Tv-maker Elke Neuville woont terug in Leuven: ‘Het is méér dan een studentenstad’

Elke Neuville © BelgaImage
Peter Casteels

De televisiemaakster is blij met haar terugkeer: ‘Mijn fiets wordt zelfs niet meer gestolen.’

Elke Neuville: Sinds een jaar ben ik terug in Leuven. Daarvoor woonde ik in Bertem, in de Leuvense rand, maar ook toen speelde mijn sociale leven zich al in de stad af – in Bertem beperkt de dorpskern zich tot een bakkerij en anderhalf café.

Ik ben blij dat ik helemaal terug ben: het is hier fijn om te wonen en om kinderen op te voeden. Ik doe alles in Leuven ook weer met de fiets. Met de auto doe je er vier keer langer over om ergens te raken – ik zou zelfs niet weten welke straten nu autovrij zijn en welke niet.

Vroeger was mijn fiets trouwens één keer op de twee gestolen als ik hem nodig had. De voorbije vijf jaar is hij geen enkele keer meer gepikt. Van een drastische daling van de criminaliteitscijfers gesproken. (lacht)

Is Leuven nog altijd in de eerste plaats een studentenstad?

Neuville: Vroeger was het dat zeker: alles werd ingezet op de studenten, en één keer per jaar, met Leuven Kermis, kwamen de oude boeren ook nog eens een pintje drinken in het centrum. Ondertussen is gelukkig doorgedrongen dat er nog wel meer mensen in Leuven wonen: jonge gezinnen en oud-studenten die hier zijn blijven plakken. Ik weet niet of de politiek daar veel mee te maken heeft, maar twintigers en dertigers organiseren hier veel, zoals rommelmarkten en picknicks. Het is daar altijd over de koppen lopen: mensen komen graag naar zulke nieuwe evenementjes.

Gelukkig is de stad wakker geschoten: ze heeft door dat ze de ontwikkeling van de stad beter kan coördineren

Vindt u Leuven een cultuurstad?

Neuville: Ja. Er wonen hier veel bevlogen mensen die iets in beweging zetten. Cinema ZED, Piknik Musik, Camping Flamingo en M-idzomer zijn zulke initiatieven. Ook M-Museum en concertzaal Het Depot zijn plekken die van Leuven echt een cultuurstad maken.

Wat is er de voorbije zes jaar nog meer veranderd?

Neuville: Ik had vroeger het gevoel dat de stad de projectontwikkelaars maar liet doen. Daardoor zijn er veel afschuwelijke gebouwen neergezet, zoals in de stationsbuurt. Dat is een echt drama. Gelukkig is de stad wakker geschoten: ze heeft door dat ze de ontwikkeling van de stad beter kan coördineren, anders wordt ook het centrum overgenomen door bouwbedrijven. Als er nieuwe buurten worden ontwikkeld, wordt er nu beter samengewerkt.

De Vaartkom is daar een goed voorbeeld van: vroeger was dat een verkommerde wijk met oude gebouwen en pakhuizen, nu trekken veel jonge starters erheen. Ook wij zullen er met productiehuis De Chinezen naar verhuizen. Je belt me nu overigens in Hal 5: dat is zo’n aangename ontmoetingsplek die er is gekomen in de deelgemeente Kessel-Lo.

Je zou Leuven met Mechelen kunnen vergelijken: het zijn geen wereldsteden, maar ze zien in dat ze op hun eigen maat grootse projecten kunnen realiseren.

Wat zou er de komende zes jaar moeten veranderen?

Neuville: Ik hoop dat de stad niet bang zal zijn om de oefening te herhalen die ze met de Vaartkom heeft gemaakt. Er zijn nog wel meer plaatsen en buurten die weinig nodig hebben om geherwaardeerd te worden. Dat dus, én opnieuw een voetbalploeg in de eerste klasse A.

Zult u Louis Tobback missen als burgemeester?

Neuville: Hij doet mij nu al wat denken aan Michail Gorbatsjov, de voormalige Sovjet-leider. Ik moet soms even nadenken: ‘Is hij al dood, of leeft hij nog?’ (lacht hard) Maar zelfs als hij geen burgemeester meer zal zijn, zal zijn geest nog wel een hele tijd boven Leuven blijven hangen.

Partner Content