De regering-Diependaele schaft de schoolbonus voor kinderen grotendeels af. Daardoor verliest minister van Onderwijs Zuhal Demir (N-VA) een manier om ouders te sanctioneren die bijvoorbeeld geen Nederlands willen leren. ‘Niet de schoolbonus, maar de schooltoeslag is het juiste instrument’, sust het kabinet.
De Vlaamse regering-Diependaele schaft de schoolbonus grotendeels af. De besparing maakt deel uit van haar begrotingsakkoord en moet ruim 55 miljoen euro opbrengen. Mensen die recht hebben op een sociale toeslag verliezen het extraatje niet.
De vroegere schoolpremie diende als jaarlijks duwtje in de rug voor schoolgaande kinderen tijdens de dure maand september. Ouders van kinderen tussen 0 en 4 jaar kregen 23 euro. Voor kinderen tussen 5 en 11 jaar bedroeg de bonus ruim 40 euro, tussen 12 en 17 jaar net geen 58 euro. Voor studerende kinderen tussen 18 en 25 jaar ging het om ruim 69 euro.
Demir verliest piste
In het regeerakkoord van de Vlaamse regering van N-VA, Vooruit en CD&V werd de schoolbonus aangewend als een mogelijkheid om ouders te bestraffen. Moeders of vaders die geen deelnamebewijs voor lessen Nederlands konden voorleggen, zouden de schoolbonus voor hun kinderen verliezen tot ze dat bewijs wel hadden.
De schoolbonus werd ook ingezet om ouders te sanctioneren die het schoolreglement naast zich neerlegden. Bij hardleerse ouders zou het lokaal sociaal beleid de schoolbonus en de schooltoeslag rechtstreeks laten toekomen bij de school of zelf omzetten in materiële hulp voor de kinderen, aldus het regeerakkoord.
De sancties voor ouders waren nog niet in voege, maar één piste voor een mogelijke straf vervalt dus met het schrappen van de schoolbonus. Volgens het kabinet van minister van Onderwijs Zuhal Demir (N-VA) is dat ook niet erg. ‘De bedragen van de schoolbonus zijn klein, en we hebben er vanuit Onderwijs geen grip op’, klinkt het. De schoolbonus is een bevoegdheid van Caroline Gennez (Vooruit), minister van Welzijn.
Schooltoeslag als hefboom
Minister Demir beschikt wel over de schooltoeslag. ‘Dat is het juiste instrument om een signaal te geven aan de ouders, want het is een stuk groter en hangt ook vast aan de aanwezigheid op school’, luidt het bij de minister.
In tegenstelling tot de schoolbonus wordt de schooltoeslag niet aan iedereen uitgekeerd. Kinderen die kleuter-, lager of secundair onderwijs volgen, kunnen rekenen op een jaarlijkse schooltoeslag als het gezinsinkomen onder een bepaalde inkomensvoorwaarde blijft. Dat betekent dat Demir enkel ouders kan bestraffen met een relatief beperkt inkomen.
De bedragen van de schooltoeslag variëren sterk. In het lager onderwijs bedraagt de minimumtoeslag 148 euro, in het secundair onderwijs 286 euro. Het bedrag wordt vandaag al teruggevorderd als het kind te vaak afwezig is.
Het idee om ouders financieel te straffen blijft omstreden. Armoedeorganisaties waarschuwen dat zulke maatregelen vooral kinderen treffen, terwijl zij geen vat hebben op de keuzes van hun ouders.
Opeenvolgende hervormingen in kinderbijslag kosten gezin kleine 800 euro
Door de opeenvolgende hervormingen van het Groeipakket, beter bekend als de kinderbijslag, heeft een koppel met twee jonge kinderen een verlies van 780 euro aan koopkracht. Dat berekende de Gezinsbond.
Tussen 2019 en 2025 werd de kinderbijslag niet meer geïndexeerd. Vanaf volgend jaar vervalt bovendien de kleutertoeslag, een extraatje uit het Groeipakket dat kinderen van 3 en 4 jaar kunnen krijgen. Daarbovenop komt de schrapping van de schoolbonus.
Sinds dit jaar wordt het kindergeld wel opnieuw geïndexeerd, maar via een minder gunstige index dan vóór 2019, aldus de Gezinsbond. Door die indexatie krijgen ouders er grosso modo 53 euro per jaar per kind bij.
Slotsom: een gezin met twee jonge kinderen geboren na 2019 heeft 780 euro minder. ‘Vorige week was de welgekomen indexatie van het Groeipakket groot nieuws, nu wordt dat deels tenietgedaan door de schoolbonus te schrappen. Zo is het Groeipakket weer een krimppakket’, zegt Jeroen Sleurs, directeur van de Gezinsbond.