Privacycommissie keurt kabeltap af: ‘Dit begint sterk te lijken op massasurveillance’

Willem Debeuckelaere, voorzitter van de Privacycommissie © Kristof Clerix
Kristof Clerix

In een advies aan de regering spreekt de Privacycommissie zich nadrukkelijk uit tegen het massaal onderscheppen van communicatie die via de kabel verloopt.

Midden maart keurde de ministerraad een voorstel goed over de herziening van de wet op de Bijzondere Inlichtingenmethoden. Daarmee werd de toolbox van de Staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst ADIV uitgebreid. De Privacycommissie moest wel nog haar advies geven over de wet. Dat heeft ze donderdag (19 mei) overgemaakt aan de regering.

Voor het gros van de privacygevoelige elementen uit de nieuwe “afluisterwet” geeft de Privacycommissie groen licht. Op zes punten geeft de Privacycommissie echter een negatief advies. Zo heeft ze kritiek op het massaal aftappen van communicatie die via (glasvezel)kabels verloopt.

In de wettekst zelf staat kabeltap niet letterlijk vermeld, maar wel in de memorie van toelichting bij de wet. De militaire inlichtingendienst ADIV plant om binnen twee jaar met de kabeltap van start te gaan. Dat zal gebeuren door samen te werken met communicatieproviders die aan ADIV technische toegang moeten geven tot een parallel spoor. Alle providers die in België diensten aanbieden over de kabel (zoals bijvoorbeeld WhatsApp) kunnen verplicht worden tot medewerking.

‘Buitensporig’

In een recent interview met Knack benadrukte ADIV-topman Eddy Testelmans dat ‘een moderne inlichtingendienst blind en doof zou zijn zonder toegang tot de kabel’. Hij verzekerde dat het niet de bedoeling is om massaal gegevens te monitoren. ‘We halen data van de kabel af over de regio’s, fenomenen en organisaties die ons interesseren. We zullen selectief te werk gaan en ons houden aan het afluisterplan.’

De Privacycommissie kant zich echter tegen het voornemen. ‘De Commissie staat afkerig tegen een dergelijke werkwijze die de ADIV zou toelaten een gegevensstroom te onderscheppen die buitensporig is in het licht van het beoogde doeleinde en sterk begint te lijken op massasurveillance’, klinkt het in het advies aan de regering, dat Knack kon inkijken. ‘Het heeft in dit verband weinig belang of die gegevensstromen door de ADIV zouden gefilterd worden op basis van een afluisterplan teneinde daaruit enkel de in het buitenland uitgezonden communicaties en gegevens te halen, die door dit plan, en in verband met de opdrachten van de ADIV, zijn toegestaan. In tegenstelling tot wat in de toelichting vermeld staat laat de wettekst op zich wel degelijk toe dat aan massacaptatie wordt gedaan.’

Journalistiek als dekmantel voor spionage

Ook op vijf andere punten uit de nieuwe wet heeft de Privacycommissie kritiek. Zo is er de beoordeling door de inlichtingendiensten van wie een journalist is. An sich genieten journalisten extra bescherming in de huidige Wet op de Bijzondere Inlichtingenmethoden, maar de nieuwe wet zou die bescherming afbouwen wanneer er aanwijzingen zijn dat de titel van journalist als dekmantel wordt gebruikt voor spionageactiviteiten. De Privacycommissie stelt zich ‘fundamentele vragen’ bij die aanpak.

Verder vindt de Privacycommissie het ook ‘noodzakelijk’ dat de nieuwe wet een arrest van het Grondwettelijk Hof uitvoert. Dat hof stelde in 2011 dat de Belgische inlichtingendiensten na verloop van tijd op eigen initiatief targets moeten inlichten over het feit dat ze bespioneerd zijn. De nieuwe wet had met dat arrest echter geen rekening gehouden.

Het advies van de Privacycommissie is niet-bindend.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content