroers) en Rudi zelf. Erik koos na één jaar rechten voor de leerschool van het snelle leven, en de harde praktijk. Hij voelde zich als een vis in het water in het milieu van zijn vader.
Ook Gerolf Annemans had permanent behoefte aan extra geld. Dat werd zelfs urgent toen hij in 1995 zijn extra wedde van fractieleider verloor: onder druk van de Franstaligen die het Vlaams Blok met alle middelen bestreden, had de Kamer strengere voorwaarden opgelegd om een fractie te kunnen vormen. Annemans klopte bij Dillen aan om een compensatie voor het verlies, maar tevergeefs. Dillen gaf geen krimp. Intimi herinneren zich dat de nog piepjonge Erik Van der Paal toen heeft rondgebeld met de vraag om ‘iets voor Gerolf te doen’. Zo werden Gerolf Annemans en Erik Van der Paal gezworen kameraden: haast elke week gingen ze samen naar de bioscoop, en Annemans kocht tegen gunstige voorwaarden een appartement aan het Antwerpse Galgenweel, op Linkeroever, waar hij vandaag nog woont. Bij Van der Paal, uiteraard.
Erik was uit Van der Paal-hout gesneden. Van der Paal senior was de charme zelf, en ook zijn zoon heeft een merkwaardige aantrekkings- en overredingskracht. Hij heeft ook het legendarische geheugen van zijn vader geërfd. Een bevoorrechte waarnemer: ‘Rudi Van der Paal herinnerde zich nog elke vergadering van de Volksunie in de jaren vijftig, waarover deze of gene vergadering ging, wie aan tafel zat. Bart De Wever kon geen betere mentor hebben dan Rudi Van der Paal, toen hij zijn licentiaatsscriptie schreef over de beginjaren van de Volksunie.’ Want ja, Van der Paal was ook een goede kennis van vader Rik De Wever, een vaste gast op de bijeenkomsten van de Debatclub.
Bevriende families
Dat is precies de betekenis van de Van der Paals: ook al is de Vlaams-nationalistische familie in Antwerpen nu al bijna veertig jaar lang getroffen door een scheiding in een meer gematigde en een uitgesproken radicale partij, het blijft hoe dan ook een familie. Vaak letterlijk. Willem-Frederik Schiltz (°1979), de zoon uit het tweede huwelijk van Volksunie-politicus Hugo Schiltz, kent de zeven jaar oudere Erik Van der Paal (°1972) van kindsbeen af: de families waren bevriend. Als kleuter had Erik Van der Paal de kinderen van Karel Dillen als babysit. Dochter Veerle Dillen ging zelfs als au pair mee op vakantie. Een generatie later waren de dochters van Filip Dewinter geregeld de babysit van de kinderen van Erik Van der Paal. De echtgenote van Gerolf Annemans, Monika D’Hooghe, werd al vele jaren geleden in dienst genomen als directiesecretaresse bij Amber en werkt nog altijd bij Land Invest Group.
De tijd van de opzichtige fixers lijkt voorbij. Beseft Erik Van der Paal dat ook, of deed hij met zijn beruchte verjaardagsfeestje een ultieme poging om indruk te maken?
Die vriendschap staat in marmer gekapt. Toen de Kamer vorig jaar de onschendbaarheid wilde opheffen van Alain Mathot, de veelbesproken PS-politicus die via het pensioenfonds Ogeo een vinger in de pap heeft bij Land Invest Group, stemde – tot algemene verbazing – ook de N-VA tegen. En Vlaams Belang onthield zich. Menig Vlaams-nationalist wreef zich de ogen uit: nu had men een kans om een telg uit de gehate en naar verluidt zo corrupte Mathot-clan naar de rechter te verwijzen, en nu waren het de Vlaams-nationalisten die dat blokkeerden? Vlaams Belangers in de Kamer reageerden merkwaardig. Tijdens de stemming gingen Filip Dewinter en zijn vast kompaan Jan Penris een luchtje scheppen. De Vlaams Belangers die bleven zitten, onthielden zich. In eigen kring verdedigde Barbara Pas zich: ‘Dat was op verzoek van Gerolf.’
Discrete financiers
De Van der Paals zijn niet de enige discrete financiers van Vlaams-nationalistische politici – vooral van die uit Antwerpen. In 2001 had Gerolf Annemans weer eens financiële problemen, en toen schoot Walter Verbraeken hem ter hulp. Verbraeken is een rijke ondernemer uit het Waasland, gespecialiseerd in infrastructuurwerken. Hij bezit aardig wat vastgoed in Antwerpen. Op de Amerikalei verhuurt hij sinds jaar en dag het pand nummer 98 aan Vlaams Belang, als hun lokale hoofdkwartier. Even verderop is hij eigenaar van nummer 6, waarin het voortreffelijke restaurant Ciro’s al sinds 1962 is gehuisvest. Hij bezit ook een kasteel in de Bourgogne, waar de partij ooit haar fractiedagen organiseerde.
Verbraeken dook in 2009 op in een reportage in Knack, toen dit blad na de eerste grote verkiezingsnederlaag de temperatuur ging meten bij de Vlaams Belang-achterban in een Antwerpse Café. Tussen de verzamelde partijsupporters was Verbraeken een buitenbeentje: ‘Bart De Wever moet het boegbeeld worden van de Vlaamse onafhankelijkheid. Ik heb voor hem gekozen.’ Dat hoeft niet te verbazen: Walter Verbraeken is een oom van Bart De Wever. Hij hoopte dat zijn neef zijn schouders zou willen zetten onder de oude droom van Forza Flandria: een alliantie van alle rechtse en nationalistische krachten in Vlaanderen.
De Wever zelf had die optie al een paar jaar voordien van tafel geveegd. Er is al veel inkt gevloeid over aftastende gesprekken – het aantal varieert naargelang van de bron – tussen Bart De Wever, Filip Dewinter en andere N-VA’ers na de verkiezingen van 2003, toen de N-VA alleen Geert Bourgeois naar de Kamer kon sturen. In 2004 bereikte het Vlaams Blok zijn piek met 24,15 procent van de Vlaamse stemmen, goed voor 32 zetels in het Vlaams Parlement. Van die episode weten we nog altijd het fijne niet: De Wever minimaliseert wat er is gebeurd, Dewinter en Annemans laten in interviews graag doorschemeren dat het, toch van hun kant, om ernstige onderhandelingen ging.
Dat is niet zo, zegt een betrokkene. ‘Een van die etentjes kwam er op initiatief van Rudi Van der Paal, die zich opwierp als bruggenbouwer. Rudi droomde ervan De Wever binnen te loodsen bij Vlaams Belang. De Wever zelf had al uitgemaakt dat hij die stap nooit zou zetten. Maar hij voelde zich ook schatplichtig aan Van der Paal. Hij heeft gezegd tegen Dewinter: “Ik wil het overwegen, maar dan moet ik in 2006 in Antwerpen lijsttrekker zijn.” Voor Dewinter was dat meer dan één brug te ver. De Wever had z’n lat moedwillig te hoog gelegd om zijn oude mentor niet al te brutaal voor het hoofd te stoten, maar zijn aversie tegen Dewinter was er toen al, en ze is oprecht.’
Boulevard Malesherbes
Rond die tijd begon er ook veel te veranderen in het zakenimperium van de Van der Paals. Al in 2007 schreef ons zusterblad Trends over de problemen bij Amber en over ruzies met Nederlandse vennoten en zakenpartners. De groep stond niet meer op eigen benen: ‘Van der Paal behoort tot het netwerk van vastgoedlobbyist Koen Blijweert.’ Ook het parcours van vader en zoon Van der Paal leek uiteen te lopen. Van der Paal senior, zo zegt een intimus, ‘had toen grote financiële problemen. Rudi heeft zwarte sneeuw gezien, zeker op het einde van zijn leven.’ Zijn vrouw, Mia Uytterhoeven, is de pensioenleeftijd al lang voorbij, maar blijft actief als kinderarts (‘omdat ze moet’) in haar drukbezochte praktijk aan de Jan Van Rijswijcklaan in Antwerpen. Uytterhoeven was een van de eerste kinderartsen van het land die experimenteerde met homeopathie: sommige van haar technieken zijn omstreden, maar het internet bulkt van gelukkige ouders die getuigen hoe ze bij haar geholpen werden. Dokter Uytterhoeven was de arts van de jonge Willem Frederik Schiltz.
Zoon Erik Van der Paal daarentegen vertoont trekken van een Antwerpse variant van The Wolf of Wall Street. Samen met zijn nieuwe vennoot Willemen huurde hij een imposant gemeubeld luxeappartement in Parijs. Het bevond zich op de Boulevard Malesherbes, vlak bij de Madeleinekerk. Vrienden en zakelijke én politieke relaties mochten er verblijven – tot het contract ergens in het midden van het vorige decennium werd opgezegd.
Van der Paal geniet van het leven. Zijn feestjes en recepties trokken – en trekken – schoon volk aan. Veel usual suspects, maar ook Johan Vande Lanotte, Pieter De Crem en Etienne Schouppe werden er gesignaleerd. In gezelschap belde hij naar Guy Verhofstadt: de premier nam meteen op. Hij onderhoudt zijn politieke vrienden. Met Filip Dewinter en Anke Van dermeersch was hij een vaste gast bij Beerschot, de club waarvoor hij Land Invest Group als sponsor aandroeg. Hij financiert al jaren reisjes, betaalt rekeningen op restaurant. ‘Als er iemand is vetgemest door Land Invest, is dat Dewinter.’
De medaille heeft ook een achterkant. In ’t Fornuis verzamelde hij openstaande rekeningen. Een vriend ziet het met zorgelijke ogen aan: ‘Heeft hij nog een eigen bankkaart? Ik vraag het mij af. Hij heeft nog wel zijn villa en zijn auto met bodyguard, maar die dient vooral om hem van de coke weg te houden.’
De uitbundige feesten en het ons-kent-onssfeertje doen de vastgoedsector meer kwaad dan goed: niet toevallig heeft het gerecht ook de flamboyante Koen Blijweert flink in de tang. De tijd van de opzichtige fixers lijkt voorbij. Beseft Van der Paal dat ook, of deed hij met zijn beruchte verjaardagsfeestje een ultieme poging om indruk te maken? Dan is dat als een boemerang naar hem teruggekomen: nu de verhalen over hem steeds luider klinken, nemen oude zakenpartners en nieuwe vrienden in snel tempo afstand. Het heet dat er flinke druk wordt uitgeoefend om Van der Paal te laten vallen. Beurswaakhond FSMA draait pensioenfonds Ogeo, een belangrijke aandeelhouder van Land Invest Group, de duimschroeven aan. Dat is een belangrijke reden waarom Land Invest Group in financieel zwaar weer terechtgekomen is, zoals De Tijd afgelopen weekend schreef. Het filmpje van nieuwssite Apache zou Erik Van der Paal weleens meer pijn kunnen doen dan zijn vriend Bart De Wever.
In een interview in De Standaard van zaterdag probeerde Van der Paal te sussen waar hij kon, en speelde hij open kaart over zijn drugsverslaving. Die ís problematisch. Onlangs zweefde Van der Paal zelfs tussen leven en dood. Zijn echtgenote stuurde een lang en emotioneel Facebook-bericht naar een aantal intimi waarin zijn toestand ‘zwaar kritiek’ werd genoemd. Is het die oproep die Bart De Wever heeft overgehaald om voor het eerst op een verjaardagsfeest van zijn vriend Van der Paal te verschijnen?
Bijbels zwaard
Het relaas van Rudi en Erik Van der Paal is dus het verhaal van de Antwerpse Vlaams-nationalisten: de politici, maar ook hun families, echtgenoten en kinderen. Ook Filip Dewinter weet dat hij daaraan niet moet raken. Het heeft haast iets Bijbels: als Filip Dewinter dit zwaard zou trekken, zou hij er ook zelf door vergaan. De ene Vlaams-nationalist is gedoemd om de andere in te dekken, en de zaak gesloten te houden.
Voor de buitenwereld geldt dat niet. Vandaar dat de nieuwbakken SP.A’er Tom Meeuws zich een hoedje schrok toen een even sussend als dom WhatsApp-bericht naar Land Invest Group prompt doorgespeeld werd naar de media. Meeuws dacht hij een goed contact had met de vastgoedgroep, maar hij vergat dat hij inmiddels een socialist is. Een vijand.
Dat moest zelfs het groene gemeenteraadslid Freya Piryns tot haar scha en schande ondervinden. Vlak voor de gemeenteraadszitting die op verzoek van Filip Dewinter achter gesloten deuren plaatsvond, kondigde VRT-journalist Pieter Jan De Smedt nog een bijzonder nieuwsje aan: ‘Filip Dewinter kwam mij nog enkele teksten geven, en daarin stond dat Freya Piryns van Groen in 2016 nog aanwezig was op een tuinfeest van Van der Paal.’ De N-VA probeerde er op haar beurt een zaak van te maken dat Van der Paal in mei nog uitgenodigd was op het huwelijk van Schiltz en Piryns.
Zo is de cirkel rond. Het netwerk van ‘Van der Paal’ beschermt zichzelf én dient om politieke tegenstanders af te branden die dezelfde discretie of bescherming hopen te genieten. Ook al is Freya Piryns de echtgenote van Willem-Frederik Schiltz, en was de oude vriendschap tussen de families Schiltz en Van der Paal de reden waarom zij elkaar uitnodigen op trouw- en communiefeesten. Terwijl ook Freya Piryns een onverdacht Vlaamse stamboom heeft. Haar grootvader Remi Piryns dichtte, toen hij kort na de Tweede Wereldoorlog gevangenzat, het bekende en ook vandaag in Antwerpen toepasselijke Gebed voor het Vaderland:
Heer, laat het Prinsenvolk der oude Nederlanden / Niet ondergaan in haat, in broedertwist en schande.
Aan Filip Dewinter is nooit een groot dichter verloren gegaan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier